Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Hoebeldeboebel splisj splasj

Wat doet een mens als je weet dat Slow op die bepaalde dag dat ze om 17.30u bij Zoneke moeten zijn, pas 7à10 minuten na 17.00 ergens zal kunnen vertrekken, mske nog moet komen oppikken en dat Zoneke hier niet achter het hoekske woont. “Ik ga met de fiets” zegt een mens dan. Allee, mske toch.

“Het gaat dinsdag regenen” zei Slow en “de ganse weg naast die grote baan” zei Slow en “ligt er wel een fietspad naast de ring van Tienen?” vroeg Slow en “45 km?!” zei Zoneke en “het is vals plat” zei Zoneke.

mskes besluit stond vast. Ze zei dat er van hier tot ginder, behalve hier in het volgende dorpke over een stuk van een paar honderd meter, een fietspad ligt, óók langs de ring van Tienen. Ze zei dat het geen 45 km was maar maar 30. Ze zei dat ze met de Tempus Arti kunstroute 38 km gedaan had. Ze zei dat ze liever vals plat had dan die stijle stukken. Ze zei dat ze nog nooit gesmolten was van een beetje regen maar ze zei ook dat ze niet zou vertrekken als ’t *censuur* zou regenen. Je weet wel wat de mensen dan zo zeggen tegen dat soort regen, het is bruin en zit niet in een zakske maar ’t is wel synoniem voor een kakske.

mske had dat eigenlijk al langer uitgedokterd om dat eens te doen maar ’t kwam er nooit van. In elk geval zette ze gisteren hare velo buiten in een miezerig regentje, niet hard genoeg om voor thuis te blijven.

Dat vals plat bleek niet zo vals te zijn. Niet echt kuitenbijterkes maar een gestaag stijgen om ééns je boven op ’t koppeke was in een kort stijl stukske naar beneden te duiken om dan aan de volgende gestage stijging te beginnen. Zo reed mske hoebel op en hoebel af. Nat werd ze niet echt van de regen, eerder van het verkeer, waaronder vrachtwagens, dat het water opzwiepte tegen mskes benen.

Eens Tienen voorbij stopte het met regenen maar toen kreeg mske af te rekenen met een slecht liggend fietspad. Buiten die hoebels op en hoebels af kreeg ze te maken met ongelijk liggende klinkers die verder dan nog overgroeid waren zodat er praktisch enkel een bandenspoor overbleef. Ze moest twee keer stoppen, de eerste keer om twee schooljongens door te laten die wat sneller reden dan zij en een keer voor een scooter die natuurlijk ook sneller was.

Zij dacht aan de grote abseil die er aan zat te komen zo na de afslag. Maar eer die begon met abseilen moest ze toch eerst nog een hoebel over en ergens zo in het midden lagen er ook nog twee hoebelkes. Sneller dan ze had verwacht kwam ze op de grote steenweg en daar kwam nog de lange gestage klim om dan in één roetsj bij Zoneke binnen te rijden.

Toen ze dan later met de auto terugkwamen zag mske al die hoebels en boebels waar ze tevoren nooit aandacht aan had besteed. “Vanuit de auto vallen die niet zo op” zei ze.

Haar fiets lag vanachter in de auto en mske was maar wat blij dat ze die weg terug niet moest doen, al die stijle klimmekes met die lange trage afdalingen. Slow zei niks maar ik ben er zeker van dat hij hoopt dat mske het niet in haar hoofd zou krijgen om dat eens samen met hem te doen.

Previous

Het was zondag en ’t was nog vroeg

Next

Tja

2 Comments

  1. mske wil jij is naar mijn blogje kijken, want ik zie van gisteren alleen de linkerkant, kan wel posten maar het komt er niet op.Ik had gehoopt dat het vandaag opgelost zou zijn ,maar niet dus

  2. olive

    petje af voor mske!

Wat denkte daarvan?

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén