Eigenlijk had ik nooit op het restaurant gelet al was ik er in het verleden al een paar keer voorbij gegaan.

Het werd in de eerste mail “een klasse restaurant” genoemd. “Als ’t maar geen mannekesblad is” had Slow gezegd en Bollie had er nog bij gevoegd: “zie maar dat je een frietkot weet zijn in de buurt”.

Maar reeds bij het binnenkomen was ik al gerust gesteld, het was geen stijve bedoening, ik zou het ook geen restaurant noemen. Het zag er gemoedelijk uit, maar dat zag ik eigenlijk pas nadat … van bij het begin en optenieft.

In de galerij stonden de tafeltjes en stoeltjes en die waren zo goed als volzet, binnen zag het er eerder leeg uit. Nog voor ik een voet over de drempel had gezet werden we aangesproken door een erg vriendelijk persoon, iets minder afgeborsteld dan in het hotel, maar des te natuurlijker. Hij vroeg of we van “de madammen” kwamen, vertelde zijn naam, die ik jammer genoeg niet meer weet en vervolgde dat hij Bretoen was en nog maar zes maand in België maar dat hij volop aan het Nederlands leren was. Alles in één ruk door. Ik toonde mijn voucher en we mochten kiezen buiten -in de galerij- of binnen. Toen zag ik het stemmige interieur en we besloten het maar op binnen te houden.

Zalige zetelkes en een tafelke voor een gemoedelijk tête-à-tête met Slow. Wat verder stond een tafel gedekt voor een tiental personen, daarover hadden we het al in het verslagske over de wandeling. In elk geval kwamen deze mensen pas binnen als wij al aan ons hoofdgerecht bezig waren, zodat wij ons afvroegen hoe wij in ’s hemelsnaam tijdig in de concertzaal zouden geraakt zijn mochten wij de wandeling er bij genomen hebben.

Maar genoeg daarover en terug naar de vriendelijke Bretoen en ons gemoedelijk tafelke voor het tête-à-tête. We hadden blijkbaar recht op drie gratis drankskes en of we champagne wilden? Wie zou daar nu neen op zeggen?

Het was àf! Slow en ik zijn niet bepaald Bourgondiërs maar dit was op en top àf. Ik heb zelfs onmiddellijk Bollie gesmst dat we helemaal geen frieten nodig hadden. Ik kan nog honderd keer zeggen hoe overheerlijk het eten was. Geen overdreven vol bord, geen mannekesblad en het was verrukkelijk.

Bij het vertrek is onze vriendelijke Bretoen ons nog een hand komen geven. Och ja, momenteel zal die jongen al niet meer weten dat we bestaan, maar het was een toffe en fantastische ervaring.