Ooit had mske een stel beenverwarmers. Aangezien die dingen toen nét niet in de mode waren, keek iedereen een beetje raar op toen mske daarmee rond liep. Toen ze daarna wel mode werden en iedereen ermee rondliep, belandden die dingen in de kast om er niet meer uit te komen.

Ze bleven daar ook gedurende de wel lange, daaropvolgende periode van niet-beenverwarmers-mode.

Nú heeft mske die wél aangetrokken … toch één ervan … aan haar arm! Ze zou mske niet zijn als ze niet alles anders zou doen als de anderen.

Sedert de geboorte van Amke heeft ze pijn in haar rechterarm. Ze gaat naar de dokter: peesontsteking. Ze neemt de medicijnen maar die arm geneest niet, wel het been dat door de zoldervloer gezakt is. De medicijnen zijn op. Maar mske denkt dat het aan “iets anders”. Want als ze hier zo zit en het stormt buiten, dan voelt ze een tocht, nét op die arm. En uiteindelijk is nu plots die arm veel erger dan gisteren of eergisteren. Tjà!