We gaan ons nog eens geliefd maken sé! We gaan nog eens iets zeggen dat bij velen in een verkeerd keelgat gaat schieten.
Wij zijn anti tankvoertuigen. En daarmee bedoelen we niet dat we zelf antitankvoertuigen zijn maar wel dat we tegen tankvoertuigen zijn, waarmee we in ons geval kinderkoetsen en aanverwante bedoelen.
“In onzen tijd” is een uitdrukking waar we iets tegen hebben maar als we efkes nagaan was een kinderkoets vroeger iets voor een kind dat niet kon lopen. En nu? Ze zitten tot hun vijf jaar in zo een tank.
Nah ja, we vertelden al van die tegenstrijdigheid op de trein maar dat kunnen we dan eigenlijk nog accepteren, al was het, indertijd lang geleden, allemaal best doenbaar met een simpele plooibuggy.
Nu rijden ze met die enorm grote bakken de winkel binnen. Hebben we daar iets tegen? Ook niet behalve dat wij indertijd ofwel de kleine op de arm namen, ofwel lieten lopen. Soms lopen de klein mannen wel maar dan ligt die kinderwagen vol met allerlei spul en ze kijken boos als jij ook iets wil bekijken waardoor ze hun kinderwagen niet kunnen parkeren waar zij dat willen.
Maar nu, nu is het hek van de dam. Ze gebruiken die kinderwagens ook om te stelen. Allee nu? Staat daar iemand stom van? Gezien het voorgaande? Neen toch.
Van de week weer. Dan zat er zo een jeugdig moederke in het bushokske op de bank en haar kindervwatuur, groot genoeg voor drie kinderen stond naast haar. Het miezerde wat, niet genoeg om absoluut in dat buskot te willen staan. De twee die dat wel wilden stonden als gijzelaars tegen de wand geplakt in de tang gepakt door dat gigantisch kindervervoermiddel.
Twee haltes verder stapten moeder en vwatuur weer af. “Moet ze daarvoor de bus pakken?” vroeg Slow, want dat doen Slow en mske niet. Maar enfin, dat zouden onze zaken nu niet zijn, moest ze Slow niet bijna van zijn stokken gelopen hebben om zo snel mogelijk van vanachter naar voor te lopen om haar kaart te laten ontwaarden. Hij zat bijna op mske hare schoot!
Dan zeggen ze dat de fysiek van de mensen er op achteruit gaat. Maar ze zitten tot hun vijfde in een kinderwagen en op hun 45ste hebben ze een scootmobiel nodig.
Nu kan je in een winkel haast niet door omwille van al wat daar rondrijdt. Waarom zou mske haar fiets niet mogen meenemen naar binnen? Dan moet ze ook niet zo zeulen met haar tas.
Hebben wij nu gezegd dat wij tegen kinderen zijn? Neen hé. Dat zijn we niet. Alleen maar tegen die alsmaar groter wordende vrachtvervoerders die ze nu kinderwagen noemen.