De trap, die we normaal geluidloos kunnen afkomen als we rustig door het huis stappen, wordt ineens een trommel als Karboenkel en ik daarop “pak-me-dan-als-je-kan” aan het spelen zijn. Nu noemt mske dat kattenstampede.

En daarnet schoten we weer naar beneden, ik rende onder mskes buro door, Karboenkel achter mij, terug naar de gang en weer doekedoekedoekedoekedoeke naar boven.

Horen we toch Slow’s stappen en we houden ons rustig en kijken door de stijlen naar beneden. Staat Slow in de deur te molenwieken naar mske die natuurlijk ook komt kijken. En dan fluistert Slow: “de zwarte zit daar, maar zie jij Sloef?” en mske fluistert terug: “ik zie zijn oortjes, schattig hé”.

Weten die toch lekker niet wat Karboenkel en ik dachten van die twee gluurders in de deurstijl!