En zo gingen ze dan op stap: Amke, Ella, Slow en mske. En Amke zei enthousiast: “daar zijn draaimolens ook, ik ga op een draaimolen”. “Ik weet niet meer of daar draaimolens zijn” probeerde mske voorzichtig. “Jawel” hield Amke vol en Ella stemde volmondig in al noemde zij het een paardenmolen. mske had nog steeds twijfels, zij was er wel al geweest, Amke eens toen Bollie nog zwanger was van Ella en Ella nog helemaal niet.
Maar er was een ouderwetse carrousel en ze wilden alle twee op een paard. En mske zette ze dan maar alle twee op een paard, ze herinnerde zich namelijk nog goed het Calimero gezegde van Ella, toen mske haar op Landen kermis in een vliegtuigje had gezet omdat ze met haar voetjes niet aan de steunen kon. De man van de draai/paardenmolen knikte even en kwam ter hoogte van de twee paarden staan.
Tegen de avond aan kwamen ze nog twee paardenmolens tegen. En weer zaten Ella en Amke elk op een paard, maar aangezien er hier geen begeleider op de molen stond en er geen handvaten waren maar leidsels, ging mske maar tussen de twee paarden in staan, met een arm om elk van haar kleindochters. Geen probleem. Maar dat was buiten de waard gerekend. Ella wilde op die andere molen ook nog op een paard. En mske ging er maar weer tussen staan en hield hen weer zo onopvallend mogelijk vast.
En toen toen begon Amke te glijden. mske greep haar vast met haar twee handen en Ella totterde van het paard. mske was geschrokken, greep Ella, waar op eerste zicht toch niks mis mee was, zette haar in een joep in de koets bij Slow en zei: “en nu is het uit!” Gelukkig draaide die molen nog niet, maar dat is wel goed om een hartinfarct te krijgen.
Nu zei Ella niet: “dat is niet eerlijk”, neen, ze zei gewoon niets meer. Dus hebben ze nog maar een ritje gemaakt. Amke, vastgehouden door mske en Ella, vastgehouden door Slow.