Sedert die dag in mei is er geen dag geweest dat ik niet aan je dacht.

Het kwam als een donderslag bij heldere hemel. En we dachten dat het niet kon, dat het een grap was, geen al te best geslaagde, maar toch een grap. Het kón gewoon niet waar zijn. Wie gaat nu dood op een vrijdag de dertiende?

Maar het kon wel. De zekerheid kwam en het gemis is groot. Veel te groot.

Ik gooide al mijn klanten van mijn mail die “ping” zegt. Ik schreef me overal uit op mijn mail die “ping” zegt omdat ik bij iedere binnenkomende “ping” dacht …

Maar dat gebeurde niet. Blijkbaar hebben ze geen pc waar je nu bent anders had ik al lang een mail gehad.

Het deed pijn toen het besef kwam dat “voor altijd” ook “nooit meer” wou zeggen.

Sedert die dag in mei is er geen dag geweest dat ik niet aan je dacht. En soms wou ik dat ik het gemis niet meer zou moeten voelen. Maar wat dan met de grappige herinneringen, met de woorden die ik niet gebruik omdat het jouw woorden zijn, de nog zovele plannen voor na je pensioen die er nooit van gekomen zijn?

Ik ben ook boos op je geweest. En ik heb gevloekt: “verdomme! waarom bleef je niet langer hier?”

Ik heb je ook bezworen terug te komen want je was begot nog geen zevenenvijftig! Dàt zou je vandaag geworden zijn, zevenenvijftig.

Een gelukkige verjaardag Max.