Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Bostalsee

Is ’t alles?

Ooit, lang geleden toen we nog dagelijks naar de beenhouwer moesten om ons vlees, was het de gewoonte dat je je bestelling niet ineens opgaf, maar stapsgewijs, waarna de beenhouwer dan vroeg: “Dat zal ’t zijn?” of “Is dat alles?” Dat was normaal. Of beter: dat vonden wij toch normaal.

Nu hebben we die gewoonte niet meer en kan diezelfde vraag nogal raar overkomen als je in een cafetaria een koffie en iets fris gaat drinken.

Die keer, in september, aan de Bostalsee, vond ik het zelfs licht arrogant. Het was in de namiddag, te laat en/of te vroeg om te eten. Hij noteerde de bestelling en vroeg: “Is dat alles?” Okee, er lag geen klemtoon op die verkeerde intenties zou aantonen, maar de vraag zat me wat dwars. Luc vond het een gewone vraag en verwees naar de beenhouwer, ik vond het toen toch wat opdringerig.

Nog zo een voorval, in Aachen. We gingen een koffie drinken in de stad, voor we naar de auto terug gingen. Omwille van zijn toenmalige rugpijn zette Luc zich al op het terras en ging ik bestellen, zoals gewoonlijk: een koffie en iets fris. “Wollen Sie keine Kuchen?” vroeg ze, met haar blik de standaard met taart aanwijzend en weer met die licht afkeurende ondertoon.

Ik bedankte gewoon, ik ga niet aan iedereen een uitleg doen over een maximum van 1.200kcal.

Maar dan bedenk ik, dat ik, bij het schrijven dezes, enkel deze twee voorvallen voor ogen heb, dus zal het me bij andere zaken niet opgevallen zijn. Zodoende vraag ik me af of ik toch geen beetje gelijk heb, dat ze bij beide voorgaande voorvallen toch wel licht arrogant ontstemd waren over onze -volgens hen ontoereikende- bestelling.

De waters op vakantie

Als ik zou zeggen dat alle vakantieparken een meer of vijver hebben, lieg ik misschien, want ik heb nog niet bij alle vakantieparken een vakantie, week, midweek of twee- of driedaagse doorgebracht. Ik denk trouwens niet dat dat me, in wat me nog rest van mijn één mensenleven, zou lukken. De vraag is ook of een heel mensenleven wel zou volstaan.

Wat wel waar is, is dat alle parken -en dat zijn er niet zo heel veel- waar ik wel al was zo een meertje of vijvertje hebben.

Soms hebben ze dat niet nodig, dan liggen ze gewoon aan bij zo een groter meer zoals de Bostalsee en het Rauwse Meer, zoals Center Parcs Bostalsee en Sunparks Kempense Meren.

Soms liggen ze aan zee, maar de beide Belgische parken hebben daarbovenop nog een parkmeertje.

Ook het -niet nader genoemde- park in Drenthe had een eigen parkwater, eigenlijk meer dan één al was het ene dan een zwemvijver en het andere een vennetje in natuurgebied.

En daar hadden we dan, als kers op de taart, de niet zo veraf gelegen Baggelhuizerplas. Die was een wandeling meer dan waard. Er was niet echt veel volk. Op enkele joggers na hebben we er niemand ontmoet. Rare gevolgtrekking? Als de wc-voorzieningen bij dat soort gebieden gesloten zijn, wordt het pas de moeite waard om ze te bezoeken.

Die waterpartijen vind ik een enorme meevaller, vooral als je ’s avonds niet de hele avond voor de TV wil hangen en nog een luchtje wil scheppen. Water heeft altijd een bepaalde aantrekkingskracht en het is snel gezegd: “Gaan we nog eens tot aan het meer?”

Een kwestie van rap zijn

Ohlala! Kijk buiten!
Een bezoek! Pak kodak
Goed mikken … Rap klikken
Drukken maar. Snel!

Wat een snoet, echt wel hoog
Schattigheidsgehalte
Huppelt weg, show gedaan
“Heb ik hem?” … Wél!

[© ms – 30 september 2023]

____________________
Ollekebolleke

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén