Het is een wat rare nacht geweest. Het raam zat dicht omwille van de aangekondigde storm. Maar of dat de aanleiding geweest is tot al die onrust mag Joost weten.

Eerst had mske afgezien van krampen in haar kuit. Of ze nu echt krampen heeft gehad in haar slaap of het gedroomd heeft mag Joost weten.

Dan heeft ze haar hoofd gebroken over wat er nu vandaag zo speciaal was bij Zoneke. Of er nu echt wat speciaals was bij Zoneke of ze dat nu gedroomd had mag Joost weten.

Dat ze constant op de locatie was waar ze volgens de laatste prijsaanvraag een heleboel van haar tijd zou mogen doorbrengen dàt was gedroomd, dat is een feit, want ze gaat niet ’s nachts op 25km van hier in een buro gaan zitten terwijl alle geburen daar rondlopen, hun vuilbakken verliezen en op het terras komen zitten omdat ze zelf geen tuin hebben. Waarom ze dus vooruitloopt op de feiten, de prijsofferte is nog niet binnen, mag Joost weten.

Het ergste was wel dat ze Slow’s adem hoorde en haar arm over hem legde. En toen … toen stopte Slow met ademen. mske kon niet geloven wat ze hoorde. Of beter … niet hoorde. Ze bewoog hem even met haar arm … niets. Ze heeft hem dooreen geschud en gezegd: “stop daarmee!” Ze schudde en schudde en bleef maar zeggen: “stop daarmee!” “Wat is er?” schrok Slow ineens op. Volgens mske heeft ze dat niet gedroomd maar dat ze ongerust was … dat heeft Slow geweten!