Ooit, heel lang geleden, bracht de Sint voor Broer en mske identieke stoeltjes. Zulke mooie houten, plooibare kinderstoeltjes, die ze ’s avonds voor de TV konden zetten en naar Ivanhoe kijken.
Op een dag was er een stuk van een poot van één van die stoeltjes en moe besliste dat dat mskes stoeltje was, want op die manier waren ze onderscheidbaar.
In het vierde leerjaar wou mske dolgraag rolschaatsen. In die tijd waren die dingen nog van ijzer en maakten een enorm lawaai. En toen mske het woord rolschaatsen liet vallen was dat voor moe en va direct een aanleiding om te zeggen dat ze die kreeg op voorwaarde dat ze de eerste van de klas was. En dat was iets waar mske niet tegen op kon. Ze was namelijk altijd de derde. Die keer dus weer. Zwaar ontgoocheld ging mske met haar rapport naar huis. Daar kreeg ze toch die rolschaatsen met de woorden: “Hierzie, alhoewel je die niet verdient!” Ze heeft nooit plezier aan die dingen gehad! Want dat voelde net hetzelfde aan als het stoeltje met een stuk van zijn poot!
En nooit maar dan ook nooit heeft mske een geschenk gehad waar geen stuk af was! mske die nooit veel om materiële dingen heeft gegeven begon te zwijgen als ze wel iets wou. Want op het ogenblik dat ze het weten, op datzelfde ogenblik gaat het stuk er af …
Wat denkte daarvan?