Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Categorie: Za za, ze & zo (Page 4 of 946)

Kuttekoven

Op 19 april 1943 sprong Simon Gronowski1 als elfjarige, ter hoogte van Borgloon, uit een deportatietrein en werd opgevangen in Kuttekoven.

Op 26 oktober 2024 werd op het vroegere fruitspoor een beeld -Kunstenaar Koenraad Tinel2– voor Simon Gronowsk onthuld3. Volledigheidshalve verwijs ik ook nog even naar een artikel van VRT NWS (20 december 2023) over de voorstelling van het kunstwerk4.

(Lees verder onder de foto)

Of je het nu mooi vindt of niet, dat doet er helemaal niet toe. Dit beeld toont wat het bedoelt: een kind dat wegloopt voor de dood, elf jaar en helemaal alleen. Een jongetje in een winterfrakske zou niet hetzelfde effect hebben gehad.

En nu maar hopen dat er geen idioten beslissen dat ze daar ook eens bovenop willen klimmen zoals we net vorige maandag lazen over het doorkijkkerkje in Borgloon5+6. Daar waren we ooit ook al maar dat ligt dan weer aan de andere zijde van de as Sint-Truiden-Tongeren.

En wat ik erover denk zit denkelijk wel vervat in het woord “idioten” en heeft geen verdere uitleg nodig.

Een foto van toen:


Reading between the Lines – Doorkijkkerk

Terug naar vorige maandag wil ik nog wel vertellen dat het voormalig stationsplein heel mooi gerestaureerd werd, al is het station geen station meer en zijn de rails niet meer in metaal en dat het voormalige fruitspoor, waar het kunstwerk zich bevindt, een mooie wandeling geworden is, die we later, met graagte nog wel eens willen herdoen.

____________________
1 Simon Gronowski
Koenraad Tinel
3 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2024/10/06/kunstwerk-voor-simon-gronowski-in-borgloon/
4 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/12/20/kunstwerk-simon-gronowski-in-borgloon/
5 Het Nieuwsblad
6 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2024/10/28/twee-jongeren-beklimmen-doorkijkkerkje-in-borgloon-dit-tart-all/
____________________

Ochtendmens – Avondmens

Mijn moeder ging met de kippen op stok, wij dus met de kuikens.

Toen ik trouwde kon ik eindelijk opblijven en zelf bepalen wanneer ik naar bed ging en wat bleek? Ik was een avondmens. Je kreeg me niet vóór middernacht in bed, al moest ik om 6u al terug opstaan.

Toen ik zelfstandige werd/was kon ik zelfs tot 3u ’s nachts doorwerken, zij het niet zo vaak.

Dat veranderde in 2019 toen we na het einde van Vive le Vélo zowat verloren maar besloten om naar bed te gaan. En dat bleven we doen, alhoewel ik toen had gewenst dat het aangenamere ritme zich zou herstellen.

Ondertussen mag en kan en durf ik wel zeggen dat we ochtendmensen zijn. We gaan nog steeds tussen 22u en 23u naar bed, enkele uitzonderingen te na gesproken, maar we zijn ten leste om 7u wakker en op, ook enkele uitzonderingen te na gesproken.

Soms gebeurt het dat ik om 6u al het gevoel heb uitgeslapen te zijn en als Luc dan ook wakker is … dan zitten wij om iets na zessen al aan het ontbijt en de koffie.

En eigenlijk snap ik niet goed meer waarom ik in 2019 had gewenst om snel terug in het -toentertijd- normale patroon te hervallen.

Ik vind dit nu al zeker even aangenaam.

Herfst met zomertoetsje

Het zou frisser worden, zegden ze een poos geleden. Het zou kouder worden. De temperatuur zou gevoelig dalen.

Ik dacht: “Ja, dag Jan!” En waarom dacht ik dat? Omdat ze, zoals zo vaak, dingen aankondigden en als je die ging volgen, met de gebakken peren zat. Zoals bijvoorbeeld, je warmere kleren zou aantrekken en dat dan ineens de temperatuur weer zou gaan stijgen.

Ik droeg mijn zomerse flodderbroeken en het werd frisser. En het werd kouder. De temperatuur daalde gevoelig. Maar ik hield halsstarrig vol. We waren ooit in november in de Eifel en ik stond daar zonder T-shirts en ik moest van miserie eentje van Luc aantrekken en dat was bijna een mini-jupke.

Uiteindelijk gaf ik het op. Alle zomergoed ging in de was en in de kast. Ik haalde de lange mouwen en de trainingsbroeken tevoorschijn …

en nu loop ik te puffen in een trainingsbroek. Zomergoed terug uit de kast halen? Ik denk: “Ja, dag Jan!”

Beter te warm in een warme herfst dan te fris in de koele.

Winteruur is er terug

“Hier ben ik weer” zei het uur dat ik eind maart had gemist.

“Waar was je?” vroeg ik.

“Wat zomeren” antwoordde het wat mysterieus.

“Het is tijd dat je stopt met die fratsen” zei ik.

“Slaap verder, we hebben nog een uurtje” zei het toen het bij mij in bed kroop.

Applaus voor Ruben

Heel in den beginne had ik het niet zo voor Ruben Van Gucht. Dat was toen hij een heel gedoe had met een andere BV en over dat soort zaken hoef ik niets te weten, wil ze ook niet lezen en wil er ook niet over schrijven.

Dus ja, Ruben was een sportpresentator, maar dan niet mijn favoriet. Het ene is het gevolg van het andere, niet van het feit dat hij een sportpresentator is, maar van het feit dat er te veel rommel over hem in de media kwam.

En toen kwamen de Olympische Spelen in Tokio en Ruben was een verademing. Die man spreekt tenminste klaar en duidelijk, hij articuleert en ik kon hem gewoon verstaan.

Daarna kwamen er nog meer nieuwsberichten over zijn privéleven en nog meer gazettenbrol over zijn privéleven en ze groeven dieper en dieper en visten verder en verder.

En ik dacht: “Waar bemoeien die zich mee?”.

En nu is Ruben helemaal in mijn achting gestegen, want wat lees ik nu:

Ruben Van Gucht is commentaar op privéleven grondig beu: “Moei u met uw eigen zaken”

Voilà sé. En dan denk ik dat het indertijd, ook mogelijk niet Rubens fout was dat de gieren op dat verhaal van toen zaten.

Hoe vaak heb ik dat al gedacht, hoe vaak heb ik het al gezegd. Men zou aan bekende mensen moeten leren dat ze enkel vragen van reporters moeten beantwoorden als die te maken hebben met datgene waar ze bekend om zijn en dat ze bij vragen over hun privé beter hun lippen stijf op elkaar zouden houden of zeggen: “Gijsen onbeschofterik!”

Vroeger zou dat inderdaad zo bestempeld geweest zijn, vroeger was zoiets dan ook echt onbeschoft en nu staan ze te roepen over privacy maar wroeten, als lompe varkens, die van een ander helemaal ondersteboven.

En aan reporters zouden ze mogen leren dat ze wat mogen inbinden. Ze moeten de likkebaardende menigte niet voederen.

Anderzijds zijn er misschien mensen die er niet mee zitten of zelfs van de aandacht genieten en met graagte alles breeduit in de media uitsmeren. Maar dat zou dan hun eigen keuze moeten zijn en niet onder druk opgedrongen mogen worden.



Ondertussen heb ik een connector voor de TV en is Ruben niet meer de enige sportpresentator die ik versta, maar hij ligt al lang niet meer in de onderste schuif.

____________________
1 Het Nieuwsblad

Uitstappeke

Gisteren nog eens naar de tandarts. Afspraak om 10.30u.

Om 19.00u thuis gekomen.

Dat moet een zware verdoving geweest zijn.

Het eigenaardige is wel dat we een hele koffer hadden om uit te laden: wintersloefen, walnootbroodjes, een zak patatten, enkele boeken, wat decoratie voor de komende dagen, weken en maanden, …

En we moeten ook nog ergens getankt hebben anders waren we wel stil gevallen onderweg.

De andersweters

Weet je hoe je mensen onzeker maakt? Of zou kunnen maken, mochten ze er al gevoelig voor zijn?

Dat gaat heel eenvoudig. Je vertelt iets, of je geeft goeie raad. En als iedereen dat geaccepteerd heeft, zeg je: “Dat is allemaal nie waar zenne”.

Jàren hebben ze ons voorgehouden dat je het meeste uit een wandeling haalt als je die tegen minstens 5km per uur aflegt.

Dat deden we niet. Dat doen we niet. Maar toen we er genoeg van kregen dat sommige wijsneuzen ons er op wezen dat zo wat rondhossen in de bossen geen aarde aan de dijk bracht, zwegen we er over en deden ons eigen goesting.

Deze week lees ik een artikel in de media met een klein, simpel trucje om meer uit een wandeling te halen1. Je moet onderweg enkele rustpunten inlassen want stoppen en hervatten is beter dan in één stuk doorwandelen.

Gelukkig deden en doen wij nog altijd ons eigen goesting. Als je al hun goede raadgevingen zou volgen, zou je er uiteindelijk nog zo zot als Tielebuis van worden.

____________________
1 Het Nieuwsblad

Praatsels over raadsels

Judith McNaught is een Amerikaanse schrijfster …

… wiens boek: “Echo van de Eenzaamheid” ik ooit, héél -maar dan héél erg- lang geleden eens op een tombola gewonnen heb én gelezen heb. Ha! Nu dacht iedereen verkeerdelijk dat ik hier een biografie van Judith McNaught ging neerzetten zeker? Maar dat is verkeerd gedacht.

Het boek belandde op mijn boekenrek, later in een verhuisdoos en nog later in een doos voor de boekenmarkt.

Het was niet écht mijn stijl, zo over stinkendrijke mensen en met een hoop gekonkel en bedrog om te eindigen met een algemene verzoening in plaats van dat één van hen in de beerput verzopen werd.

De laatste tijd zie ik dat boek vaker in Kringwinkels opduiken – in de laatste Kringwinkel die ik bezocht zelfs vier exemplaren. Maar ook zag ik al een ander boek van Judith McNaught in de rekken staan. Het interesseerde me niet.

Tijdens een omwisseling -ja, wij wisselen soms de boeken en/of zelfs hele dozen om tussen boekenmarkten in, om niet altijd hetzelfde aanbod te hebben- kwam ik in één van die dozen een boek van Judith McNaught tegen: “Verscheurd door het verleden”.

En wij hebben dat nooit gekocht, hebben geen herinnering dat we het kregen en kunnen dan ook niet zeggen hoe het in ons bezit is gekomen. Maar het is er wel.

Nu ja, nu ik dat boek tóch in handen had, ging ik het even lezen. Dat ging vlotter dan normaal omdat ik bepaalde passages gewoon oversloeg. Dat kan bij sommige boeken zonder dat je ook maar iets van een hiaat in het verhaal opmerkt.

Eigenlijk is het zowat hetzelfde als het vorige, maar dan anders

Maar! Nu wou ik toch dat eerste boek terugvinden zeker, om er hier ook een foto van te plaatsen. Ik heb àlle dozen met romans open gehad, ik heb het boekenrek boven aan een grondig onderzoek onderworpen en heb zelfs tussen de boeken voor de rommelmarkt gekeken.

Dat boek is niet te vinden. En ook dat is een raadsel, want voor zover ik me herinner hebben we het nooit verkocht of weggegeven.

De enige -absurde- mogelijkheid is dat het in een doos geraakt is die we aan een boekenverkoop voor een goed doel wilden geven. Maar dat geloof ik -mezelf kennende- eigenlijk niet.

Twee raadsels voor één schrijfster? Judith McNaught houdt het wel mysterieus.

De kleine gelukjes

Veel geld heb ik niet over voor diamanten en goud, maar ik houd wel van juwelen. In mijn geval beperkt het zich wel tot zilver of koper. Heb ik een voorliefde? Iets met halfedelstenen bijvoorbeeld? Ja, ook. Maar dat moet niet.

Andere voorkeuren? Als ik zo mijn juwelenkist bekijk zou ik denken van niet, maar ik weet dat ik wel een zwak heb voor oorbellen. Zelfs in Kringwinkels vind ik soms iets origineel.

En dan komt de dag dat je dat origineel in je oren heb en er met je zilveren ring in blijft hangen en pas in de auto merkt dat het extra origineel aanhangsel er niet meer aanhangt. En je denkt: “ze hebben niet veel gekost, tot daar aan toe”, maar het wringt.

Het wringt tijdens het boodschappen doen. Het wringt in de bank en je kan thuis niet snel genoeg binnen zijn om te kijken op de plaats van ongeval. Het ligt er niet … het ligt een goeie meter verder.

En dat, dat is wat ik een klein gelukje noem. De regenachtige maandag fleurt er van op.

Betutteling is echt niet vriendelijk

Weet je wat tot welke conclusie ik ben gekomen? De tijd gaat niet sneller en sneller navenant we ouder en ouder worden. Navenant wij ouder worden worden wij trager en trager. Dàt is het.

En dan krijg je een vorm van betutteling. Ze denken dat je niet wel wijs bent omdat je niet meer zo snel bent als zij denken dat je zou moeten zijn.

Een klein voorbeeldje:

    Ik kom uit het stemhokje bij de verkiezingen, zie dat Luc ook net klaar is en zeg iets -onnozels- tegen hem. Ik houd mijn twee brieven klaar om in de bakken te steken en ze springen al recht omdat ze denken dat ik de witte brief in de groene bak zou deponeren. Mag ik dat nu eens zélf bekijken, jà?

En met een: “Ach ze zijn gewoon vriendelijk” schuif je het terzijde. Je zegt er niks over zegt maar je denkt het wel. Als je je er in ergert, kan je bezig blijven.

En dan lees ik dat OKRA boos is over een stigmatiserende en stereotiepe reclame1. En sommige senioren zien er geen graten in.

Dat zouden bepaalde senioren wél kunnen doen. Dat stigmatiserende en stereotiepe bestaat namelijk wel.

Een klein voorbeeldje:

    Toen Luc die telefonische oproepen kreeg -die nog steeds binnenkomen trouwens- googelde ik en vond dat het oplichters waren die onwetende ouwe vrouwkes wilden bestelen. Luc is geen onwetend oud vrouwke. Luc is een man. En als ik Luc bekijk zie ik zelfs geen ouwe man, gewoon Luc.

Nogmaals, als je je er zou in opwinden zou je er een voltijds job aan hebben.

Uitgelichte afbeelding:

    Gegenereerd met AI – Image Creator in Bing (aangepast voor uitgelichte afbeeldingen).

____________________
1 Het Nieuwsblad

Page 4 of 946

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén