Eigenlijk heb ik er een hekel aan als ik in raadselen ga schrijven. Er zijn de dingen die ik kan vertellen mits een paar weglatingen. Maar er zijn de overwegingen over hoever ik wil gaan met dingen vertellen.
Zo heb je het log van 17 december 2024 over iets dat hier gebeurde en dat nog steeds een impact heeft op ons dagelijks leven. Een verklarend log staat sedertdien al in de stijgers want ik dacht: “Binnen een maand zal het wel kunnen”. Dat deed het niet. Twee maand? Nog altijd niet.
Het probleem is dat ik het geen probleem zou vinden om het te vertellen aan diegenen die hier reageren. Maar er zijn de anderen, zij die niet reageren, waarvan ik niet weet wie ze zijn of waarom ze lezen.
Maar het gevolg is er wel en dat is er soms wel de oorzaak van dat ik in de vroege morgen, midden op straat, wat loop te mopperen, zo van: “Jaja, Bobonne zal ’t wel weer oplossen” terwijl ik anderzijds denk: “Wees blij dat je het nog kan”.
Wat is het probleem? De straat naast ons is gebarricadeerd met drie nadars. En onze auto staat vanachter op onzen hof. We mogen die nadars verzetten als we weg willen, als we ze maar terugzetten.
De eerste nacht dat die dingen er stonden, zijn die omgewaaid. Nu liggen er zes zandzakken op die poten en die wegen ook niet niks en zijn veschrikkelijk vuil.
Dag in – dag uit, week in – week uit, maanden … en niemand weet voor hoelang nog.
Peter Grey
Dat is wel vervelend ja. Zoiets duurt dan te lang. Eventjes is oké, je begrijpt wel dat het nodig schijnt etc, maar als er geen schot in zit wordt het frustrerend. Ik veronderstel dat je weet waarom die dingen er staan?Anders is het helemaal treurig. (In mijn stad is ook zoiets, tegen de binnenstad aan, op de hoek van een trottoir, hekken, borden en in het begin verkeersregelaars die mensen van de stoep scholden en zelfs fysiek verjoegen. Die zie je niet meer en niemand trekt zich nog wat van die hekken aan, maar storend ís het.) Aardig is wél dat ik nu weet hoe de Nadar, een woord dat in Nederland niet gebruikt wordt voor dranghek, aan zijn naam komt. De avontuurlijke Fransman Gaspard-Félix Tournachon, die zichzelf Nadar noemde, wilde in 1864 per luchtballon naar Oostenrijk vliegen. Na drie mislukte pogingen ondernam hij een vierde vanuit de Kruidtuin in Brussel. Dat trok zoveel publiek dat uit veiligheidsoverwegingen hekken werden geplaatst om de menigte op afstand te houden. Die houten afscheidingen werden ‘barrières nadar’ genoemd, dus vandaar. Zo leer je iedere dag weer wat nieuws, maar ik hoop dat jullie nadars spoedig verwijderd worden!
ms
Dat zit er, volgens mij en al wie er mee te maken krijgt, zeker en vast niet in.
Dat wil ook zeggen dat die straat in de winter niet gestrooid werd, wij zout hebben gekocht om onze auto tenminste zonder miserie van die hof af te helpen.
Persoonlijk vind ik “nadars” een mooier woord dan “dranghekken”. Dat lijkt zo meer iets om beesten in bedwang te houden. 😉
Matroos Beek
Zandzakken dan nog, het moet niet erger worden. En zoiets kan lang duren hè. Niet dat ik jullie wil ontmoedigen…
ms
Je kan me niet mee ontmoedigen dan ik al ben. Het is een straatje zonder eind, volgens mij.
En in de winter pure miserie met een lichtgrijze jas. En in de zomer? Ik moet telkens mijn werkhandschoenen meenemen om die spullen te verzetten.