We zagen je wel in die file, terwijl je met een vaartje tussen de auto’s door raasde.

Maar toen je anderhalve wagen aan ons voorbij was, maakte je een zwieber, omdat het stuk tussen twee naast elkaar aanschuivende auto’s niet altijd even breed is. Je ging niet trager rijden, ook niet kalmer. Integendeel, je sneed de meest linkse auto, draaide je om op je motor en met hevige armgebaren deed je teken dat die auto uit de weg had moeten gaan, tegen de vangrail gaan rijden bij manier van spreken.

En als kers op de taart sloeg je nog eens met je hand op je voorhoofd om nog eens extra te benadrukken wat een sufkop er aan het stuur van die wagen zat.

Het spijt me, zo werkt het niet. Je mag met de moto tussen auto’s door, maar voorzichtig en langzaam én voor zover je er door kan.