Het was niet bepaald de plezantste periode om mee te maken, al liep het in het begin wel los. Ik heb het nu over de zes weken die het zou duren eer die Lipitor volledig uit mijn corpus verdwenen zou zijn.
Die eerste week, ja, daar zag ik al verbetering. Ik twijfelde niet meer zo hard aan mijn bril, mijn oren stopten met dat overdadig jeuken en ik voelde alsmaar minder die dreiging achter mij.
Hoe verder het vorderde, hoe meer ik weer mijzelf ging herkennen. De vakanties werden niet meer gevuld met bezorgdheid van wat thuis weer loos kon zijn en ik kon er weer meer van genieten.
Maar! Wat erger werd, maar dan wel héél erg, waren die stresspieken, met die paniekaanvallen. Zo heb ik er drie gehad. Over die ene in de Colruyt heb ik op het blog verteld, de twee andere waren niet minder erg, maar met een minder drastische reactie.
Plots ging die stress ook liggen, niet langzaamaan maar van de ene dag op de andere.
Er kwam wat anders in de plaats. Ik had een ijl hoofd en ik leefde als het ware in een irreële wereld. “Dat zijn afkickverschijnselen” zei een vrouw op de boekenmarkt. Ik kon dat best geloven al kon ik het niet weten, aangezien ik nooit eerder met dat soort zaken te maken had.
Het duurde anderhalve week eer ik dacht dat er opheldering zat aan te komen. En ineens was het weg, we gingen terug eens zwemmen, we planden allerlei uitstappen voor deze voorbije week, maar dan stond ik toch op met wat gesnotter en een serieuze hoest en schuiven we de hele planning maar weer opnieuw voor ons uit.
Die zes weken zullen pas op 25 februari voorbij zijn. De laatste stuiptrekkingen? Of toch ergens iets een vies beestje tegengekomen?
Waar was ik wél blij om? Dat die hele pakskes- en postgeschiedenis en ook die e-mail uit China niet voorgevallen zijn tijdens die periode met die stresspieken. Dat zou me nogal een situatie geweest zijn.
zullUitgelichte afbeelding:Gegenereerd met Artificiële Intelligentie – Image Creator in Bing (aangepast voor uitgelichte afbeeldingen).