Ben ik wel goed bezig? is een vraag die mske vroeger dikwijls bezig hield. Zoneke werd in de puberteit een introverte, wat stugge jongen. Hij ontplooide zich achteraf tot iemand die zeer goed wist wat hij wou en er dan ook voor ging. Zus bleef dezelfde flapuit tot ze op haar 17de haar eerste vriendje ontmoette.

En toen, toen was het hek van de dam. Die kerel had een vrije opvoeding genoten en dacht dat hij overal zijn meerwaardigheid tentoon mocht spreiden. Hij kwam binnen en liep mske voorbij zonder iets te zeggen want goeiedag zeggen dat was oubollig zeker als je mekaar zo dikwijls zag. En ja, mske zag hem dikwijls want hij kwam ongevraagd alle godganse dagen van de vakantie af en predikte zijn visie tegen Zus zodat mske er tureluurs van werd.

Ze zei echter niets hiervan tegen Zus want je moet in zulke delicate situaties voorzichtig zijn.
 
Tot de bom barstte!
Zus werd nog zelfstandiger dan ooit tevoren. Maar toen het uit was met dat lieve vriendje was het toch bij mske dat ze haar verhaal kwam doen.

En toen heeft mske dikwijls gedacht dat ze toch strenger had moeten zijn, dat ze Zus toch korter had moeten houden en dingen verbieden zoals andere ouders. Toen kwam die ontboezeming over die dankbaarheid dat ze zo zelfstandig had mogen zijn. En nu onlangs, na “hét”, kwam het er allemaal uit. Hoe ze al die tijd had gedacht dat iedereen haar de schuld van dat voorval met moe gaf. En ze was hoogst verbaasd toen mske zei dat de eerste die dat tegen haar dierf zeggen, de eerste zou zijn die aan de deur vloog.

Vorige week, na enkele mails over en weer kwam er een mail: “mama, je bent geweldig!”. En mske bedenkt dat het zo veel leuker is dan wanneer ze haar kinderen onder de knoet had gehouden en ze haar nu zouden respecteren uit een zeker plichtsbesef.