Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

17 mei (Page 1 of 3)

In Knokke-Heist

Voor de nog geplande tentoonstelling “Panamarenko’s Zoo aan Zee1” moesten we naar Scharpoord, het cultuurcentrum van Knokke-Heist. Die gingen we echt niet op dezelfde dag als de vijf Antwerpse locaties bekijken. Maar de laatste dag aan de kust was daarvoor wel het ideale moment.

Bovendien vond ik nog een “Schilderijenexpo in HEY Museum2” die zou 140 jaar kunst in Knokke-Heist belichten.

We volgden de kustweg en merkten dat er overal, maar dan overal werken aan de gang waren. En dat had als gevolg dat Luc, eens in Knokke-Heist aangekomen, zei: “We rijden eerst naar Scharpoord, daar weet ik waar de WC’s zijn” en ik daar volledig mee instemde.

Onderweg merkten we dan wel dat we in Knokke-Heist niet zouden kunnen parkeren. Dat het bij het museum niet kon had ik wel al gegoogeld, maar neen, daar waar het wel mocht, stond alles bomvol en we hadden geen zin in gewriemel en we besloten dat we het museum niet zouden aandoen.

Wat had ik nu gedacht? Dat de vorige tentoonstellingen van Panamarenko genoeg waren geweest? Panamarenko blijft verbazen. Het werd een beetje puzzelen om een paar groepen met gids te omzeilen, maar het was ook méér dan de moeite waard. Het is erg prachtig opgesteld en veel werken komen uit privé-verzamelingen, waar we dan ook nog nooit afbeeldingen van zagen.

Het was de tweede keer dat we een tentoonstelling in Scharpoord zijn gaan bekijken en het is twee keer dat we besluiten dat we hen wel in het oog gaan houden. Want jammer genoeg, sturen ze geen nieuwsbrieven.

(Lees verder onder de foto)
pske van mske:

    Wie meer foto’s wil zien, kan ze nu op “In Beeld” bekijken.

____________________
1 Scharpoord
2 Het Laatste Nieuws

De volle inbox

Sedert geruime tijd vind elke dienst die zichzelf respecteert het nodig om een directe link te leggen met My eBox1, wat resulteert in een overvloed aan e-mails als die My eBox me iets te melden heeft. Zo krijgen we dan een e-mail van “Doccle”, van “Mijn Gezondheid/eHealth”, van “MyPension”, van My Minfin”, van “Mijn Burgerprofiel (Vlaanderen)”, van “…”, afhankelijk van wie de afzender is.

Ik/wij hebben die apps niet op onze telefoons staan, maar we kunnen gerust zijn. Ze sturen sowieso een e-mail ook. Dat betekent dat we in het ergste geval vier keer een bericht krijgen dat we onze eBox moeten bekijken.

In elk van deze e-mails kan je dan een link vinden om naar “My eBox” te gaan -om op te klikken natuurlijk- ook in de e-mail van My eBox” zelf, terwijl zijzelf toch aanraden om nooit op dat soort linken te klikken maar om via je laptop je eBox te openen.

Wat lees ik nu gisteren in de media? Er komt een nieuwe app, die “MyGov.be2” gaat heten en die dienst moet doen als digitale portefeuille, waarin je dus je rijbewijs, identiteitskaart, geboortecertificaten, huwelijksaktes kan opslaan.

De nieuwe app komt er ook als gevolg van een Europese eis.

Maar, gelukkig maar, zien ze in dat het nogal verwarrend is. Verwarrend vind ik het niet echt, enkel vervelend omdat je telkens moet controleren of ze het wel over hetzelfde onderwerp hebben. Soit.

Heel belangrijk is wel … ze linken naar My eBox.

____________________
1 My eBox
2 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2024/05/14/apps-overheid-overaanbod-digitale-inclusie/

Waterdag

Voor wie er nog niet genoeg van heeft …

Waren we de twee voorbije dagen goed doorgekomen wat het weer betrof, ving de woensdag aan met een constant hevige regen en zagen we ons verplicht -watjes die we zijn- om de voorziene lange wandeling maar op de agenda voor een volgend bezoek te zetten.

We zouden in plaats van een wandeling maar eens naar Eupen rijden, de Vesderstuwdam gaan bekijken. Dat had een meisje uit Eupen ons ooit aangeraden. Toen wij hadden gevraagd wat er zoal te doen was had ze een lijstje gemaakt van welgeteld drie zaken: de Wesertalsperre, Hoge Venen en de Gileppe.

Eigenaardig genoeg regende het in Eupen niet al was het er wel nat (zie foto’s).

Dus besloten we in de -wat latere- namiddag toch maar een poging te doen om al wandelend aan die Zyklopensteine1 te geraken. Ik had dat parcours dan maar zelf ter plaatse uitgedokterd. Tja, waarom? Omdat ik op die manier die stenen wou zien. Zo simpel is dat.

En neen, dit was geen wegwijzer.

(Lees verder onder de foto)

We zijn droog vertrokken, halfweg begon het te regenen en gelukkig hadden we een regenjas aan.

En wat zei Luc? “Wel een schoon wandelingske” (zie foto’s).

Ik ga het in geen geval aan de wandelwebsite, wiens naam begint met een “K”, doorgeven. Die vragen geld voor die informatie.

____________________
1 Zyklopensteine

De ontploffing

Uiteindelijk zijn we niet naar Plugstreet 14-18 experience gereden. We hadden op tijd gezien dat het veel met film- en geluidsfragmenten te maken had en daar hebben wij dus een probleem.

Wat zouden we dan wél doen vóór de namiddagwandeling in Wijtschate? Luc opperde het Museum van de Wielersport in Roeselare.

Eens daar, wachtte ik Luc op die zijn mondmasker in de auto vergeten had. En ik zag ze komen. Op een hele trottoir zonder volk wisten ze zich een plaats te bemachtigen op geen 2m van mij en gingen zo luid babbelen dat ik moeite moest doen om ze niet te verstaan. Niet horen was al helemaal onmogelijk.

Ik ging wat verder staan. Maar daar kwamen er nog twee. En instinctief voelde ik aan dat er miserie op komst was.

Ik maande Luc met mijn hand achter mijn rug aan om wat haast te maken.

Aan de kassa overhandigden wij onze museumpas en de dame begon die … en daar kwam miserie met grote stap binnen, onderbrak de vrouw en begon over één of ander over parking en parkeren en problemen en …

“Waarom moet óns dat altijd overkomen?” fluisterde Luc. Ik haalde mijn schouders op. Soms denk ik dat de “I” op mijn voorhoofd even goed “Idioot” -maar dan één die te verwaarlozen is- kan willen zeggen.

Luc probeerde, hij zei: “Mevrouw, excuseer …”

De dame die onze museumpassen had was gegeneerd, maar mogelijk had miserie een hogere functie of zo want die bleef maar doorgaan over één of ander over parking en parkeren en problemen en … de dame met onze museumpassen bleef maar luisteren en kon er geen speld tussen krijgen.

En toen gebeurde het. Luc ontplofte, zoals hij het zelf noemde, en dat terwijl ik toch de meer explosieve van ons beiden ben. Denk nu niet dat ik een kort lontje heb. Neen, maar als de druppel te veel de emmer doet overlopen, tja … Luc is een pak groter dan ik, zijn emmer wellicht ook.

Hij zette een forse stap voorwaarts en zei nogal bozig dat wij nog een hele planning wilden afwerken en dat wij nú echt wel naar binnen wilden. Waar miserie naartoe is geschoten, ik weet het niet.

Ik probeerde eerst te sussen maar hé … Luc had gelijk. Iemand die achter ons komt, die gaat gewoon achter ons zijn of haar beurt afwachten.

Ik zei dan ook, ten overvloede -stel dat ze zou denken dat ik Luc ongelijk gaf- dat het op deze manier wel leek of wij er helemaal niks toe deden.

We zijn binnen geraakt, we zijn buiten geraakt maar van het geplande “eens naar de T-shirts kijken” in het bijhorend winkelgedeelte is niks in huis gekomen. “Ik wil naar huis” zei ik, eens terug bij de auto gekomen.

De wandeling in Wijtschate maakte dat de bittere nasmaak wat naar de achtergrond verhuisde. Die wandeling was echt wel de moeite waard. En het was ook tijdens deze wandeling dat we opperden dat drie dagen wel erg weinig was.

En dan moest de avond nog komen …

De Grote Prijs Vermarc

Misschien niet ieders voorkeursuitstap, maar bij ons stond hij wel op het programma. Want deze keer mocht het. Dàt lazen we wel op de website1.

Mondmaskerplicht voor toeschouwers en passanten op het gehele parcours.
Start- en aankomst zone (sic) niet toegankelijk voor publiek

We zouden dus naar de koers gaan kijken.

We hadden wel wat opzoekwerk om een geschikte locatie te vinden, want met de regen in het vooruitzicht mocht de auto toch ook al niet te ver af staan.

We zijn niet in de auto gaan schuilen. Mijn coiffuur was er dan ook naar. Maar die van die renners waarschijnlijk ook.

De slotkilometers hebben we wel thuis bekeken, opgenomen van ROB-TV.

Na twee keer de Brabantse Pijl op TV te moeten bekijken was koers in het écht toch weer eens plezant.

En dan komt binnenkort de Ronde van België ook nog bijna aan de deur voorbij.

1 Grote Prijs Vermarc

Op gevaar van eigen leven

Deze week heb ik iets héél gevaarlijk gedaan: een afspraak gemaakt bij Hans Anders voor de reparatie van mijn linkeroor en alsof het nog niet op kon had Luc ook nog een afspraak gemaakt voor het onderhoud van de auto.

Gisteren was het zover, wat het hoorapparaat betreft.

Gecamoufleerd achter masker en buff begaf ik me naar de winkelstraat van Landen, waar je de blauwe voetstappen moet volgen, het voetpad is er namelijk éénrichtingsverkeer. Luc zette me af achter de hoek en ik liep snel tegenstrop, die winkel is de tweede winkel van die kant en anders moest ik de omleiding volgen tot waar de blauwe voetstappen de straat oversteken om dan terug naar de hoek te wandelen.

Erg kon het niet zijn, er was geen kat op straat, behalve de samenscholing van drie man die op het trottoir stonden te overleggen. Ze stoven als mussen uit elkaar toen ik naderde … of … dat had je gedacht. Ze bekeken me of ik kierewiet was of ze hadden me helemaal niet gezien achter mijn camouflage uitrusting en bleven gewoon verder samenscholen.

Ik mocht in de winkel binnen, er stond niemand op het matje. Normaal gezien word je op het matje geroepen, nu moet je éérst op het matje staan eer je geroepen wordt.

Ik sloop door de ruimte, keek om elke hoek, wat belachelijk was, want alle hoeken waren in doorzichtig plexi, maar kom, het geeft je toch maar een kick: dat doen alsof je in oorlogszone terecht bent gekomen. Ik moest wel even vragen om te herhalen want de winkeldame sprak op winkeltoon en ik kwam niet voor een bril maar voor een kaduuk hoorapparaat.

Tja, ik kan nog doorgaan en beschrijven hoe de rest verliep maar ik kan ook gewoon zeggen dat alles goed geregeld was, geen direct contact, een plexiruit tussen klant en audioloog en geen directe aanraking van dingen die de ander direct had aangeraakt.

Waarom ik dit vertel? Je kan niet geloven hoe zenuwachtig ik me daarover gemaakt heb. Zo belachelijk zenuwachtig alsof het inderdaad een kwestie van leven en dood betrof.

Volgende woensdag is het onderhoud van de auto aan de beurt. Dat belooft.

Voor de autokeuring wachten we nog even tot de grote sloef door is en je moet niet te veel risico in één keer willen nemen of je wordt de zenuwen nooit meer de baas.

De Nürburgring

En weer moest ik het opzoeken … Het was 1970, 13-14-15 mei om juist te zijn. We gingen toen op een driedaagse schoolreis langs de boorden van de Rijn.

Veel herinner ik me niet meer van. We deden Koblenz aan, dat weet ik nog. En op een ochtend zag het eigeel groen, dat weet ik ook nog. En dat ik ontgoocheld was dat de bus niet stopte aan de Loreley1 vond ik hoogst verwonderlijk.

Wat ik ook nog weet, zonder visuele herinnering echter, is dat we met de bus over de Nürburgring reden.

Na ons laatste verblijf daar in de buurt, kan ik me dat heel erg slecht inbeelden al vond ik nog steeds verwijzingen naar ticketverkoop voor bustoeren.

Waarom ik dat slecht kan inbeelden? Het is me daar wat op die Nürburgring. Eerst had Luc gezegd dat we daar niet naartoe hoefden, als het van hem afhing. Maar die ene ochtend opperde hij toch om eens die Nordschleife te gaan zoeken en kijken. Daar bleef het niet bij. Hij wou achteraf toch ook eens het Nürburgcentrum zelf bezoeken ook.

Eens dààr kon ik hem er haast niet meer wegkrijgen. Ik stelde voor dat hij zelf eens op die Nürburgring zou gaan rijden, dat weigerde hij. Hij zei: “Als je die ziet vlammen en dan ik daartussen aan 40 per uur.”

Misschien moeten we gewoon uitkijken of hij niet eens met een ervaren racer mee kan. Voor mij hoeft het niet. Ik houd mijn ontbijt graag waar het hoort en dat is niet op mijn schoot.

Meer foto’s
____________________
1 Loreley

En niemand die het verkoopt

Endorfine is ver zoek en moeilijk aan te maken. Geloof me maar.

De laatste tijd draait het niet mooi rond, op sommige dagen draait het zelfs vierkant.

Zondag 13 mei was geen prettige dag.

Bloemen kopen, als oppepper, lukte niet.

De wandeling van dinsdag bracht ook al geen soelaas: 1km door het groen, daarna 3km over een saai recht betonnen fietspad, waar fietsers denken dat zij met drie naast elkaar mogen en dat jij de netels in moet.

De ijskar die je na die 3km zag staan, leek wel wat. Alleen reed hij weg toen je er nog 10m van verwijderd was.

Voor sommige dingen die ze aanraden om endorfine aan te maken, moet je eigenlijk al een hoop endorfine in voorraad hebben. Als knorpot begin je er niet aan.

Vrolijk worden van de geur van een appelsien? Niet als diezelfde appelsien je eerst een spuit sap in je oog gespoten heeft.

Blijft over: alcohol drinken. Van dat straf wil ik al lang niet meer. Van pils word ik korzelig. Een Grimbergen of een Lindemans zou kunnen, maar zit daar genoeg endorfine in om de volgende ochtend welgemoed uit bed te springen? Ik denk het niet.

De foto hier onder is het enige dat ik op die verknoeide wandeling de moeite waard vond om te fotograferen … en zelfs daar staan netels bij.

Hallo meneer!

Na de wandeling, waar we per toeval aan het militaire kerkhof van Sint-Margriete-Houtem langskwamen heeft Luc enig opzoekwerk gedaan naar die veldslag. Hij vond daarbij ook verwijzingen naar Necropolis, een begraafplaats binnenin een kerk.

Sedertdien liet hij een paar keer verstaan dat hij daar wel eens wou langsgaan.

We zouden zondag niet gaan wandelen, we konden even over de markt in Tienen lopen, de soldaten van Necropolis gaan groeten en bovendien -om te vermijden dat het ook tien jaar zou worden- de ruïne van de begijnhofkerk nog eens aandoen, al was het dan niet in het donker.

Op de markt, ach ja, wat valt daar over te vertellen, behalve dan dat éne blijde griet Luc begroette met een vrolijk: “hallo mijnheer” en uitlegde dat er binnenkort een rommelmarkt is, een benefiet. Wat of wie ze dacht dat ik was? Ik weet het niet. Luc en ik liepen nochtans gearmd. Misschien dacht ze dat het aanhangsel geen begroeting waard was.

De crypte in de kerk? Die was om stil van te worden. De kerk was in donker gehuld tot ik die deur open duwde en het licht me als het ware de sfeer in het gezicht gooide. Je kan het niet verwoorden noch kan je het op foto weergeven. Zij aan zij, elk met een grafsteen in eigen taal. Die achttiende augustus 1914 zijn er bij uitputtingsslagen 200 ongeoefende Belgische jongens gedood terwijl ze een geoliede oorlogsmachine hebben trachten tegen te houden.

Ze worden niet genoemd bij grote herdenkingen en ach, laat het zo blijven. Het serene van dat kerkje zou verloren gaan als het grote toerisme zijn weg zou vinden.

Al zijn wij geen kerkhoftoeristen en hebben soldatenkerkhoven ons nooit gelokt, al gaan we nog eens naar Vladslo -binnen tien jaar misschien-, toch is het goed even stil te staan en te overdenken dat de wereld er blijkbaar niets maar dan ook niets uit geleerd heeft.

De ruïne? Die was dicht, afgesloten met een fietsslot. Wat een ontgoocheling.

Gisteren heb ik de dienst in Tienen opgebeld. Die wisten me te zeggen dat de ruïne eigenlijk open moest zijn, maar aangezien ze afhangen van vrijwilligers om te openen en te sluiten …

In Grimde dus ook. Wat jammer dat ik die man zijn naam niet vroeg. Hij vertelde over de crypte en over haar ontstaan. De borden aan het kerkje kunnen het nooit zo warm verwoorden.


Foto’s van Grimde

Sunparks’ mislukte foto’s

Mja, wat heet mislukt?

Bij de eerste lag ik wat te hangen op de zetel terwijl ik allerlei uitprobeerde op het fototoestel. Opeens viel het me op dat ik het lichtspel achter die boom wel wat vond hebben en “snap!” hij stond er op. Ik verwachtte er niet al te veel van, zo scheef hangend in die zetel en dat door die ruit.

Ik heb het raam er af gesneden en al bij al vind ik de foto best meevallen. Okee, niet voor een fotograaf, maar ik heb wel dat licht min of meer vastgelegd.

(Lees verder onder de foto)

De tweede is genomen met de telefoon. We hadden ons al afgevraagd waar al die konijnen zaten die we de vorige keren toch op bezoek hadden gekregen. En net toen we wilden vertrekken liep langoor over het grastuintje. Ik greep snel de telefoon en “snap!” het konijn stond er op, al was ik niet echt snel genoeg en was het al het hazenpad aan het kiezen.

Toen ik thuis de telefoon wilde leegmaken viel me pas het eigenaardige licht op de foto op en al staat het konijn er toch op, het is ook weer meer een lichtfoto.

Page 1 of 3

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén