Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Maand: augustus 2014 (Page 2 of 4)

Segedunum

We gingen niet naar Edinburgh. Om een lang verhaal kort te maken: de Tattoo was bezig, we wisten niet of we er konden parkeren en we hadden het niet op voorhand georganiseerd. Volgende keer beter.

Het alternatief? Segedunum. Jaja, weeral Romeinen. Die zijn daar nog massaal aanwezig, hun muren dan toch.

(Lees verder onder de foto)


Stilstaand beeld uit Lucs filmpje

We hebben, ondanks mijn hekel aan musea, toch mooie dingen gezien die daar op die site gevonden werden. Eigenlijk zijn we er langer gebleven dan gepland.

Eigenaardig was wel dat, ondanks er inkom betaald diende te worden, er geen controle was bij de achterpoortjes. We liepen door poortjes waar vermeld stond dat het enkel toegankelijk was voor tickethouders, maar niemand keek die tickets na. Iedereen kon er zo in. Verwonderlijk was dan wel de man die door de afsluiting naar de site stond te gapen.

Rare jongens die Engelsen? Of gaan ze er van uit dat iedereen eerlijk is?

Water langs alle kanten

Ja, die zaterdag was het ook geen zonnige dag. Integendeel.

Ik weet niet meer wanneer het begon te regenen, zeker niet toen we nog op zee waren, want we hebben zo goed als de ganse overtocht achterom gekeken naar het kleiner wordende eiland.

Wanneer dan? Ik herinner me geen regen toen we op zoek gingen naar het Falkirk Wheel.

Het moet begonnen zijn toen Luc besliste dat hij met die boot mee wou. De volgende zou pas een uur later komen en we gingen ondertussen maar wat rondhangen in het informatiecentrum.

Die boot en dat Wheel, die waren echt wel de moeite. Zeer indrukwekkend allemaal en we kunnen het alleen maar aanraden. Zin in? Doen!

We hebben het op film, dus efkes geduld. De monteur is druk bezig.

Maar daar had je ook nog The Antonine Wall. En vermits we Hadrian gingen bekijken, konden we deze niet links laten liggen.

We hebben efkes gewacht tot het over was en het was wel een mooi wandelingetje maar die muur! Was me dat een tegenvaller! Voor mij dan toch.

Alle Romeinslievenden gelieven me te excuseren als ik zeg dat een verhoogde berm en een gracht voor mij geen muur zijn. En dat was nu precies wat er blijkbaar van die muur overbleef, behalve het stukske dat we van op dat Wheel hadden gezien en dat misschien mogelijk zelfs een reconstructie kan geweest zijn. Het zag er niet echt authentiek uit.

Misschien was ik wat grumpy geworden van de regen en bovendien hadden we nog niet gegeten. Ik had haggis willen proberen en die was natuurlijk op. En in een broodje had ik geen zin.

Nu ja, na het inchecken in dat knus hotel en een genoeglijk etentje in een gezellig restaurant zag het leven er weer rozig uit.

Het voorgevoel

Zoals ik al zei, ik kan beter mijn voorgevoel niet negeren. En ik heb wel meer een voorgevoel. Niet daarom altijd over dingen die ik moet doen of niet moet doen, maar soms is er toch wel enige actie vereist, zoals met die ponden.

We hebben dan ook op Arran, alles samen gedaan, waarmee ik bedoel dat we ook samen naar de winkel gingen omdat ik het voorgevoel had dat, als ik Luc alleen liet gaan er iemand in die auto ging rijden.

Ons verblijf op het eiland zat er ei zo na op toen ik besloot om toch maar een map van Arran te kopen en ik vond het onnozel dat we beiden om een map zouden gaan en dan beiden naar die winkel voor één item. Dus ik stapte in Brodick uit op 100 m van de toeristische dienst en Luc zou die 100 m de andere kant op rijden naar de winkel.

Ik stapte de toeristische dienst binnen, stak mijn hand uit naar een kaart toen de gsm ging. En ik wist al genoeg. “Kan je efkes komen?” vroeg Luc “er is er ene in de auto gereden”. “Het is niet erg” voegde hij er nog snel aan toe.

Op de parking van de winkel stond een doodsbange wezel te kijken toen ik er aan kwam. Ze begon te lamenteren dat het allemaal zo erg niet was en daarvoor de verzekering contacteren … Ja zie, ik wou het allemaal eerst zien. Het was niet erg, maar wel zichtbaar. De hoogte van een bumper en even breed en dat in de deur van de chauffeur. Ze ging maar door maar ik luisterde eigenlijk niet. Het enige wat ik nog ergens meekreeg was iets over her husband.

Ik pakte een papieren zakdoekske, maakte die wat nat en ging over de plek. Het meeste ging er af. Gewoon vuil dus. Maar het bleef zichtbaar. Miniem weliswaar, maar toch zichtbaar, mogelijk omdat we het wisten. Luc zei dat het voor hem niet veel uitmaakte.

Ooit, toen de auto’s nog van metaal waren, kon je zoiets er uit simoniseren. Maar nu? Nu wist ik het niet. Luc wist het ook niet.

Maar ja, men heeft het me al gezegd, ik heb een streng gezicht en ja, ik kijk blijkbaar boos als ik nadenk en bovendien gebruik ik niet meer woorden dan nodig waardoor mijn conversaties wat kortaf lijken. En ik weet dat en Luc weet dat maar die vrouw wist dat niet en keek altijd maar angstiger en angstiger.

Ik wou mijn vakantie niet vergallen voor zoiets en zei dat we er geen verzekering gingen bijhalen. Ze was opgelucht, haalde haar portefeuille voor de dag en haalde er 10 £ uit. “Voor een fles wijn voor de schrik” zei ze. Luc begon al neen te zeggen, maar ik heb die maar aangenomen.

We besloten dan maar om toch samen naar de winkel en daarna naar de toeristische dienst te gaan. “Ze heeft meer schade dan wij” wees Luc de auto aan. “Thuis zegt ze tegen her husband dat er een Belg tegen haar auto is gereden” bedacht ik. Luc heeft maar snel het merk en de nummerplaat genoteerd.

Ik heb bij het schrijven van dit stukske nog moeten opzoeken wat “simoniseren” nu juist inhield. En ja, als we dat product nog vinden, gaan we het toch eens proberen. Ondertussen zien we de vlek niet meer, maar dat kan ook komen doordat hij eigenlijk eens gewassen zou mogen worden door de regen van de laatste dagen.

Het huizeke in het bos

Op onze wandeling naar Loch Garbad zagen we toch een opmerkelijke wegwijzer. Op 200 m van die tweesprong, midden in het bos, zou er een library zijn.

Daar moesten we toch meer van weten.

We kwamen bij een boshuizeke. De deur stond open en we liepen binnen. Tegen één wand stonden inderdaad wat boeken en er lagen wat informatiefolders.

Verder was de ganse hut behangen met nota’s en briefjes van mensen, voornamelijk kinderen, die er langsgekomen waren.

Ook stond er tegen één van de wanden een collectebus. Zomaar. En weet je, op Arran vonden we dat helemaal niet abnormaal.

Vraatzuchtige beesten

Als je naar Schotland gaat, neem je iets tegen de muggen mee. Ja? Ja! Je gaat wandelen en je vergeet dat op te spuiten. Dat is niet slim.

Nu dat deed ik dus de drie eerste dagen en ik had enkel beten ter hoogte van de rand van mijn sokken. Dat vond ik straf.

Toen we echter meer tussen de bomen en onder de bladeren en naast de watertjes gingen wandelen, gebruikte ik dat middel wel.

Luc, de stoere, pakte zijn rugzak op zijn rug en wou zo vertrekken. Ik zei: “zo niet hoor manneke” en ik gaf hem het tweede fleske muggenproduct. Hij spoot het op zijn armen, alleen vanboven uiteraard.

’s Avonds kloeg hij over beten, op de onderzijde uiteraard. Dat was precies een maanlandschap.

Een shit-historie

Ze liepen met twee langs de kustlijn te joggen. Zij had een oranje t-shirt aan, hij ook maar dan fluo. Zij had de hond aan de lijn, hij had het zakske kak in zijn hand.

De hond en de lijn joepten op het ritme van haar looppas. Het zakske kak op dat van hem.

In den hof van Brodick Castle

Ik vroeg me af waarom de bordjes: “Please keep your dog on a lead” op ooghoogte van honden geplaatst waren, terwijl het toch de baasjes zijn die ze moeten lezen.

Een kwestie van populariteit

Bij de Tour de France zie je overal geschreven gescandeerde namen staan.

Wat bizar is, is dat ginder ganse straten vol stonden geschilderd met Lucs naam.

Dat moet al langer geverfd zijn, in de tijd namelijk dat ik hem nog niet Luc noemde maar Slow en dat ondanks het feit wij heel stillekes hebben gezwegen over onze vakantie daar.

Losjes en nonchalant

Er moet toch een eleganter alternatief zijn dan een wit t-shirt van Luc en een vormloze broek om je op je gemak op een wildvreemde zetel te gooien, die tijdelijk je thuis is.

Een slaapkleed? Neen hoor!

Een huisjurk misschien?

Eindelijk Arran

Toen de regen stopte boven de Firth of Clyde, liepen we naar de voorsteven van de ferry en zagen Arran uit de mist te voorschijn komen. De Goatfell bleef mysterieus in nevelen gehuld, ook nog toen we in Brodick de ferry afreden.

“Zaterdagweer” zei de dame van ons appartement en ze wees naar de grijze lucht.

Er zijn dingen genoeg te beleven op Arran zodat je er niet genoodzaakt bent in de regen te lopen als je dat niet wil.

We verheugden ons toen we lazen dat de Glenashdale Falls op hun mooiste zijn na hevige regenval. Dat konden we beamen toen we er ’s maandags waren.

Het weer was ons welgezind. De grote hitte was er niet en ook de regen hield zich koest, donderdag namiddag uitgezonderd. Toen ging het pas over rond 17u. Dus hebben we daarna maar een avondwandeling gemaakt.

En op zaterdag toen we vertrokken, had de Goatfell zich in nevelen gehuld. “Zaterdagweer” zei de dame van ons appartement, dat het onze niet meer was.

En wat met Arran? Toen ik boekte hadden we geen auto en was een appartement voor een ganse week een ideale oplossing.

Toen we het traject uitstippelden, heb ik even gedacht dat we misschien beter door Schotland waren gereden en elke nacht elders hadden overnacht. Ik had Loch Ness ook willen zien, maar dat lag nog kilometers verder.

We hadden Noorwegen of Ijsland al genoemd voor een eventuele volgende vakantie, maar die plannen veegden we al snel van de tafel. Volgende vakantie zouden we gewoon een ander deel van Schotland aandoen, inclusief Loch Ness.

Niks van!

Op de ferry die ons van het eiland wegbracht beslisten we al dat we volgende vakantie terug naar Arran gaan, inclusief hetzelfde appartement indien mogelijk. Arran heeft zoveel te bieden, zoveel dat we het in een week nog niet half hebben gezien ondanks dat we er erg actieve dagen opzitten hebben.

Mogelijk nemen we dan wel de ferry naar Hull. We hebben nog tijd genoeg om dat te beslissen.

Page 2 of 4

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén