Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Nummerplaten

Nu we zowat overal met allerlei kwaadaardige voorvallen te maken krijgen lezen en/of horen we meer en meer de raad om nummerplaten te noteren.

En toen ik dat las moest ik efkes grinniken, al was het eigenlijk maar een licht snuiven. Want nummerplaten noteren dat heb ik jaren en jaren gedaan.

Dat was ooit begonnen toen ik nog een klein mske was en ik iets raars had opgemerkt en het thuis vertelde en mijn vader me vroeg of ik de nummerplaat had gezien. Toen dat niet zo bleek, zei hij dat ik dat altijd moest toen, wat er ook gebeurde, iets raar, iets erg, iets onbegrijpelijk. Mijn vader was namelijk rijkswachter.

En ik deed dat. Jaren en jaren lang. Uiteindelijk zat dat zo ingebakken dat ik dat automatisch ging doen en bleef doorgaan toen ik getrouwd was. Niet dat ik echt met een notablokje rondliep maar ik had een erg goed geheugen.

Wanneer ik er mee stopte weet ik eigenlijk niet. Dat is ook wel al jaren geleden, aangezien ik me niet kan herinneren dat ik ooit één van die nummerplaten met een cijfer vooraan heb onthouden.

Misschien moet ik er weer mee beginnen, maar ik vrees dat ik nu wél een notablokje zou kunnen gebruiken. Het idee alleen al … dat ik dat ook nog eens in mijn hoofd zou moeten gaan steken.

Uitgelichte afbeelding:

Previous

Het kussen van den Aldi

Next

Verhuizen voor je vijftiende

9 Comments

  1. Ik herinner me dat we als kind achter in de auto door de mist van de sigarettenrook van beide ouders heen de schaarse keren dat we in een buitenland waren de kentekens van Nederlandse auto’s noteerden. Ook werden de bestuurders ervan gegroet. Het buitenland was toen nog een groot en gevaarlijk oord en het was een veilig gevoel een landgenoot te treffen. Ik denk dat ook het kenteken van onze Kever in menig blocnoteje werd opgetekend. Of buitenlanders die door ons land reisden elkaar ook veelbetekenend gegroet hebben weet ik niet. Zo gevaarlijk werd Nederland vermoedelijk niet gevonden.

    • ms

      Dat deden wij dus niet. We zijn als gezin nooit in het buitenland geweest, met de school wel: Boorden van de Rijn, Parijs, London.

      Mijn vader wou echter dat we attent waren voor de kleine criminaliteit. Al zou ik mijn kinderen “nu” niet meer aanraden om opvallend naar nummerplaten te kijken van auto’s waar een reukske aan zit.

  2. Als kind ‘verzamelde’ ik ook nummerplaten in een schrift. Maar ik ben vergeten waarom en aan welk criterium een plaat moest voldoen.

    • ms

      Bij ons ging het er gewoon dat wij, als we iets thuis vertelden over iets bizar of gevaarlijk, we altijd de vraag kregen: “Je hebt de nummerplaat toch genoteerd?” Uiteindelijk ging ik dat automatisch doen.

      Mijn vader was rijkswachter, ziede. Ik zie dat ik dat niet in het log heb vermeld. Ik zal dat eens rap gaan aanpassen.

  3. Wij zwaaiden vroeger wel wanneer we in het buitenland een Nederlander tegenkwamen, maar nummers noteren heb ik of mijn zus nooit gedaan. En toen we met de kinderen in vakantielanden rondreden deden zij dat ook niet voor zover ik dat nog weet.

  4. Vroeger kende ik bijna alle nummerplaten van de auto’s van mijn collega’s. Nu moet ik al nadenken als men die van ons vraagt.

    • ms

      Vroeger kende ik inderdaad de nummerplaten van de familie. De onze nu wel nog, maar die van Zoon? Ik zou eens heel diep moeten nadenken, of nog eens naar die auto kijken en zeggen: “Ah ja, dat is ’t”.

  5. elsjeveth

    Wij deden achterin de auto raadspelletjes en daar hoorde ook nummerbord noteren bij. Dat zal tegenwoordig wel ´spotten´ heten. Zo ging de tijd rap voorbij op lange ritten

Wat denkte daarvan?

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén