Het was gisteren weer zover. Ergernis in het groot sprookjesboek. En deze keer wist mske wél dat het goed fout zat.
Er stond namelijk dat de kleermakerszoon: “ezeltje strek je” moest zeggen en dat die ezel dan gouden tientjes zou niezen.
Niezen? In tegenstelling tot die keizer heeft die ezel het wel zo ver geschopt dat er een spreekwoord of gezegde over hem ontstaan is, zoals: “hé zeg, ik heb genen ezel die geld schèt.” Dat zeggen ze als kinderen wat veeleisend worden of als de belastingen wat hoog liggen.
En als je dan weet dat Bollie dacht dat mske dat van dat ondergoed had verteld omdat ze dat stichtender vond om aan kleine kindjes te vertellen … Aaarrrggghhh! Wat is er nu aanstootgevend aan een blootje?
In elk geval gaat mske tegen volgende week het volgende sprookje screenen aangezien er geen viruscontrole op sprookjesboeken bestaat.
Typisch voor moe, dat ze zelfs een gekuiste versie van een sprookjesboek in huis kon halen, al weet mske niet meer vanwaar het eigenlijk gekomen is. “Och” zei Bollie “dat zal op de nonnen hun lijst van veilige lectuur gestaan hebben”.
Na het paard met de rare tic, de ezel bij wie men dat “niezen” noemt.
bart
oei.. dan krijg ik int vervolg het vliegend nies.. en mag da dan nog met toiletpapier of moet ik nu ook zakdoekjes gebruiken.. zoveel vragen en da op ne vrijdag.. Maar goed.. alst zo is dan ist zo zeker.. groetjes..