Toen ik op één van mijn omzwervingen boven op die berg terecht kwam, was het liefde op het eerste zicht. Le Village lag op 1.760m hoogte en het uitzicht was er fantastisch. Je kon de omringende toppen zien en je had een prachtig zicht op Grenoble, zowel bij dag als bij nacht.
Dus besloten we die ene schitterende caravan te kopen, die te koop stond. Het ding was oud maar enorm goed onderhouden en de zaak was dus rap beklonken. De nodige papieren werden overgemaakt.
De caravaneige municipal viel niet exact onder de benaming camping zoals wij dat begrip interpreteren. Het is een, niet geasfalteerde, bergweg met haarspeldbocht, waardoor de camping uit twee delen bestaat. Deze weg is wel degelijk een openbare weg waarlangs de caravans geplaatst staan. Het geheel verkrijgt daardoor het aspect van een dorpje naast het eigenlijke dorp. De bezoekers zijn enkel Fransen, zodat je er geen andere talen hoort spreken.
Aangezien het sneeuwdak en het sas van de caravan zo oud waren als de caravan zelf, waren die hoogst nodig aan vervanging toe. In 2001 gingen we dat dak vernieuwen en profiteerden we ervan om tegelijktertijd de tijdrit van de Tour de France te zien. Eén van de bewoners van de hoger gelegen appartementsblokken kwam zich ter plaatse beklagen dat onze caravan net in zijn gezichtsveld stond en dat hij daar kwam voor de rust en het zicht en de natuur … Verder heeft diezelfde persoon klacht ingediend tegen de Tour de France om precies dezelfde reden.
Toen in juli vorig jaar “hét” voorviel was de caravan in Le Village het enige dat me echt interesseerde omdat het een echte toevlucht was. Na de trouw van Zoneke ben ik er dan ook halsoverkop naartoe gereden. Toen ik daar kwam was er ingebroken. Niks erg. Het slot van het sas kapot en zes messen weg. Verder vond ik een pot met plastic kogeltjes voor een kinderpistool.
Nu krijg ik in januari 2003 een aangetekende zending dat het dak er af moet en het sas moet weg en de caravan moet ook weg en dat alles vóór 1 juli. De caravan mag eventueel, in een niet bewaakte hoek, opgeslagen worden en dit alles omdat de caravaneige niet meer past in het kader van een modern toeristisch gebied. Heel waarschijnlijk onder druk van die mensen in die appartementen, die door Elfke zo vriendelijk chichi-madammen en kleine-pietjes-meneren genoemd worden.
Ik bel naar de mairie waarop ze me zeggen dat ik naar “monsieur le maire” moet schrijven. Ik bedel niet, dus besluit ik die caravan daar weg te halen.
Na de grappige (?!?) historie van het gekissebis tussen de twee mannen in mijn leven, besluiten we de caravan te verplaatsen tijdens het weekend van O.H. Hemelvaart. Maar in mei is die caravaneige dicht omdat Manu, de gemeentelijke beambte die instaat voor de caravaneige, in verlof is. Dus ik bel terug naar de mairie en krijg als antwoord dat ik Manu niet nodig heb om mijn caravan daar weg te halen en dat ik dan maar naar de maire moest schrijven. En als ze zó doen, dan kan ik dat ook en nog véél straffer. Dus heb ik haar heel arrogant gezegd dat als ze mij wegjagen zoals nen hond met vlooien, ik niet schrijf naar ne maire van een Village dat zelfs op de meeste kaarten niet staat, maar vertrek! Verder heb ik haar aan haar verstand gebracht dat zonder Manu de elektriciteit niet werkt, zonder elektriciteit mijn boormachine niet werkt, zonder boormachine ik niet werk en dat ze mij dus verhinderen mijn eigendom weg te halen, maar dat ik mij in dat geval genoodzaakt zou zien de elektrogeengroep mee te nemen en die te laten draaien met of tegen de zin van le beau mesjeu dans son bel appartement. Dat is nog niet eens “bel”, dat is verdorie een duivenkot. Waarop de dame in kwestie even overleg pleegde en me liet weten dat, als ik op tijd verwittigde, ze voor elektriciteit gingen zorgen.
Dus zijn Slow en ik die dinsdag vertrokken. Vooraleer te vertrekken, verwittigde ik de mairie die me weeral onbeschoft vroegen of ik soms dacht dat ik de enige was die elektriciteit nodig had en jà, als er elektriciteit is, zijn de douches toch ook open.
Komen wij daar om 2u ’s nachts aan. De elektriciteitskabel is doorgesneden en gepikt. Wij in den doenkeren die caravan in, op de tast het bed gevonden. Al een geluk dat ik telkens voor ik vertrek alles klaar zet voor een eventuele aankomst ’s nachts.
’s Morgens zien we dat we nog enkel een stukske met het stopcontact van de caravan zelf hadden. Dus hebben wij als goei katholieken gedaan wat er in den Onze Vader staat, nl. “Behelp Uzelf zoals ook anderen zich behelpen”.
Verder zijn de douches wel open maar is er geen warm water en hangt er een papierke dat sedert 13 april alle lokalen gesloten zijn.
Blijkt dat wij toch idioten zijn om dat te gaan afbreken, vermits er minstens twee anderen gewoon hun caravan van onder hun sneeuwdak hebben getrokken en dat hebben laten staan voor de mannen van de gemeente.
En dan ’t dak op, ladder te kort! Superslimmesluweslowke heeft dan een constructie gefabriceerd die er uit zag als een Ford Escort met een pallet op de bagagedrager met een ladder er op. Ernaast nog een ladder om op ’t dak van die Ford Escort te geraken.
Ondertussen beginnen er nog andere uitgestotenen toe te komen. Uit Bordeaux, uit Paris, uit Le Mans … en allemaal even woest. Blijkt dat die allemaal wel naar le maire hadden geschreven maar gewoon geen antwoord hadden gehad. Ongeveer de helft ging hun caravan beneden zetten, ongeveer de helft wou weg.
Ondertussen zien we dat de kinderen, die uit de school komen, zomaar in de leegstaande caravans inbreken waar we bij staan.
Donderdagmorgen was het weeral zo heet. Dus besloten we de constructie ’s avonds af te breken als het koeler werd en voor de noen naar die andere camping te gaan kijken.
Die andere camping ligt op 900m hoogte, waardoor je naar omhoog moet kijken om de bergen te zien, maar die wel het voordeel biedt dat je zowel naar Les Deux Alpes, Alpe d’Huez, le col du Glandon, le col de la Croix de fer kan in een -toch wel hoge- wip.
Terug aan onze afbraakwerf gekomen, komt daar zo een klein, vriendelijk, jong Fransmanneke, die Jean-Philippe blijkt te heten, vragen wat wij, in ’s hemelsnaam, met al die schoon – zo goed als nieuwe- balken gaan doen. Ik antwoord naar waarheid dat de gemeente die gaat opfikken. Waarop hij zo beteuterd zegt dat hij een restaurant heeft en zijn terras wil verhogen en dat hij dat met balken wil doen en dat … waarop ik hem onderbreek en zeg dat hij ’t ganse boelke mag hebben. Ik was al gelukkig dat er iemand iets zou aan hebben. Waarop Jean-Philippeke in zijn vwatuurke springt en efkes later terug daar is … met ander kleren aan om te helpen afbreken. Ik heb dan eerst de bodembalken losgemaakt en weggenomen en ben dan maar een klapke gaan doen met de madam van Bordeaux en de madam van Paris, want met drie kon je toch niks doen aan die balken van ’t dak en van de zijkant.
Daardoor lach ik nu om le maire du Village want wat blijkt, uit alle informatie die ik heb, zowel zelf verkregen via correspondentie, als van Jean-Philippeke, als van van de madam van Paris, als van de madam van Bordeaux:
- er was een project voor het plaatsen van koepels over de caravans op het bovenste niveau, wat zéér prestigegericht en kostelijk zou zijn geweest. Op het lager gelegen gedeelte zou een parking voorzien worden. Dit project werd afgeketst bij een hogere instantie;
- er is een project om op de plaats van de caravaneige, chalets te plaatsen en te verhuren … maar er is geen geld voor en toch jaagt le maire ons al weg;
- er is een project om op het lager gedeelte een openlucht zwembad te maken (wintersportgebied) maar er is geen geld voor en toch heeft le maire het oude zwembad al laten afbreken;
- er zijn al drie verschillende projecten op dat terrein afgeketst omdat het staat ingekleurd als caravaneige;
- het schooltje had geen overdekte speelplaats en de ouders vroegen om daar zo een simpel ding te zetten als beschutting voor de kinderen in de winter. Dus heeft le maire daar een prestigeding laten zetten dat miljoenen en miljoenen gekost heeft;
- voor de bouw van de chalets moeten het nieuwe sanitaire blok en de salle d’animations weg; volgens le maire zijn ze verrot (onnoewezel manneke);
- de twee villages d’enfants voldoen niet meer aan de normen en worden gesloten, waardoor er een volledige klas wegvalt in het schooltje, waardoor het schooltje misschien volgend jaar dicht moet;
- een Frans vakantiepark was geïnteresseerd in een park daarboven, blijkt nu dat le maire de caravaneige daar ook al aan gepresenteerd heeft, maar die mannen vinden 3 hectare niet groot genoeg;
- Le Village is een wintersportgebied dat in de zomer slaapt, daar wil le maire verandering in brengen;
- de taksen zijn er het laatste jaar met 17% gestegen omdat de gemeente niet genoeg inkomsten heeft maar voor ieder van die caravans werd per jaar betaald en er moest niks, maar dan ook niks, voor gedaan worden; een eventueel chaletpark zal meer kosten aan onderhoud en de mensen vrezen dat de taksen nog zullen stijgen;
- de handelaars beklagen zich want de mensen uit de appartementen vinden de bergwinkelkes te duur en brengen alles mee uit Grenoble, dus jaagt le maire hun klanten weg zonder iets in de plaats te stellen. Een vrouw die net een zaak in wintersportartikelen heeft overgenomen is in paniek.
Dus noemen ze le maire ginder le pharaon du Village.
En volgens mij had le pharaon beter op nen lageren berg gezeten, kon hij ook ne keer omhoog kijken, in plaats van altijd op anderen neer te kijken.
Wat denkte daarvan?