Toen Slow gistermorgen van zijn ochtendwandeling terugkwam vertelde hij over de hoge stand van het water en dat hij het nu niet bepaald zo leuk zou vinden aan het water te wonen als het zo wild stroomde.

Toen ze dan gisternamiddag gingen wandelen en langs de glascontainer passeerden lag het water er als vanouds rustig kabbelend bij. Ook de stand was gezakt.

De buren hadden al verteld dat het water twee jaar geleden buiten zijn oevers gekomen was en alle kelders van het lager gelegen stuk van het dorp had overstroomd, maar dat dit huis hoog genoeg staat.

Dat was indertijd met de wat-was riviertje net zo. Als het regende en onweerde, kwam het wassende en woelende water wild omhoog en kwam gewoon buiten zijn oevers. De gemeente had daarom overstromingsgebied voorzien en toch was er een bouwovertreder die een verlaten stal tot een huis verbouwde, met als resultaat dat hij bij iedere uitspatting van de rivier met zijn voeten er in stond.

Gisteravond vroeg Slow zich dan af of het niet de kleine Gete was die hier passeert, mske dacht van niet omdat ze de naam van de beek reeds gehoord had. Ze hebben het opgezocht, het is een beek. Bizar is wel dat deze beek net zo breed is en even wild kan te keer gaan als het wat-was watertje dat wel de naam rivier mocht dragen.