Twee mei 1997. Zoneke en mske zijn gaan zwemmen. Ze moeten op tijd thuis zijn want A. gaat langskomen. Op de wisselaar naar Brussel gaat het goed fout. Ze staan in de file. Een ongeval ter hoogte van Bertem, net aan de afrit. Ze moeten rond het ongeval om toch de afrit te nemen.

A. is er al. En als hij weg is gaan ze de honden verzorgen. Zelfde volgorde van altijd, maar blijkbaar werkt het jonge manneke zich omhoog en valt het oudere manneke aan, alleen stak mskes been daar tussen.

Als mske daarna terug naar binnen gaat, merkt ze dat het bloed in haar schoen staat. Ze gaat naar de dokter.

Dat was, eigenaardig genoeg, het begin van het genezingsproces van de breuk met moe. Soms zijn de slechte dingen zo slecht nog niet en vice versa.