Het begon met een dame die op de bus stapte enkele haltes verder dan die waar Slow en mske waren opgestapt. Nog enkele haltes verder stapte een tweede dame op die op een zeteltje aan de andere kant van het gangpad ging zitten. Beide dames begonnen te converseren. Op zich is dat niets speciaals ware het niet dat mskes lachspieren wat begonnen te kriebelen omdat beide dames om ter ijverigst met hun hoofd knikten telkens ze zelf wat zegden en telkens de andere wat zei. De eerst opgestapte had bovendien nog de neiging om telkens als de andere wat zei haar mond te openen en te sluiten, te openen en te sluiten zoals een vis op het droge.
Het toeval wou nu toch dat bij het terugkomen de eerste dame terug op dezelfde bus als Slow en mske stapte, de tweede echter niet, waarop Slow mske toefluisterde: “dat is een kannibaal, ze heeft de andere opgegeten”.
Hoe het kwam dat dit verhaal opdook bij het avondmaal met Amke en Ella dat weet ik niet precies. Wat ik wel weet is dat toen Ella over een kannibaal hoorde, ze fluks van haar stoel sprong en dapper in jiujitsu houding ging staan, terwijl ze strijdlustig verklaarde: “we gaan die aanpakken!”
“Hé ja Ella!” juichte Slow “leuk! Dan kan jij de kannibaal aanpakken en ga ik lopen”. Ella keek al wat minder enthousiast, maar bleef wel in haar krijgshaftige houding staan. “Ja” zei Slow weer “jij werkt die tegen de grond met zo een greep en ik ga lopen”. “Dan kan die me wel pakken hé” zei Ella terwijl ze terug op haar stoel kroop. “Maar, dan loop ik weg en jij loopt achter mij, dan weet je de weg” ging Slow enthousiast verder. “Die kan terug recht staan en me dan pakken” zei Ella terug. “Maar neen” zei Slow “we kunnen ons verstoppen”. “We gaan die kannibaal niet aanpakken” zei Ella beslist. “Maar allee” zei Slow “dan kan die nog andere mensen … ” “We gaan die kannibaal niet aanpakken” zei Ella iets beslister. “Kannibalen bestaan niet” zei Amke droog.
Daar had Ella geen oren naar. Ze zat te bedenken hoe ze Slow op andere, minder gevaarlijke, gedachten moest brengen. “Maar allee Ella” pruilde Slow “je hebt het beloofd”. “We gaan die kannibaal niet aanpakken” zei Ella zo beslist dat ze bijna in lettergrepen sprak. “Goed dan, dan niet” gaf Slow toe. “Kannibalen bestaan niet” probeerde Amke opnieuw.
Eigenlijk geloofde Ella liever Slow dan Amke en toen mske haar het werkelijke verhaal vertelde keek ze pas écht ongelovig. En dan te bedenken dat mske die twee dames oorspronkelijk eigenlijk meer met kippen vergeleek.
olive
een grote glimlach!
Klaverke
hihihi