Toen ik als klein kind ergens een nog opgevouwen Micky Mouse-zakdoek op straat zag liggen en er mijn moeder op wees, werd me al snel duidelijk gemaakt dat ik geen zakdoeken mócht vinden. Het waarom heb ik later pas begrepen.
Ooit, als kind, ben ik een zilveren ring verloren die me -zogezegd- door mijn grootvader gegeven was. Dat was pure onzin. Mijn grootvader is overreden toen ik vier was en ik kreeg de ring rond mijn tiende. Ik heb het wel geloofd en er jaren lang verdriet over gehad. Over het verlies dan wel en niet over het feit dat ik langs alle kanten onder mijn voeten had gekregen omdat ik hem gedragen had.
Ook ben ik mijn gouden armband en gouden ring van mijn plechtige communie verloren, niet te samen, er zaten wel enkele jaren tussen. Ook hier waren de verwijten niet te tellen. Ik had ze maar niet moeten dragen.
Als ik nu terugzoek op het blog, blijk ik het daar al over gehad te hebben in een log van -nog geen- twee jaar geleden (aangezien bovenstaande nu toch al geschreven was, laat ik het maar staan, dat leest gemakkelijker) waarbij ik over het feit dat ik er telkens serieus voor onder mijn voeten had gehad, de volgende bedenking had gemaakt:
Welk nut heeft het om ze te hebben als ik het niet mag dragen?
Maar wat had ik al gevonden?
Ergens rond mijn 17-18 vond ik een gouden polshorloge. Mijn vader vond dat de eigenaar gezocht moest worden. Hij zette een zoekactie in gang. Hoe? Dat weet ik niet, hij was rijkswachter en kende de procedure. Uiteindelijk mocht ik het houden. Er waren enkele gegadigden opgedoken maar geen van hen had een juiste beschrijving kunnen geven of ze waren gewoon niet in de vindomgeving geweest.
Later vond ik een gouden halsketting in een grootstad. Noch Luc noch ik herinneren ons hoe het toen in zijn werk is gegaan, maar uiteindelijk mocht ik ze ook houden, als eerlijke vinder.
Ik heb geen van beide ooit gedragen. Ze waren niet mijn stijl, ze pasten niet bij mij, er was geen klik. Meer nog, ik had er zelfs een hekel aan dat ik ze überhaupt gevonden had.
Als ik het nu overdenk is het, in deze tijden, gemakkelijker om voor verloren voorwerpen de eigenaar te gaan zoeken.
En dan nog, als je wat doet gaat het ook niet zoals verwacht. Zo vonden we de pop in de Schotse bergen, deden ze binnen bij de toeristische dienst waar ze ons uitlachten en de pop in de vuilbak kiepten en dat terwijl Luc toch ooit gelezen heeft dat ze daar een pop aan de gelukkige eigenaar hadden terug bezorgd, maar dat waren dan wel de Rangers geweest.
Drankflessen, mutsen, wanten, sjaals, poppen en knuffels, e.a. zetten we gewoon ergens op een hek, een muurtje of ergens op een vensterbank.
Maar er zijn nog een tweetal dingen die ik vond, die ik niet bij naam ga noemen; ik wil hier namelijk ook geen horde liefhebbers die gaan proberen het in handen te krijgen en ik heb ook geen zin in grote ondervragingen van “Hoe? Wanneer? En waar?”
Waarom ik ze meenam naar huis? Omdat het ene te klein was om te laten liggen waar het elk moment kon plat gereden of ondergegraven worden en het andere op een plaats lag waar de volgende het sowieso zou meenemen en die ik niet wou binnendoen bij de toeristische dienst. Als het voor de vuilbak was kon ik het beter zelf gebruiken. Had ik het toen van die Rangers geweten …
En toch wringt het ergens. Vooral als ik denk wat het eerste zou kunnen zijn en als ik denk aan de eigenaar van het tweede overvalt me een gevoel van overmacht.
Ik hoop dat diegenen die mijn ringen en mijn armband vonden dat ook hebben.
petergreyphotography
Nou bén ik onlangs in ongeveer jouw buurt een klein en een wat groter dingetje kwijt geraakt, dus misschien… 🙂 Ik vond ooit eens, op een Duitse oorlogsbegraafplaats nota bene, een biljet van 50 euro. Ik heb serieus geprobeerd de verliezer ervan te vinden en toen dat niet lukte heb ik het zonder gewetenswroeging gehouden. En dat is het dan ook wel wat betreft het vinden (en verliezen gelukkig) van waardevolle spullen. Dat spijt me eigenlijk helemaal niet.
ms
Luc vond zo ergens in de sanitaire voorzieningen, een portefeuille met geld er in. Niet overdreven veel, maar geen klein beetje ook niet. Die hebben we mooi bij de infobalie gaan afgeven. Komt zoiets terecht?
Ik vond -lang geleden- een portefeuille en gaf ze bij de infobalie van de evenementen af. Daar kwam ze terecht, dat weet ik.
En ooit vond ik ook al twee telefoons. Bij de ene belde ik één van de contacten op zijn telefoon en zei dat de eigenaar hem komen ophalen -eveneens- bij de infobalie van de evenementen.
De tweede had een bericht gestuurd dat hij op een bepaald uur in een bepaalde drankgelegenheid zou zijn, waar wij iets later zouden voorbijwandelen. Gelukkig stond die meldig op het startscherm. Ik ben dus dat terras opgegaan en heb luidop gevraagd of daar iemand zat die XXX heette. Ja dus.
Wat heb ik nooit gehad, maar dan écht nooit? Een dankjewel. Het is mij daar niet om te doen, het is enkel een vaststelling.
Dat kleine dingetje vond ik hier in de buurt, het bruikbare niet. Het zou echt al toeval zijn mocht je op beide plaatsen gepasseerd zijn. 😉
Bertie
Veel gevoel heb ik niet bij het vinden van waardevolle spullen, want ik vind zelden zoiets. Je weet ook niet wat de verliezer er bij voelt.
Wel de dingen van – waarschijnlijk- scholieren, gymbroek, sporttas, een schoen e.d., die we op hekken en muren zetten die aan sommige wegen al vol staan.
Zelf raakte ik veel kwijt, niet alleen door verlies, ik had nooit in de gaten dat er dievige kinderen waren.
Daar kwam ik veel later pas achter.
ms
Wij hadden ook een dief in de klas. Die is nooit gevonden. Maar daar ben ik niks aan kwijt geraakt. Ik wist telkens waar ik het verloren was maar de eksters vonden het eerder dan ik het kon zoeken.
Bij dat kleine ding heb ik Luc gevraagd om FB te controleren voor moest er iemand iets over melden. Maar je weet natuurlijk niet wanneer ze het verloren.
Suskeblogt
Toen ik nog bij het fietspunt werkte vond ik zowat iedere dag wel iets. Meestal waardeloze spullen die in de vuilniszak verdwenen. Soms toch enkele spullen die dan bij de balie van het stadhuis afgeleverd werden. Niet te geloven wat mensen zoal verliezen.
ms
Echt veel. Wel veelal waardeloze spullen en rosse centjes.
Voor stukjes van 10 cent buk ik me nog. Die zijn nog goed als wisselgeld op rommelmarkten.
Koen
In gedachte maak ik nu een lijstje van zaken die ik ooit vond. Een stuk of 5 zaken, misschien iets meer. Oa. een mobieltje uit de begintijd. Zonder vergrendeling. In een huurauto. Het verhuurbedrijf (op Sicilië) wilde er niets mee te maken hebben. Ook nog een keer een trui – achtergelaten op een bank op een vliegveld – heb ik nog. Heel af en toe draag ik die trui.
ms
Ik ben ooit mijn telefoon uit de begintijd verloren, bovenop de muur van Geraardsbergen. Die heb ik ook nooit terug gezien.
Sedert ik in 2011 op mijn knie ben gevallen en dat later nog eens zwaar overdeed, kijk ik wel meer waar ik loop, vooral op kramikkige wegen. En dan vind je vanalles.
elsjeveth
Ik vind af en toe een geverfde zwerfkei(tje) dat neem ik mee en laat het in mijn tuin zwerven…eerlijk gevonden toch
ms
Die vind ik ook, maar die laat ik rustig liggen. Wie weet hoeveel kilometers die al afgelegd hebben … 😉