Zo een tweetal weken terug gingen Slow en mske naar de markt. Op die markt kwamen ze wel de papierverdelers van de verkiezingen tegen maar het plaatske rechtover het stadhuis was onaangenaam leeg. “Het wil weer lukken” dachten ze “voor een keer dat we naar de markt komen”.

Door dat lege plaatske werd mskes goesting alleen maar groter en ze kocht een potteke ananas want ze ging terug naar de markt. Ze moest en zou …

Vorige week gingen ze terug. Het plaatske was nog altijd even leeg. “Verdorie” dachten Slow en mske “die zal toch nog wel komen zeker”. En mske dacht: “als we nu eens in Zoutleeuw gingen kijken”. Dat is in de namiddag en enkel en alleen de grote steenweg over. Maar dat idee verwierp ze onmiddellijk wegens belachelijk.

Slow sprak de madam van het bloemenkraam aan en vroeg: “komt de kiekenboer niet meer?” “Jaja” zei de madam “die heeft twee weken konzjee”. Voila sé, over perfecte timing gesproken.

Deze morgen dus, waagden ze een derde poging. Hij zag er mooi bruin uit, zo een beetje de kleur van zijn kiekens.