Sedert de winteropstoot roekoede de duif ’s morgens. Niet de duif in onze dakgoot maar verderaf, waarschijnlijk die in de pastorijtuin. “Duif zwijg” dacht mske dan “het is nog veel te vroeg, het kan nog serieus koud worden”.
Sedert de winteropstoot hoort mske hier en daar al het woord “kuiswoede” vallen en dan denkt ze ook dat het nog veel te vroeg is, dat het nog serieus koud kan worden.
Roekoeënde duiven wijzen op voortplantingsdrang en kuiswoede wijst op een vernieuwde vorm van nestbouwdrang. Stop daarmee! Als ’t dan nog koud wordt zit ge met winterjongen en weet ge in de lente niet meer wat doen.
En het is al van dat, de volgende koude periode is daar, al roekoede de duif in de pastorijtuin vanmorgen ook nog. Misschien wil die wel gaan skiën met zijn lief.
Wat denkte daarvan?