Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Auteur: Sloef (Page 21 of 757)

Straf water

We vertelden al dat je in het zwembad van Landen niet kan gaan zwemmen tijdens de schooluren, maar in Sint Truiden kan je wel tijdens de middag.

Dat deden ze gisteren. Ze moesten naar Landen met een papier en een pasfoto omdat hun identiteitskaarten gaan vervallen. En omdat de voormiddag dan toch al verprutst was voor dossiers, reden ze ineens met de fiets naar het zwembad van Sint Truiden. Het weer zat mee, het was zalig fietsweer.

Dat zwembad van Sint Truiden, dat is toch raar hoor, maar dat is nu eens een traag zwembad en mske is op zich al geen supersnelle zwemmer. Maar het lijkt wel of het water tegenwerkt. Is het nu omdat het water gevoelig kouder is dan in Landen of is er wat anders gaande. mske weet het niet, maar ze heeft wel haar geplande lengtes gezwommen.

Ze hebben zelfs een tienbeurtenkaart gekocht. Niet omdat het voordeliger uitkwam … of toch wel een beetje. Ze kregen namelijk een tegoedbon voor de cafetaria bij aanschaf van die kaart.

Nu moeten ze nog minstens vier keer naar Sint Truiden gaan zwemmen. Hopelijk komen er dan nog mooie fietsdagen aan.

De twee slapers

Ze zijn toch wel erg verschillend, Amke en Ella.

Als mske zo ’s avonds op de kamer gaat kijken of alles in orde is, ligt er in het ene bed eentje muisstil, op haar rug, mond licht open, zodat mske soms gaat kijken om vast te stellen dat ze heel licht ademt.

Ondertussen zijn, in het andere bed, alle spoken los. De lakens dansen en woelen als leiden ze hun eigen leven. Dat doen ze enkel niet als ze uit het bed gevallen zijn door al dat gewroet en ze stil op de grond liggen wachten tot mske hen terug op bed legt over het woelende slapende Amke.

Een deel van de koek

Het was zover! Of beter … het is bijna zover. Maar omdat, als het zover is, ze hier niet in de mogelijkheid zijn, hebben ze maar gedaan alsof het al zover was.

Ze vierden Amke’s verjaardag al op vrijdagavond met inbegrip van het beloofde fototoestel.

De geplande uitstappen vielen echter in het water, want op zaterdagmiddag ging Ella ineens koorts maken en werd alles afgeblazen. De voorziene pannekoeken natuurlijk niet. Die werden wel gebakken en opgegeten. Dat Ella er maar twee één van op at, wijst natuurlijk op iets dat aan het broeien is.

Amke’s verjaardag wordt echt wel een gebeuren in afleveringen op deze manier. Dit wordt dus zeker nog vervolgd.

Een moddertoestand

mske vond een kaart. Eigenlijk zag ze enkel een foto in een hoop modder, maar toen ze die foto opraapte zag ze dat die foto onderdeel was van een kaart. Een modderige dan nog.

Ze nam die mee naar huis en liet ze drogen. Wat het voor iets was kon ze niet opmaken. Ze googelde op de naam die onder de foto stond, maar zonder resultaat.

Er staat dus niet op voor wat het ding dient, wie ze uitgaf, waarover het gaat. Er is enkel de vermelding: “If you find this card, please send it to:” en dan staat er een postbus.

“Wat een lef” dacht mske. Ze verliezen hun spullen in het midden van nergens en dan kan je nergens ook maar gegevens vinden maar je mag wél kosten maken om het ding terug te bezorgen.

Dat doet mske niet. Geen denken aan. Ze gaat ze nu ook niet weggooien … dat niet.

Ze zal er net hetzelfde mee doen als met andere vondsten die misschien belangrijk zijn en waar ze de eigenaar niet van kent.

Het omslachtige raadsel

mske kent het raadsel al heel lang. Ooit had de non in de school het voorgelegd. Het gaat als volgt:

Om één of andere rede die de man wel zelf zal begrijpen, maar wij dus niet, moet een man met een wolf, een geit en een kool de rivier over. Er is geen brug en zijn bootje is veel te klein. Hij kan de wolf niet bij de geit laten, om wel te verstane redenen. En voor diezelfde redenen kan hij ook de geit niet bij de kool laten.

Hoe moet hij dat flikken? Die kool in zijn binnenzak steken of die geit een tok tegen haar koollustige toot geven, zijn geen optie.

Iedereen kent de oplossing wel zeker. Neen? Okee, hier komt ze:

  • Hij zet eerst de geit over en vaart leeg terug.
  • Hij zet de kool over, legt de kool op de oever en neemt de geit mee terug.
  • Hij zet de geit op de oever en vaart de wolf over en vaart leeg terug.
  • Hij zet de geit over.

Daarna kan hij zijne plan trekken, want blijkbaar is er te voet geen probleem.

Nu hebben wij zelf óók zo een raadsel. Jawel.

Wij wonen namelijk op vier kilometer van het station van Landen. Dat is een afstand die gemakkelijk te overbruggen valt, zowel te voet als per fiets en soms rijden er wel bussen … belbussen te verstaan.

Maar, als Slow en mske Amke en Ella gaan halen, dan is het te laat voor de belbus.

Dus zijn ze ooit al te voet van het station gekomen, heeft Slow al eens de twee kinderfietsen naar het station gebracht terwijl mske de kinderen zelf ging halen. Maar dat ziet hij niet meer zitten.

Hoe los je dat op? Denk aan de boer en zijn probleem! Als volgt dus:

  • Slow en mske rijden per fiets naar het station.
  • Ze halen Amke en Ella per trein.
  • Slow neemt Ella achterop de fiets.
  • mske neemt haar fiets aan de hand en komt met Amke te voet.
  • Slow gooit de bagage af en Ella neemt haar fiets.
  • Ze rijden Amke en mske tegemoet en Slow neemt Amke achterop de fiets.
  • Ze fietsen naar huis.

Dat was niet afgesproken, maar vorige vrijdag regende het, zodat Slow besloot dat het toch geen weer was om Amke en mske daarin tot thuis te laten komen.

mske vindt dat geen slechte oplossing. Dus gaan ze dat terug zo doen. Alleen kan dit systeem niet gebruikt worden om de kindjes terug naar het station te krijgen en de fietsen mogen niet met de belbus mee.

Oude dingen die niet veranderen verstarren

Ze gaan het station van Blankenberge afbreken. Jawel. Ze gaan er wel een ander bouwen. In een tijd dat alles en iedereen in crisis is. We zijn benieuwd wat ze daar weer gaan neerpoten.

Zoiets prestigieus? Zoals dat van Liège-Guillemins? Of zoiets als dat van Leuven? Waar ze al meer dan tien jaar aan bezig zijn. Voordeel? De reizigers staan droog al moet je daarvoor in Leuven tussen de drup doorlopen.

Nu ja, goed. Wie zijn wij. Wij vinden het alleen jammer. Wij niet alleen, maar met velen vinden wij dit jammer.

Andere dingen daarentegen veranderen niet. En dat is dan soms ook storend.

Zo ging mske als jonggetrouwde af en toe eten in een restaurant in Leuven. Het eten was er lekker en het was er gezellig.

Op de markt in Leuven had je een marktkramer die de ganse tijd onzin stond uit te kramen en hij had het altijd tegen “Maria”. Die Maria was een beetje hardhorend, volgens mij, want hij herhaalde die naam constant.

Door omstandigheden kwam mske laatst in het restaurant. De menukaart was dezelfde, de bediening was dezelfde en de sfeer was dezelfde … of toch niet, want door het bewaren van de dingen van vroeger was er een soort verstarring. Het restaurant voelde als een decor, de gezelligheid was kunstmatig en het eten smaakte niet meer.

Op de markt? Daar zit dezelfde marktkramer. Hij roept nog steeds: “Maria, Maria” en hij zegt twee zinnekes, waarop hij dat tot in het oneindige herhaalt. Net een over zijn toeren gedraaide bandopnemer van vroeger.

De Scheve Schuit

Ze zaten dus met hun vieren op die trein en Ella had een presseeke. Nu bleek dat er toch geen wc-papier aanwezig was. Gelukkig heeft mske altijd een pakske papieren zakdoekskes binnen handbereik hé.

In Brugge, stapt er een massa volk op, maar een massa en die trein verlaat het station al schommelend en deinend zodat je eigenlijk al zeebenen moest hebben om recht te blijven.

“Dat is hier precies de Scheve Schuit” zei Slow en toen er drie mensen na elkaar ineens naar die wc gingen, vervolgde hij: “en Piet Piraat en zijn gevolg houden het roer niet … die zitten op de wc”.

Nu ja, van het één kwam het andere, de blonde jongen kwam terug en Amke en Ella grinnikten. Het meisje kwam terug en Slow vroeg: “hoe heet die ook weer?” op het vrouwspersoon van de ganse piraterij doelend. “Stien Struis” antwoordden Amke en Ella samen.

mske bekeek het meiske eens en zei: “dat is niet Stien Struis hoor! Dat is Stien Smal”. En joep, ze waren vertrokken, het gegiechel stopte niet meer.

Toen de donkerharige jongen terugkwam zei Slow dat de boot nu wel stabieler zou gaan worden.

“We hebben ze allemaal gehad” zei Amke “alleen Berend Brokkenpap nog niet”, waarop Slow ook de naam van Berend wat ging verbasteren met het oog op het ontbrekend wc-papier.

“Dat is een zaak voor …

    Nu moeten we eerst toch iets anders vertellen. Een paar maanden terug zaten de kindjes hier naar de pretroulette te kijken en den dezen was ook weer van de partij. mske deed het er niet om, echt niet, maar omwille van de rijmelarij van de pret en de roulette, flapte ze er iets uit dat óók rijmde op pret, ze zei: “de pret××”.

    Tja, die kruiskes … Amke en Ella zullen zich later nog wel herinneren wat mske heeft gezegd.

    Nu terug naar ons verhaal.

“Dat is een zaak voor de pret××” zei Ella, die deze benaming dus ook grappiger vindt dan de officiële. Waarop een hele conversatie begon over de pret××. De kindjes vertelden eigenaardige streken van het heerschap en mske vroeg zich af of die ooit, kind zijnde, op de veelgestelde vraag, wat hij later wilde worden: “pret××!” geantwoord had.

Maar ze zagen hem dus niet. In Brussel, het gegiechel was die ganse rit niet meer stil gevallen, zag mske iets op het perron en ze droeg daarop volgend wereldbekend gedicht voor:

Kijk, daar reed de pret××
voorbij op zijn trottinet
Hij ging er nogal van door
Maar bruin was nog steeds zijn voor
Hij zei: kan er geen wc-papier zijn
Neem ik wel een and’re trein.

Hoewel het niet bepaald stichtend is/was, moet dat zo af en toe eens kunnen, gezien de lengte van de reis en de verveling die elk moment kan toeslaan.

In dit geval dus niet. Deze treinreis zal nog lang in de herinnering blijven.

’s Anderendaags, bij het naar huis rijden kreeg Amke terug de slappe lach omdat de trein een trommelgeluid maakte: “bom, bom, bom, bom, …” En hoe sneller die trein reed, hoe sneller die bomde, tot er enkel een snelle roffel: b-b-b-b-b-b-b-b-b-b… overbleef.

Dat was dan geen Scheve Schuit maar de trommel Bombardon.

En mske vertelde over het liedje van vroeger: “J’entends siffler le train“. En natuurlijk zong mske dat zo schoon niet zodat ze hen alle drie zag denken dat ze het uit haar duim zoog.

Maar die avond hé, die avond, na vijf uur onderweg om de kindjes van Landen naar Linden te krijgen, floot die trein écht.

Slow heeft er zowaar een presseeke van gekregen.

Wat voor beesten?

Het valt altijd opnieuw voor. Ergens aan een trein staat een groep mensen te wachten.

mske, die niet houdt van te veel mensen rond haar, gaat dan een eindje verder staan. Dat is het signaal voor een deel van die groep om dat ook te doen, liefst in mskes buurt.

Als mske dan nog wat verder gaat, dan volgen die gewoon. En als mske dan nog wat verder gaat … zou ze gewoon àchter de trein terecht komen.

Zo staan ze dus met hun viertjes in Blankenberge op de trein te wachten. Lekker alleen, de grote groep wacht in het begin van het perron. De omroeper zegt dat de trein al een vertraging van 12 minuten heeft, nog voor hij aangekomen is.

Dat is het signaal. “Oh neen, daar komen ze” zegt Slow. mske ziet de beweging van uit haar rechter ooghoek. Dichte drommen komen hun richting uit.

Ze zegt: “wat een kuddebeesten!”

Amke zegt: “dat zijn vliegen”.

“Hoezo?” vraagt mske.

“Mama zegt dat” zegt Amke.

*Frons*

“Mama zegt dat vliegen kutbeesten zijn” zegt Amke.

De pier

mske liep op het strand en zag de kleine mensjes op de pier. Ze dacht: “daarnet, toen wij daar liepen, zagen de mensen die hier liepen, ons ook zo, maar ze wisten niet wie we waren. Nu weten wij ook niet wie zij zijn”.

Voor zover mskes bewustzijnsverruimende bedenkingen.

Blaffie

Slow en mske gingen naar zee. Amke en Ella gingen mee.

Het weer was schitterend, gewoonweg schitterend.

Ze wandelden over de dijk, over het strand, in de duinen. Ze keken naar al wat er te zien was: schelpjes en beestjes en mensjes.

Toen vond Slow de koord. Ze was toch enkele meters lang. “Kijk” zei hij “een slang” terwijl hij de koord voortsleepte over het strand.

“Weet je wat je nu moet doen?” vroeg mske. “Nu moet je, telkens je mensen tegenkomt zeggen dat hij mooi moet meekomen”.

“Of dat het een brave is” zei Amke en ze lachten en lachten en hij kreeg al snel de naam “Blaffie”.

Kort daarna wisselde Blaffie van eigenaar, Slow is niet zo hondenuitlaatgezind, denk ik.

Amke had hem nu aan de lijn. En toen ging dat beest toch zo vervelend voor mske lopen dat ze toch twee keer op zijn staart trapte zeker. “Weet je” zei Slow “nu moet je heel droevig kijken en aan de mensen vragen of ze Blaffie niet gezien hebben”.

Dat deden ze niet. Ze zijn wat warms gaan drinken en hebben den Blaffie schoon opgerold, want die moest mee naar huis. Tja, Amke wou den Blaffie niet zomaar aan zijn lot overlaten … al beweerde Amke dat hij onder de tafel zat in dat cafeetje.

Page 21 of 757

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén