Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Maand: juli 2016 (Page 3 of 4)

Tall Ships Race

We hebben maanden uitgekeken naar de Tall Ships Race. Het stond met stip aangeduid in de agenda.

Maar oh nee! We houden niet van massale toelopen en opgefokte organisaties. Dus gingen we de eerste dag gaan kijken. Je weet wel als de schepen de haven binnenvaren, niet als ze aangemeerd liggen. Dan zijn ze helemaal niet zo majestueus. Foto’s zoals deze noem ik geen foto’s maar bewijzen dat je er was en zij ook.

Varende schepen, dat wilden we zien.

Tall Ships Race: van 7 tot en met 10 juli wou dus zeggen dat we op donderdag richting Schelde zouden trekken om de mastodonten hun opwachting te zien maken.

Wat las ik op woensdag in de internetgazet? Dat de schepen waren aangekomen in Antwerpen. Luc had nog even geopperd: “van op linkeroever misschien?”

We zijn niet geweest.

Voor als het niet regent

Een beetje motivatie zei ik. Maar wat doe ik met dat beetje motivatie als ik twee weken naar de evenementen moet? Of tijdens onze vakantie?

Ik had even overwogen om een irrigatieysteem aan te leggen, maar dat zag er nogal ingewikkeld uit en op zo korte tijd zag ik dat nu ook niet zitten.

Ik ben dus maar aan de slag gegaan met petflessen. Dat lijkt, volgens google dan toch, nog wel eens te werken.

En dan maar hopen dat alles goed gaat terwijl we weg zijn, al zijn de bloemekes nooit echt twee weken alleen. De eerstkomende evenementen komen we tussendoor wel eens naar huis. En tijdens de vakantie zal Zoneke wel langskomen, al weet die dat nog niet.

En dat buizensysteem? Dat kunnen we dan rustig eens bekijken en zorgen dat het tegen volgend jaar in orde komt.

Nog maar eens een duif

Gisterenmorgen repte ik me naar de waterton. Ik had er ineens aan gedacht dat ik eergisteravond vergeten was om de bloemekes te gieten.

En daar zat ze.

(Lees verder onder de foto)

Ze bewoog zich niet toen ik naderde. Ze was dan ook klaar en duidelijk ziek. Dat is zelfs zichtbaar op de foto.

Nu hebben ze me altijd verteld dat je verdwaalde reisduiven moet binnenbrengen in het duivenlokaal. Lang geleden, toen ik kind was, kreeg je nog 5 frank als je dat deed. Maar hier is niet echt een duivenlokaal. Vorige keer heeft Luc heel Landen rondgereden alvorens hij een adres kreeg waar hij het beestje kon achterlaten. Inderdaad, deze is niet de eerste die hier strandt.

Daardoor wisten we natuurlijk dat we niet heel Landen rond moesten, maar dat we hier in het dorp achter de berg terecht konden. Dat zou zo inderdaad zo geweest zijn, ware het niet dat het een zieke duif betrof. De man wou ze niet aannemen want dan zou hij zelf met een heel ziek duivenkot komen te zitten.

De eigenaar contacteren zag ik ook zo niet zitten, want daar had ik ook al een verhaaltje over. Die eigenaar had na het opbellen gezegd: “ik hoef ze niet, wring ze maar de nek om”.

Allemaal gemakkelijk gezegd. Het is niet onze hobby. Zij hebben er de vreugde en het plezier van en gaat het fout, dan kan een ander het oplossen. Dat we zo een verdwaalde duif terug op het juiste spoor zetten, dat vind ik normaal. Maar dat ze een ander hun problemen laten oplossen …

De man vertelde Luc wel waar hij de duif kon gaan afgeven, maar daar is niet altijd iemand. Een paar heen-en-terugskes later is het dan toch in orde gekomen, alhoewel in orde? De gezondheidstoestand van die duif in aanmerking genomen …

Nog nooit meegemaakt

Dat er een mus bij mij thuis binnen kwam, dat heb ik wel al geweten. Maar dat ik, als het dan al mooi weer was, een balkondeur zou sluiten om een mus buiten te houden, dat nog niet.

Dat deed ik, in Apeldoorn in een hotel. De mus tjilpte en tjilpte en bleef tjilpen. Ik ging er van uit dat het een jong was dat pas uitgevlogen was en die op zijn mussigs op zijn of haar moeder riep.

Het vrijpostig jong ding kwam bovenop de balkondeur zitten en maakte een kabaal. Dat vonden we grappig omdat mussenkabaal niet luid genoeg is om ons te storen.

In de vroege ochtend echter zat die mus niet bovenop de balkondeur maar op de rug van de stoel op het balkon. En dat was maar een kleine 10cm van die openstaande deur verwijderd. En ja, ik had de ervaring met een mus die binnen had gezeten. En neen, ik wou niet alle muren en meubels gaan afwassen.

Dus sloten we ’s ochtends de deur en dat in een periode dat het in Apeldoorn wél maar hier in België helemaal geen prettig weer was.

Voor 25 jaar op 13 jaar tijd

Op de admin pagina van dit blog staat dat ik tot en met gisteren 9.200 berichten heb geplaatst. Dat zijn die logjes die dus effectief op dit blog staan.

Maar bij het verhuizen van het blog in 2008 heb ik de meest nietszeggende logs -waarvan ik soms zelf niet meer wist waar Sloef het over had- verwijderd.

Dertien jaar geleden, op 7 juli, begon ik dit blog om de dingen van toen van me af te schrijven. Dat betekent dat ik schreef om niet te moeten denken. Achteraf gezien was het eigenlijk meer een denken op het blog zelf.

9.200 berichten op dertien jaar tijd? Dat zijn er genoeg voor meer dan 25 jaar.

Gelukkig is het blog nu meer een vriend dan een uitlaatklep.

Heeft U dat soms ook?

De uitleg waarom ik geen betalende kranten koop is heel eenvoudig. Ik deed dat trouwens al eens uit de doeken

De uitleg waarom ik niet naar bepaalde TV programma’s à la “Komen eten” en “Temptation Island” kijk, zal ieder die mij kent ook wel begrijpen. Indien niet, tja, ik heb echt geen zin om het uit te leggen.

Maar niet getreurd, mijn beste allemaal, ik hoef niets te missen, ondanks het feit dat ik mijn alleruiterste best doe om het wél te missen.

Want zie je, de internetgazetten zijn zo attent en hulpvaardig om daarover te berichten. Het vergt heel wat sluwheid om niet in de opgezette val te lopen, want hun titels zijn zo opgesteld dat ze dikwijls niet de naam van het programma vernoemen en ik, onwetende onkundige, ik tuin er dan in als er een aansprekende titel boven zo een krantenbericht staat.

Maar nu weet ik het wél! Er is een nieuw programma! Als ik zou willen kon ik nu al drie dagen op rij het reilen en zeilen volgen. Drie dagen geleden tuinde ik er namelijk in en ik sloot het bericht met de gedachte: “kunnen ze nóg dommer?”

Het programma heet “Mijn lief is vrijgezel”. Mijn lief gelukkig niet en ik wil dat zo houden.

Altijd commentaar

Ik zal mijn voet nog maar eens in de pla zetten, waarmee ik bedoel dat ik nu eens ga zeggen wat ik denk zonder rekening te houden met het feit dat de mensheid mij misschien als een onmens gaat zien. Het zij zo.

Waar ik het nu een beetje mee gehad heb, is dat betuttelend gedoe altijd over wat we eten of wat we dragen. Onmensen zijn we als we met kerst een iets meer op ons talloor hebben dan het gezonde alledaagse.

En bij tijd en wijle komt het terug: het verkapte verwijt dat wij complete egoïsten zijn als we bij het aanschaffen van kledij niet eerst een grondig onderzoek doen of die kledij wel gemaakt is door mensen die een menswaardig bestaan hebben.

Ze raden ons aan naar labels te gaan kijken die garanderen dat het allemaal wel in orde is. En die gelabelde kledij, sportkledij in dit geval, is niet “schoon” aan te schaffen in België.

Ervaring leert ons dat labels niet altijd zijn waar ze voor staan. Daar heb ik het recht om daar mijn sceptische mening over te hebben.

Dan denk ik: laat ons met zijn allen toch die kledij waar het om gaat niet meer kopen. Dan zijn die mensen in die beklagenswaardige omstandigheden toch beter af? Geloof me, als die mensen dat werk niet nodig zouden hebben, zouden ze het niet doen.

Straks als ik opsta, zal ik mijn dagelijkse ochtendgym wel doen in een broek waarvan de bovenlaag vervelt en het -eens zwarte- topje, dat grijs ziet van ouderdom. Dan heb ik tenminste geen foute tenue aan.

De eerste zit er op

Hoe lang zeg -en schrijf- ik nu al niet dat ik een rommelmarkt eens van de andere kant wil bekijken, dus vanuit het campingzeteltje met een tas koffie bij de hand.

We deden het … eindelijk.

Het begon al niet zo opperbest met Luc die me kwam vragen hoe laat ik eigenlijk wou opstaan, waarop ik zei: “zeven uur” en het al twintig na zeven bleek te zijn.

De douche was maar een douche op een sprintje -efkes naar het water kijken- en het ontbijt terwijl ik in mijn schoenen sprong. Gelukkig kon de tas koffie zo mee.

Eens daar laadden we de auto uit, die Luc gelukkig al had ingeladen met de foutieve gedachte dat ik al mijn toilet aan het maken was. Luc reed terug om de tweede lading terwijl ik de eerste installeerde.

Samen bouwden we de partytent op en toen was het wachten op kopers. Wachten? Niets te wachten! Tijdens het uitpakken stonden ze er al. We hoefden helemaal niet te wachten. Het geld stroomde dan wel niet binnen, het liep ook niet binnen maar het kwam toch vlot onze richting uit, vlotter dan wij hadden gedacht.

Toen ging het regenen en regende al de kooplustigen weg en zaten wij daar allemaal zo wat te schuilen onder onze tentjes met inbegrip van ombouwen en zaken verplaatsen zodat ze niet in de drup zouden komen te staan. Luc reed snel naar huis om het grote stuk doorzichtig plastic dat hier boven lag. Eens dat uitgespreid hebben we het niet meer weggenomen.

Door het verminderd aantal gegadigden druppelden nog enkele eurokes onze portemonnee in, tot het overgrote deel van de kraampjes inpakte en weg was. Uiteindelijk besloten wij ook maar om ons boeltje te pakken en naar huis te gaan.

Bijbedenking: zouden we van die Rode Duivels geen schadevergoeding kunnen eisen? Die hun gadgets, die Luc had verzameld, liepen voor geen meter (eventuele grapjes over de overeenkomt met de match worden terug gefloten).

We gaan het nog doen. Zeker en vast. Het probleem is dat we geen aanhangwagen en zelfs geen trekhaak op de auto hebben. Dat twee keer rijden is goed voor als er rommelmarkten in de buurt zijn, maar dan krijg je ook altijd hetzelfde publiek.

Wat we positief vonden? Al die spullen die we niet meer mee naar huis moesten nemen. Goh! Dat we daar zo gemakkelijk van af kunnen geraken.

Wat we negatief vonden? Al die spullen die we wel nog mee naar huis moesten nemen. Domme regen! En dan was die tent ook nog nat. En waar gaan we die allemaal stallen, nu ze eens gegroepeerd geraakt zijn?

Bijbedenking: dat er nog overal in huis spullen staan die er nog niet bij gegroepeerd geraakt zijn, zullen we maar even over het hoofd zien zeker?

Nog een bijbedenking? Toen Luc zag dat het zo vlot ging, heeft hij nog snel wat zaken bij elkaar gegrist, zoals iets dat we duurder hadden verkocht dan verwacht en waarvan hier thuis nog een exemplaar stond. Het mocht niet zijn.

Achteraf bedenking? Volgende keer een selectie doen uit de gegroepeerde zaken en het huis eens doorlopen en de ongegroepeerde meenemen … of een remorque kopen.

Das straf!



Als woorden overbodig zijn.

De bâche

Gisteren morgen bij het opstaan zag ik mijn lief door het venster van de overloop. Hij worstelde met de bâche.

De dag na de storm had ik die van de zolder gehaald. De brandweer had aangeraden om eventuele pannen en/of een bâche klaar te leggen. Luc had die gewoon door het eigenste venster op het koerke gekiept omdat ze door haar grootte nogal onhandig te dragen is en ook omdat ik op de zolder het stof niet af doe. De brandweer had ze uiteindelijk niet gebruikt. Misschien wel goed, want gezien de afmetingen van dat ding kon het goed zijn dat we de voordeur ook niet meer vonden.

Gisteren morgen dus zag ik dat hij één van de hoeken aan een haak in de muur had bevestigd, terwijl hij probeerde om die tweede hoek daar bij te krijgen. En dat terwijl het overgrote deel er nogal onwillig bijlag.

Ik opende het venster en vroeg: “wat doe je?” “Opvouwen” zei hij. Nu ze afgeregend was en terug droog vond hij het de gepaste tijd om ze op te bergen. Hij verkondigde ook dat hij dat op zijn eentje niet voor mekaar kreeg, dat onwillig onhandig stuk.

En zo kon het gebeuren dat ik in de vroege ochtend, in mijn badjas mee een bâche stond op te vouwen alsof het een reusachtig laken was.

Page 3 of 4

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén