Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Drentelman

Op de vrijdag dat we naar Lucs zus wilden vertrekken, bij het instappen, liep er een man te drentelen, die zei: “geen post voor jullie”.

Het autootje van bpost stond iets verder in de straat, maar de man droeg geen postuniform. Een nieuwe postbode die zich aan het inwerken was? Het was ons al opgevallen dat we al enkele dagen geen post hadden ontvangen, wat op zich ook al bizar was.

Op zondag, net voor het vertrek naar de evenementen, controleerde Luc -zoals hij altijd doet- voor alle zekerheid nog eens de brievenbus en vond de twee brieven. “Geen post voor jullie” zei hij rologend.

We krijgen de laatste tijd echt wel veel fout geleverde post en dus verontrusten die postloze dagen me echt wel een beetje, zeker dat de trend zich voortzet en de post er maar met mondjesmaat doorkomt.

Previous

Nog meer over de bestellingen

Next

Luc heeft nu ook een smartphone

2 Comments

  1. Misschien hebben jullie ook zo’n postbode die zijn lading gemakshalve in een bos dumpt. Het zou niet de eerste keer zijn dat dit gebeurt.

    • ms

      Ik heb me enkele jaren geleden al afgevraagd of we er soms niet toe doen omdat we op een uithoek wonen. We hebben/hadden geen vaste postbode.

      Dat zoekend personage is toen niet al te lang gebleven. Daarna hadden we minder contact met de postbode omdat we dikwijls niet thuis waren.

      Sedert een poos was dat terug die ene die ik indertijd “de schone” noemde. We hadden geruime tijd niets aan te merken. Tot het plots begon met post die niet voor ons was of post die ’s nachts door één of andere in onze bus werd gestopt.

      En toen zagen we hem, de drentelaar. En als we het zo overdenken, kunnen we zo voor de vuist weg niet zeggen wat er ontbreekt. De rekeningen die komen wel.

      Feit is dat we nu zo één dag op de week eens wat krijgen terwijl dat vroeger wel dagelijks was. Als hij maar niet alle plezante post wegmoffelt.

Laat een reactie achter bij BenjamínReactie annuleren

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén