Er was een tijd dat mske nooit hulp vroeg omdat Ex toch altijd: “jaja” zei en het niet deed. En mske vraagt nooit iets twee keer, dat vindt ze bedelen.
Nu met Slow overweegt ze hetzelfde, maar voor heel andere redenen. Slow is zo overenthousiast dat mske het meestal nog niet moet vragen, soms volstaat een bedenking of zelfs gewoon nog vager.
Daarnet weer, mske zocht haar winterhandschoenen en kreeg de schuif van de kapstok niet open. Ze komt binnen en zegt: “ik geloof dat mijn winterhandschoenen daar in zitten” en Slow zegt: “die schuif ging altijd nogal stroef”.
En eens ietsiepietsie later hoort mske een vreselijke slag, en het waren geen vlooien, en ze zegt: “hij ligt beneden zeker?” waarop Slow antwoordt: “ja, kom eens helpen als je wil”.
Die mens kent het begin en het einde van zijn eigen kracht niet.
Wat denkte daarvan?