“Bosanemonen!” zei Luc. “Ik weet waar er ook bosanemonen staan … in het Heibos”. Ja, dat is waar, maar er staan er ook in Nieuwenhoven. Maar Nieuwenhoven is te parkachtig en daardoor te druk bezocht.
(Lees verder onder de foto)
Er staan er nog wel op andere locaties ook maar ja, het Heibos, dat had nog een pluspunt. Want de laatste keer, vorige maand, hadden we daar zeker een 20-tal reeën de bosweg zien oversteken maar dat was wat tegengevallen omdat er vier andere wandelaars die reeën ook hadden gezien en bleven kijken en wij, corona in het achterhoofd, daar niet wilden bij gaan staan.
Aangezien ook “Dwars door Vlaanderen” aangestipt stond op de agenda vertrokken we gisterenmorgen na het ontbijt, haalden een pakje af, passeerden bij de appel- en perenboer en gingen wandelen …
Het pad lag er oneffen bij. Dat was veroorzaakt door meerdere passages van een galopperend paar of door de passage van de voltallige “Wild Bunch1“.
Heel voorzichtig, goed uitkijkend waar ik liep, stapke voor stapke, zette ik mijn voeten neer toen Luc met een sissend geluid mijn aandacht trok.
Het was niet luid maar wel te luid. Ik zag ze vertrekken. Twee reeën. Eén van beide hinkte. De foto’s waren noppes, wazig en toonden enkel nog de witte vlagjes van hun Q.
We veranderden het parcours een beetje zodat de lus sneller terug aan de andere zijde van dat stuk terugliep. Ik hield het stuk rechts in de gaten want het stuk links was afgespannen met spandraad. Gelukkig waren daar geen paarden gepasseerd en lag de bosweg er effen bij.
En Luc siste weer. Ze stonden links natuurlijk. Maar deze keer liepen ze niet weg. Ze vonden de vluchtafstand waarschijnlijk meer dan voldoende. Ik nam foto’s door de bomen, verwenste af en toe het fototoestel dat zich scherp ging stellen op in de weg lopende takken, maar uiteindelijk ben ik toch blij met wat ik wel heb.
En gelieve mij nu te excuseren, ik ga googelen op camouflagenetten, want om dat meer mee te maken wil ik wel eens de wekker zetten. Liefst zonder hinken natuurlijk.
1 Wikipedia