Maandagmorgen stonden Slow en mske al aan Zonekes werk voor Zoneke daar was, maar hoe vroeger hoe liever. Later vond mske dat de werken op de E411 eigenlijk nog meevielen ware het niet dat er een kerel voor hen reed die maar met moeite 60 deed en je mag er 70.

Aan de Luxemburgse grens was er weer het toppunt van discriminatie. Slow kreeg een welkomstberichtje op zijn gsm en was bij gsmlux, mske enkel maar bij Tango zonder welkom. De twee lifters ter hoogte van Nancy hebben ze niet mee genomen.

Slow had gespeculeerd dat ze pas rond 22.00u ter plaatse gingen zijn en alhoewel mske dat toch iets te pessimistisch ingeschat vond zei ze niets, gewoon omdat je nooit weet wat je op dat kilometerlange traject kan tegen komen.

Iets na Nancy nam mske het stuur over. En mske deed weer wat ze altijd doet, ze splitst alles op in delen, zodat het niet lang lijkt. Nog 150 naar Dijon en eens ze daar is kijkt ze pas naar Lyon.

Ergens daartussen moest ze een sanitaire stop maken voor Slow. En ze ging ondertussen even drinken. En wat of hoe, ze weet het zelf niet, maar de fles viel uit haar handen en haar ganse geklede broek was nat. En ze had die aangetrokken om ginder een beetje Madame te zijn. Niet zoals vorig jaar, een bobonne in short. Gelukkig droogde het snel en zaten er geen vlekken in.

En in Lyon stond er op de informatiekrant dat de A46 gesloten ging zijn van 26 april tot en met 30 april van 21.00u ’s avonds tot 06.00u ’s morgens. En mske dacht van: “Lap, het wil weer eens lukken!” Want de transporteur had gezegd dat hij de 27ste in de namiddag ter plaatse dacht te zijn. En de namiddag, wanneer eindigt die? Zouden ze het dat halen? En mske dacht zoals de Spanjaarden: “geen zorgen voor morgen!” maar ze begon toch al aan Besançon te denken.

Toen ze in de buurt van Grenoble kwamen kreeg mske het te kwaad, want vandaar kan je Le Village zien als het helder weer is. Maar aangezien mske nog altijd reed, kon ze niet rond kijken, maar het zicht van die oude bergen deed haar iets. En als mske in het reclamefilmpje: “het strand of de bergen” zou zitten, zou ze zonder aarzelen de bergen kiezen.

Dus concentreerde ze zich op de weg. Want na Grenoble kwamen nog 50 mooie, maar smalle kilometers. En mske werd onrustig. Want die caravan had voor de eerste keer een winter zonder sneeuwdak gestaan. Een gans jaar! En bovendien waren de lichtkoepels, enkele jaren terug, stuk gegaan en waren vervangen door houten constructies, die Broer zo mooi had gemaakt en die zij met speciale verf had geschilderd. En het was nooit de bedoeling geweest dat die houten wisselstukken het weer moesten trotseren. En toen ze in de buurt van die kabelbaan kwam, het was toen rond 18.00u, keek ze naar beneden, daar van waar je de caravan kon zien. En ze zag dat alles normaal leek.

Voor ze binnen reed, ging ze met Monsieur Nurk afrekenen, die zo poeslief was dat mske van de weeromstuit Madame Hautain werd. mske heeft eigenlijk nog liever een leugenaar dan een valsaard. Bah!

En dan de caravan! De opluchting dat alles in orde was, dat ze intact gebleven was en dat ze nog altijd even thuis aandeed als ze altijd had gedaan.

En dan pas voelde mske hoe moe ze was. Ze begon alles in te pakken terwijl Slow de soep opwarmde die hij meegebracht had. En ms voelde die werken tot in de toppekes van haar pinnekeshaar.

En toen ze daarna verder inpakte vond ze nog iets dat er al jaren in stond maar dat ze niet meer wist. Een fles Hasseltse koffie, een fles Glühwein die misschien niet goed meer zal zijn en een gans nieuwe, volle fles Hasseltse jenever. Die fles is nu niet meer nieuw noch vol.