Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Page 101 of 1203

De tijd van het jaar

Het heeft in de nacht van maandag op dinsdag geregend. Regen? Dat is als er water in druppelvorm naar beneden valt.

Dinsdagmorgen was het frisser en Baskuul bleek een koele kikker toen ik hem mijn dagelijks bezoekje bracht. Dus trok ik mijn stapschoenen aan want ik wou wel eens bekijken hoe het fruit er bij stond. we hadden met de auto onderweg al wel al heel veel plukkers aan het werk gezien.

Al wat je wil, maar plukkers kwam ik niet tegen. De vogels zagen hun zwembad gevuld en plitsten en pletsten dat het een lieve lust was. De peren waren weg. De appels hingen ofwel nog te blinken ofwel lagen ze op de grond. Dat zijn die welke al afgevallen waren natuurlijk. Plukkers gooien geen goeie appels op de grond.

De Brede Wespenorchis

Al een jaar stond het ingepland in de agenda. We zouden in augustus de Brede Wespenorchis gaan bekijken vóór hij uitgebloemd was. Dàt zouden we …

En dan heb ik toch weer zitten schuiven en schuiven in die agenda zodat die Brede Wespenorchis op vandaag kwam te staan en dan kwam ik tot de bevinding dat we daar vorig jaar ook begin september waren en dat die toen al uitgebloemd was.

Om een nutteloze autotocht naar verre oorden te vermijden, heb ik de Brede Wespenorchis op de planning verplaatst naar 14 augustus 2023. Ik zou erbij kunnen vermelden: “Ab-so-luut niet schuiven!

Het nachtje door …

Woensdag, bij het naar huis komen, overviel me zo een gevoel van onbehagen, wat men meestal een voorgevoel placht te noemen.

Vroeger had ik dat wel veel -maar dat was toen in een zware periode- en meestal kreeg dat voorgevoel gelijk.

Vanwaar het nu kwam? Wie zal het zeggen. Feit is, dat -eens thuis- we de e-mail zagen van onze energieleverancier. In november worden de prijzen aangepast.

Nu kunnen we over deze niet klagen -dat deden we over de vorige ook niet, maar dat bleek een schromelijke vergissing– en ja … Ik maakte me bezorgd en lag de halve nacht te piekeren.

Op donderdag dacht ik er niet zo veel over na, het nadenken begon pas tegen de avond aan en ik werd ook nog eens boos, niet op de energieleverancier, die kan er niets aan doen, maar op de onrechtvaardigheid die er achter zit, en ik lag de halve nacht te piekeren.

Op vrijdag hadden we afgesproken voor dat wat ik voor mezelf wil houden het werd laat avond. Op zaterdag moesten we vroeg uit de veren voor -weer- een rommelmarkt en ik lag de halve nacht te piekeren.

Zaterdag verliep beter dan verwacht, want de voorspelde regen met onweer bleef uit, maar ik was ’s avonds stikkapot, compleet suf en doodmoe.

Wat zou ik doen? Zou ik een groot glas wijn drinken voor het slapengaan? Maar dan riskeer je wakker te liggen als de wijn uitgewerkt is.

Of zou ik een paracetamol nemen? Maar ik ben anti pijnstillers. Slechts enkel en alleen in geval van absolute noodzakelijk zal ik zoiets nemen. Maar was dit nu geen geval van absolute noodzakelijkheid?

Ik dronk twee gewone glazen wijn en ging om kwart na zeven in bed. En om twintig na zeven gisterenmorgen kwam ik er -met slechts één tussenstop – die wijn wou er uit- terug uit.

Wat de energie betreft denk ik dat we wel zullen zien, en de boosheid over die onrechtvaardigheid gaat al lichtjes neigen naar gelatenheid, al moet ik er nog steeds niet te diep over nadenken.

Wat dat voorgevoel betreft snap ik het niet. Ik dacht altijd dat een voorgevoel voortkwam uit een situatie waarbij je gedachten zich voorstellingen gaan maken. Dat was woensdag niet het geval, we waren bij de kleindochters geweest en die doen niet aan energie die je uit de pries moet halen.

Herita

Waren we vroeger nu niet echt museumbezoekers, nu zijn we dat wel.

Dus, toen Luc een hele uitleg vond over Herita1 waren we ook geïnteresseerd, zeker toen we lazen dat we daarmee ook wereldwijd toegang kregen tot alle historische plekken die beheerd worden door de stichtingen aangesloten bij INTO (International National Trust Organisation).

Dat is goed voor als we ooit nog eens in Schotland geraken al zal dat niet voor onmiddellijk zijn.

We zullen eenvoudig beginnen met het waterkasteel van Laarne2, nadat we de musea, die nog op de planning staan, bezocht hebben natuurlijk.

En zo geraakt de planning voller en voller en flexibeler en flexibeler.

____________________
1 Herita
2 Waterkasteel van Laarne

Addenda

Ik zei het al, ik was niet zo tevreden over mijn fotoblog. Zette ik er vier foto’s op, steeg mijn gebruikte opslagruimte met 100MB.

Dat maakte dat ik na een paar overgezette albums al aan het dubbele aantal GB zat dan ervoor met Wizzewasjes alleen.

Ik zette het overzetten stop en plaatste er enkel sporadisch nog wat op … ontgoocheld.

Deze week heb ik mijn buikgevoel gevolgd. Dat zei me dat het aan het thema lag. Ik heb er een ander thema op gezet. Probleem opgelost. Het verbruik zakte op slag in.

En nu vind ik het jammer van de foto’s die ik niet overzette, al zitten die wel nog ergens op mijn losse harde schijf. Ik denk niet dat ik nog veel werk ga maken van die opgeborgen foto’s. Ik denk dat ik gewoon vanaf “nu” verder ga.

Voor wie denkt: “Is ze nu weer daar met haar fotoblog?” … er komt nog een addendum.




Toen ik tegen Luc zei dat ik er zeker van was dat er een wachter aan de ingang van het hoornaarsnest zat, keek hij bedenkelijk. Hij lachte er niet om -hij zou niet durven zeker- maar ik denk dat hij me niet geloofde want, zo zei hij, hij had er nog nooit een gezien.

Vorige woensdag morgen las ik in de krant een artikel over wespen1.

Wat staat er nu in dat artikel? Er is altijd een wachter bij de ingang van een wespennest.

Voor wie denkt: “Is ze nu weer daar met die wespen?” … voorlopig ben ik uit ge-addenda-d.

____________________
1 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2022/08/22/opinie-wespen/

Taal is zeg maar echt mijn ding

Toen ik een afbeelding zocht voor mijn log over moderne taal, dacht ik ineens aan de twee boekjes.

Omdat ik het zo vaak over taal in het algemeen en het verschil tussen Nederlands en Vlaams wel een beetje een stokpaardje werd, kreeg ik eens een boekje in handen geduwd. “Dat is iets voor jou” zegden ze. Ik geloofde ze en kocht het.

Toen ik het las was ik erg verbaasd, de schrijfster had het over dingen die ik al eerder op het blog had geschreven. Maar ach ja, toeval is een eigenaardig beestje en de ene blogt er over, de andere schrijft een boek.

Maar toch stak het wat, niet om het voorgaande, maar om wat anderen misschien zouden denken, dat het ík was die plagieerde, en ik besloot het wat minder over taal te gaan hebben.

Ondertussen vond ik in de Kringwinkel de opvolger van het eerste boekje en volledigheidshalve heb ik het ook meegebracht.

Ik kan het niet helpen, ik bekijk beide boekjes altijd een beetje scheef.



Jim keek mee

Heeft er iemand vorige maandag de Vlaamse versie van “The Repair Shop” op één gezien? Wij wel. Spijtig genoeg. Ik vond het maar een flauw afkooksel, gekunsteld en geacteerd en zelfs de geste van verwondering werd bij de Engelsen afgekeken.

Ik bedank voor de rest … al zal ik wellicht nog wel eens kijken wie de beren gaat herstellen.

Achteraf waren Jim en ik toch akkoord dat we gelijk hadden toen we indertijd zo argwanend waren en we beslisten er niet in mee te gaan.

Efkes pauze

En neen, ik bedoel geen blogpauze. Daar heb ik helemaal geen zin in.

Maar door het plotse succes van onze stand, kwamen wij op zeker ogenblik met allemaal halve dozen naar huis. En om nu rommel te gaan bijkopen ben ik toch niet gek genoeg.

Dus zit ik al geruime tijd eens in de kelder, eens op de boekenkamer -de zolder komt ook nog aan de beurt- terwijl Luc eens in de keukenkasten ging neuzen.

Het resultaat was verbluffend. De dozen waren overvol en weet je wat? Alle nieuwe oude spullen waren de eerste keer al verkocht.

Zodoende gaan we maar verder wegruimen en uitmesten. Zouden steriliseerbokalen nog kooplustigen trekken?

En terwijl ik pauzeerde ging ik door oude papieren en vond ook nog het één en ander. Zo kwam ik een tekening tegen. Die stond ooit op het blog, maar die heb ik weggehaald toen bepaalde mensen begonnen te weten wie ik was.

Ik vond het altijd jammer dat ik die kwijt was, want ik ben geen goede tekenaar en een tweede poging lukte me niet meer.

Wie het infantiel vindt? Ze hebben gelijk. Het was maar een impressie.

Wie het kunst vindt mag altijd een bod doen. Ik begin de kneep om te marchanderen te kennen.



De diefstal

Eerste hoofdstuk

    Nadat we van een medestandhoudster op de boekenmarkt hoorden dat zij al was aangesproken over het gebruik van plastic zakjes en zij dan maar papieren exemplaren had gekocht -waar ik ook tegen ben, dat is namelijk niet zo goed voor de bomen- hadden wij toch ook onze plastic zakjes thuis gelaten om ze te gebruiken in de pedaalemmers.

    We waren dan ook blij toen we in de Kringwinkel de zakjes in geweven materiaal vonden -zij het met een logo er op- en we betaalden met graagte de 10cent/stuk.

    Nog blijer waren we, toen we zo een twintigtal zakjes kregen, zelfde materiaal, ook met een logo, maar wel een tiental blauwe en een tiental roze, met verwijzing naar het geslacht van een baby. Ik vond dat grappig en ik stelde me het gezicht van de klanten al voor als ik ze zou geven.

    Op de boekenmarkt echter, willen de meeste mensen geen zakje, ze hebben er meestal zelf wel een voorzien.

Tweede hoofdstuk

    Luc en ik, wij laten nooit ons kraam alleen. Nooit! Sommige anderen doen dat wel, wij niet. Standhouders die alleen zijn verstaan zich onder elkaar, soms zelfs zonder een woord te zeggen. Dan trekken ze je aandacht, trekken even hun onderste ooglid naar beneden, we knikken ja en ze gaan. Geen mens is waterdicht.

    Bij ons is dus altijd één van ons beide van wacht, behalve …

    Ik kom terug van de wc -gelukkig bevond die zich maar op een goeie 50m van ons kraam- en zie … geen Luc. Waar zit die nu? Dat kraam zo alleen laten. Ik kijk naar de kassa. Alles in orde. Ik kijk in de auto naar mijn sjakosj. Alles in orde. Ik kijk in de koffer, die altijd blijft open staan. Die koffer fungeert een beetje als voorraadkast voor onze picknick, ons drinken, onze lege dozen en lege tent- en stoelenzakken. Alles in orde. Nu dient die zelfs als zitplaats.

    Maar waar zit Luc?

    Ik stuur een berichtje: “Waar ben je” en hij antwoordt: “Ik kom er aan”.

    Breed lachend komt hij aangestapt. Ik haal diep adem, tegen iemand die vrolijk loopt te lachen mag je niet uitvallen. “Ik heb dat toch gezegd” zegt hij “dat ik eens rond ging gaan”.

    Wat blijkt nu? Blijkbaar hebben we samen gezegd dat we weg gingen. Ik met mijn slechte oren heb dat niet gehoord, hij met zijn minder goede oren, ook niet.

    Maar ach, alles is in orde, er is niks gebeurd en we spreken af dat we in de toekomst voor een ontvangboodschap -gesproken dan- moeten gaan. Kwestie van dit soort misverstanden te vermijden

    Het zindert nog wat na. Meestal met de vermelding van: “Hebben wij sjaans gehad”.

Derde hoofdstuk

    Willen ze op de boekenmarkt geen zakje, op de rommelmarkt willen ze dat wel. Ze vragen er zelfs om. Ook als ze maar iets ter waarde van 10cent aankochten, willen ze een zakje. Ze krijgen er eentje … van Pearle, van Hans Anders of wat er dan ook nog in de zakjeszak zit. Soms heb ik de indruk dat het meer om de zakjes te doen is dan om de aankoop.

    Vorige zondag -ik stel zelf een zakje voor want voor meerdere boeken mag dat wel iets meer zijn- en ik vraag al lachend: “Wil je een jongen of een meisje?”

    Er was niks te jongen of meisje! Die babyzakjes waren weg, alleen die. En ik die dacht dat er zoveel ruimte in die zakjeszak zat omdat ik de plastic folie ergens anders had ingestopt.

Epiloog

    We konden het niet geloven. We kunnen het nog altijd niet geloven. Volgens mij ga ik dat nooit kunnen geloven. Allee nu.

    Weet je dat wij wel weten dat we enorm veel sjaans hadden dat ze enkel gratis gekregen zakjes meenamen?

    Weet je dat dat aanvoelt alsof ze het begin van mijn fortuin meegeritst hebben?

    Weet je dat ik in mij Q gebeten ben dat ze zomaar in de koffer hebben gekeken?

Met dank

    Aan de dieven.



De stoel

De twee camping-stoelen -je kent ze wel, van die plooiende zakken met een beker- en kleine telefoonhouder- had ik al in mijn pre-Luc tijdperk.

Ijzersterk zijn die dingen eigenlijk. Zo ’n twee of drie jaar geleden is Luc door de eerste gezakt. Patat op zijn gat, hij zat.

Kort nadien, heel erg kort zelfs, zagen we er ene in de Kringwinkel en het stoelenprobleem was opgelost.

Iets daarna zagen we er nog ene, een grijze, ook in de Kringwinkel. “Meenemen?” vroeg ik. Je kan nooit weten natuurlijk. “Neen” zei Luc “we hebben er twee en ik let wel op”.

Zondag 21 augustus had hij prijs. “Kijk eens” zei hij en hij wees op een gebroken onderdeeltje, maar dat kon geen kwaad, dat deed niks af aan de stevigheid.

Neen? Een goed uur later hing hij op 10cm boven de grond.

Goed afgelopen? Volgens Luc denkelijk niet, want hij ging in discussie met de stoel. Wat volgde was een handgemeen met als resultaat een blauwe dikke scheen, officieel zijn scheenbeen.

En dat lost hij op met de ijsblok van de frigobox in zijn sok.

En als ik het nu nalees had ik er gewoon een rijm kunnen van maken.

Page 101 of 1203

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén