Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Murphy (Page 2 of 5)

Apothekersdozen voor zalf

Je koopt zalf bij de apotheker. Die tube zalf zit in een kartonnen doos. Je laat die daar in zitten want anders gaat die tube plat, zeker als je die nog overal mee naartoe zeult omdat je die een beetje overal nodig kan hebben.

Ik heb al meer in de clinch gelegen met die doos dan wat anders. Dicht krijg je die na enkele keren gebruik niet meer want ondanks je wijze van opbergen geraakt dat kartonnen omhulsel sowieso ingedeukt. Bovendien moet je, volgens Murphy, altijd de verkeerde lip open maken zodat je op de ingesloten bijsluiter zit te gapen. En die andere kant die is van lieverlee solidair zodat je uiteindelijk een kartonnen koker in je EHBO tas zitten hebt die maakt dat je alles telkens opnieuw moet schikken.

Ik heb die bijsluiters al weggegooid … die foute lip al dichtgeplakt … maar het blijft een rommelig gedoe.

Ben ik nu de enige die dat vervelend vind?

De boon

Het was Driekoningen, voor de eerste keer hadden we een driekoningentaart. Ik had de boon die geen boon was. In de reacties op het logje dat ik er over schreef leerde ik dat men in sommige streken de link legt met “geluk hebben”. Ik hoop maar dat men eigenlijk “sjaans hebben” bedoelt.

Maar toen het logje verscheen, had ik mijn portie sjaans al zo goed als binnen, want …

Op de maandag na Driekoningen …

    wilden we oorspronkelijk naar een rommelmarkt in Aarschot, maar dat vergat ik toen ik, op Driekoningen zelf, een boekenkast met glazen deuren vond op een tweedehands website waarvoor ik een afspraak regelde op die bewuste maandag.

Op de maandag na Driekoningen …

    wilden we naar die boekenkast gaan kijken, al had die niet de juiste meubelstijl, die we maar even vergaten omdat die toch zo moeilijk te vinden is en de boeken nu eindelijk toch een plaats mogen krijgen, maar die afspraak zegden we op de zondag tussen Driekoningen en de bewuste maandag af omdat ik een onbestemd voorgevoel had dat dat helemaal verkeerd zou aflopen.

Op de maandag na Driekoningen …

    gingen we dus zoals eerst voorzien naar een rommelmarkt in Aarschot, waarna we eens in de Kringwinkel daar binnen zouden lopen. Dat deden we zonder afzeggingen. In het naar huis komen, konden we dan ook nog de Kringwinkel van Tienen aandoen.

Nu wordt het spannend!

    Niet op die rommelmarkt. Die gingen we alleen eens bekijken om te zien of het de moeite zou lonen om er zelf eens wat rommel spullen te gaan verkopen.
    Het wonder gebeurde in de Kringwinkel waar we nooit eerder waren. We liepen binnen en we stonden ineens voor een erg grote uitvoering van ons eigen kastje. Als ik zeg: erg grote uitvoering, dan bedoel ik echt een erg grote uitvoering. Maar … er was de prijs. Mja … Het kastje was echt wel een koopje geweest maar in de Kringwinkel kennen ze wel de prijzen. En bovendien zochten we een eetplaats, geen wandkast.
    Node nam ik afscheid van de grote kast.

Nog spannender?

    Terwijl we daar waren -we zouden toch nog niet naar huis gaan zeker- opperde Luc dat we evengoed naar de Kringwinkel in Diest konden in plaats van die van Tienen, die toch dichter bij huis is en waar we al eens extra naartoe kunnen rijden.
    In Diest waren we al, ergens in september, toen we bij Zoneke en Querida op Nitro en Murphy gingen passen. We liepen binnen, recht naar de boeken, want dat was de opgave: boeken vinden, maar we vonden er geen. En tussen de boeken en de uitgang stond ze: nog zo een kast. Minder groot dan de andere maar even opvallend en imposant. Maar weer overdachten we dat we toch geen wandkast zochten maar een eetplaats.
    Node nam ik ook afscheid van deze kast.

Op de dinsdag na Driekoningen …

    stond ik op en dacht dat ik gek was. Dan vind je iets wat je wil en ga je allerlei uitvluchten zoeken om ze niet te kopen. Na een uur dacht ik dat ik gek was dat ik nog maar overwoog om die kasten te kopen. Tegen de middag dacht ik dat ik gek was dat ik steeds maar die uitvluchten gebruikte om die kasten niet te kopen. Na de middag vroeg Luc: “Willen we ze eens gaan opmeten?” Ik dacht dat ik gek was dat ik het nog maar overwoog. Uiteindelijk dacht ik dat ik gek werd van het welles/nietes gedoe in mijn eigen hoofd.

Op de woensdag na Driekoningen …

    stond ik op en zei Luc: “We gaan eerst alle muren opmeten, daarna gaan we die kasten opmeten”. “Enkel opmeten” zei ik.

Ik denk niet dat ik het verder verloop van die woensdag moet vertellen.

Ineens moesten we snel snel het bureau leegmaken, er vaart achter zetten, gezien we vanaf vorige dinsdag tot gisteren bij Querida en Zoneke thuis op Nitro en Murphy gingen passen. Kwestie van motivatie verdient dat echt wel een dubbele plus.

We moesten gisteren wel even heen en terug, van bij Zoneke naar huis, want die kasten zouden geleverd worden, al had een levering ons vandaag beter uitgekomen, dan waren we terug thuis en moesten we niet drie keer dat traject afleggen. Maar we wilden niet uitstellen, want dan weet je niet wanneer het wel kan.

En dat allemaal dank zij een minuscule driekoningenboon.

(Lees verder onder de foto)


De boon die geen boon was maar een stenen lammeke dat er uit ziet als een hond.

Maar nu hebben we nog altijd geen bijhorende eetplaats en zijn we wel verplicht om verder op toeval te hopen en nog eens zomaar plompverloren op de passende tafel en stoelen te lopen.

Is het nog niet bijna Driekoningen?

Niets geschikts

Murphy’s Law zegt dat je alles pas op de laatste plek vindt waar je zoekt. Dat is juist. Gewoon omdat je daarna niet meer verder zoekt.

Ik weet niet wat het is, maar het is nu al drie dagen op rij dat ik het schrijven van een blogbericht uitstel en uitstel en uitstel tot het eigenlijk al vanmorgen is in plaats van gisterenavond.

Wat is het? Gebrek aan inspiratie? Niet echt. Mijn concepten zijn goed gevuld, maar ik heb geen zin om het dààr over te hebben.

Dus zoek ik in alle donkere hoeken van mijn brein naar een onderwerp waarover ik het toch maar zou kunnen hebben. En dan denk ik: “Schrijf dat dan!”

En ik beloof mezelf voor de derde keer op rij: “Morgen begin ik er vroeger aan”.

Wandelen is gezond voor een hond

“Maar allee mama” zei Zoneke “er vertrekt hier een wandeling bijna aan ons deur”.

Hij had gevraagd of we het zagen zitten om even Nitro en Murphy gezelschap te houden vanaf maandagavond tot vanmorgen en ik vertelde dat we toch een paar wandelingen in de omgeving op de planning hadden. Wisten wij toen veel dat de zomer roet in het eten ging gooien.

Meestal gaan Luc en ik dan ’s ochtends onder ons beidjes onze normale wandeling maken en ’s avonds doen we nog het voornoemde toertje van een vijftal kilometer met Nitro erbij.

“Zeggeuh Zoneke” begon ik maandagavond “waar precies is die stier gestorven?

Zoneke draaide zich om, wees door het raam en zei: “daar, de weg door de bosjes”. De weg door de bosjes is natuurlijk dat toertje van 5km. Ik zat er toen al een beetje minder mee dat het te warm was om met een hond met een pelsen frak te gaan wandelen.

En wat vond Nitro daarvan?

(Lees verder onder de foto)

Gisterenmorgen reed Luc naar de lokale Colruyt -Luc rijdt zo goed als alle dagen naar de Colruyt, hetzij thuis of elders, waar we ook zijn- en vertelde dat hij de wegversperring aan de andere kant van het bos had zien staan.

Hij stelde voor om tot daar te rijden om er een foto van te nemen. Ik zag het niet zitten om er extra de hitte voor te trotseren.

Arme hond

Telkens we bij Nitro en Murphy zijn, gaan we toch dagelijks een wandelingetje maken van zo een 5km.

Deze keer niet. Ik waagde het niet. Niet omwille van de kou, maar omwille van het één en ander dat blijkbaar op een rammelend karkas begint te lijken.

Mijn schouders zijn niet echt een hinderpaal meer, Luc neemt de lijn voor de helft van de tijd voor zijn rekening.

De voet en knie voelde ik eigenlijk ook niet meer, maar ik wou toch wat voorzichtig zijn. De eerste van de drie dagen deden we geen wandeling, al heeft Luc wel wat staan ballen in de tuin.

De tweede dag zouden we het wel gaan wagen, maar toen stond ik op met een vreed ellendig gevoel in de buik en ik kon me niet echt ver van de sanitaire voorzieningen verwijderen. Geen wandeling, jammer maar helaas, al heeft Luc wel wat staan ballen in de tuin.

De derde dag zouden we zeker en vast naar de Colruyt gaan. Luc ging alleen, het was niet over. We wandelden niet, al heeft Luc wel wat staan ballen in de tuin.

Vandaag zijn we thuis. Geen wandeling, ook niet ballen, maar Nitro is ondertussen wel een geoefend doelman.

Heuglijk

Gisteren rolden zo maar voor de eerste keer de centjes van het pensioen de rekeningen op.

Het voelde wat bizar aan, maar anderzijds maakte het ons dan weer een ietsiepietsie euforisch omdat de overgang -tegen verwachting in- zonder problemen verliep.

Murphy was waarschijnlijk te druk doende met het saboteren van toetsenborden, agenda’s, synchronisaties en aanverwante zaken.

Ook de betaling van het voorschot voor de vakantie had hij tegen gehouden. Maar net toen ik die overschrijving nogmaals wilde doen -gewoontegetrouw mezelf de schuld gevend- kreeg hij wroeging en zag ik nog net de £££ richting Schotland verdwijnen.

Ook dat is weer iets om vrolijk van te worden: zomaar een vakantie kunnen boeken zonder je zorgen te maken dat er ergens nog hier of daar werk uit de kast valt.

Wat de algemene vrolijkheid bovendien nog een zetje geeft is dat vandaag Amke dertien wordt. Die kinders worden sneller groot dan ik me herinner van hun vader en zeker in turbo snelheid als ik vergelijk met mijn eigen tienerjaren.

Dat we daar nu geen wensen aan koppelen? Ach, in het weekend zijn de meisjes hier. Twee hele dagen tijd!

De reddingsactie

Nitro -zoals iedereen wel weet, de hond van Zoneke, waar wij bij tijd en wijle eens gedurende drie dagen gaan oppassen- liep in de hof te doen wat honden meestal in hoven doen: een beetje snuffelen, eens kijken of de kat van de buren niet over de muur aan het klimmen was, eens kijken hoe het met de goudvis was … Ik zag hem ineens schrikken waarbij hij een twintigtal cm omhoog joepte.

Ik schrok omdat hij schrok, al joepte ik niet omhoog. Ik opende het schuifraam en liep richting teil -een vijver kan je het bezwaarlijk noemen- en zag hem nogmaals opspringen. Had die goudvis hem gebeten? Had die misschien een piranha tussen zijn voorouders? Ik zette een stapke rapper.

Net toen ik de teil bereikte zag ik Nitro nog snel iets tussen zijn kaken uit laten vallen, terug het water in. Wel, wat voor … Het roodborstje probeerde met zijn vleugeltjes gespreid om niet te zinken.

“Weg hier!” beval ik Nitro, die dan ook deed alsof hij het deed, zo een goeie 2m verder.

Ik gebaarde naar Luc dat ik hulp nodig had. Ik had moeten weten dat dat niet goed kon komen, Luc is echt te goedaardig in zijn omgang met honden. Hij zette het schuifraam open en nodigde Nitro uit om binnen te komen. Die zag dat niet zitten.

Ik zag wél iets zitten! Murphy -zoals iedereen wel weet- de kat van Querida die, gedurende de drie dagen die wij bij tijd en wijle daar zijn, mee in het oppaspakket zit, maakte zich klaar om zich eens te gaan bemoeien met die situatie daarbuiten.

“Raam dicht!” beval ik wat Luc dan ook deed. Hij kwam op geen goeie 2m. Hij bleef bij het raam staan en keek hoe ik het zou oplossen.

Voor één keer vond ik het een groot geluk dat Zoneke niet lijdt aan een dwangmatige vorm van opruimen. Daar op zo een goeie schopafstand van bij mij vandaan stond een spade -een platte schup zoals dat gekend is in mijn contreien- die ik in één stap wist te bemachtigen en het vogeltje voorzichtig uit het water schepte. Ik legde de schop met zijn steel op de afsluiting van de hondenren terwijl ik een enthousiast dansende Nitro uit de buurt verordonneerde.

Gelukkig begreep Luc wat de bedoeling was -Nitro buiten de ren, vogeltje er in- en hij kwam het deurtje openmaken zodat ik het vogeltje voorzichtig in het stro van het hondenhok kon zetten, waar het rustig kon opdrogen alvorens er weer op uit te vliegen.

“Eind goed, al goed” dacht ik, terwijl ik hoopte dat de kat van de buren niet over de muur zou klimmen.

Eigenbak

Het is al een pozeke, waarschijnlijk al iets meer dan een jaar dat we, terwijl we thuiswacht hadden bij Nitro en Murphy, in de lokale Colruyt binnenliepen en Luc ineens bleef staan en begeesterd naar de wafels stond te kijken. Hij pakte er een pak wafels uit en legde dat in de kar terwijl hij zei: “Ze hebben hier Eigenbak”.

Sedertdien loopt hij in elke Colruyt naar Eigenbak wafels te zoeken, die meestal helemaal niet te vinden zijn. Nu niet dat hij daarom speciaal in alle Colruyten binnenloopt, maar als we ergens in de buurt van een Colruyt zijn en toch één of ander nodig hebben.

Laatst waren we in Aarschot en we moesten nog naar de Colruyt ook. Eerst vond ik dat een verdraaid ambetantige Colruyt jà. Dat overdekt parkeren, tot daar nog aan toe, maar die rolband naar boven. Gelukkig is die kar dan nog leeg.

Die Colruyt had echter, van uit het oogpunt van Luc gezien, één groot voordeel: ze hadden Eigenbak wafels. “Dat is jeugdsentiment” zei hij tegen de kassierster.

Misschien ben ik niet zo snel van begrip, maar toen pas begreep ik dat hij met die Eigenbak niet bedoelde dat die van het merk van de Colruyt waren maar dat er heel wat anders achter school.

Eigenbak is namelijk een Kempense wafelbakkerij.

Vijf weken

Zo daar zijn we. Is daar nu iets speciaals aan aan dat daar zijn? Eigenlijk wel, want de komende week zijn we voor de eerste keer in vijf weken tijd eens een weekje thuis, alhoewel … Volgende zondag vertrekken we alweer, het is dus niet echt een volledige week.

Hoe dat zo komt? We hadden de midweek in Vielsalm, we hadden twee evenementen na elkaar, een midweek Nitro en Murphy en terug een week evenementen. Zo hier en daar waren we eens een paar daagskes hier, zoals de zaterdag en zondag na Vielsalm, de vrijdag, zaterdag en zondag na de hondenwacht, een paar keer heen en terug van en naar de evenementen -dat doen we enkel als ze zich op doenbare afstand bevinden- maar dat voelde niet echt aan als thuis zijn.

Zouden we niet gaan overwegen het huis te verkopen en ergens in een caravan residentie te nemen.

Ruzie met Nitro

Ruzie met een hond? Dat moet kunnen. Want zie je, eigenlijk was ik meer bezorgd, maar omdat hij mijn roepen aan zijn laars -nu ja- lapte …

Jaja, we waren weer bij Nitro en Murphy, beiden zeer voorbeeldige wezens, die geen problemen geven.

Nitro geeft ook zelf aan wanneer hij naar buiten wil en gezien deze korte winterse dagen kan dat ook na het invallen van het donker. Woensdag was dat ook zo, maar hij kwam niet terug binnen. En we hoorden geroefel en we hoorden gekraak en we werden bezorgd.

Natuurlijk zien we dan ook niets in die tuin. Het venster maakt een blinde zwarte muur van de donkerte daar buiten.

Luc greep enkele hondenkoekjes, gooide ze in de eetbak en rammelde, waarop de onverlaat doodgemoedereerd naar binnen wandelde. Natuurlijk lijkt dat op belonen als hij niet luistert, natuurlijk moest hij die koekjes toch krijgen, anders komt hij nooit meer. Maar ik heb hem wel zijn witte mantel uitgeveegd!

En hij wist dat ik het meende. Want nadat ik hem in zijn mand sommeerde is hij daar blijven liggen en kwam hij niet frontaal tussen ons en de televisie in zitten, zoals hij gewoonlijk doet.

Misschien toch maar eens Zoneke aanraden om een tuinverlichting te voorzien die niet enkel de halve meter aan de deur verlicht.

Page 2 of 5

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén