Efkes eerst een situatie schetsen. Het huis staat met de brede kant aan de straat. Achter het huis is het binnenkoerke, aan de tweede kant afgezet met de aanbouw. In de aanbouw zit een stuk uitbreiding van de keuken en een kot. De derde kant is de ijzeren poort naar de andere straat en de vierde kant is de herstelde muur van de ingevallen stallen en daar begint de berg.

Buiten die ommuring hebben de vorige eigenaars een kot aan het kot gezet … een bric-a-brac foefelare flans-ineen kot. Het dak daarvan is in doorzichtige golfplaten In het overgebleven gemetste stuk van dat bric-a-brac foefelare flans-ineen kot bevindt zich het klein buroke. Boven het klein buroke is een bric-a-brac foefelare flans-ineen dak en er hangt een bric-a-brac foefelare flans-ineen deur.

Na al die jaren begint al dat bric-a-brac foefelare flans-ineen gedoe het te begeven waardoor die bric-a-brac foefelare flans-ineen deur van het klein buroke niet meer goed dicht kan.

Hoe geraken die mannen nu op het dak? Via een stelling en een ladder over dat doorzichtige plastic dak.
 
Spijtig genoeg kan de groote boodschap niet gepland worden en zie je ze hier zo heel stiekem naar dat klein buroke sluipen … met hun tweetjes. Ah ja, er moet toch ene de wacht houden.