Op een dag zat Broer voor het venster naar buiten te kijken, met zijn kin op zijn handpalm geleund, waar hij plots afschoof. En Broer had beter een ander venster gekozen want dit was nu net dat venster waar moe haar cactussen op het venstertablet staan had. Cactussen plat en Broer zo stekelig als een ongeschoren Guy Polspoel.
 
En moe in paniek, in paniek en ze greep een naaldje om die stekels uit te halen en Broer zag de naald, ging op zijn tippen staan en draaide van zijne sus (dat wil zeggen bezwijmde).
 
Sedertdien wou moe nooit nog cactussen tot mske veel later haar eens een mooi bloemstukje kado deed met vier cactusjes in, twee grotere en twee kleinere en er een kaartje bij deed: “voor je moederkesdag van de vier stekels!” Begon ze toch weer te janken zeker!