Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Murphy (Page 4 of 5)

Daar is de deur

Bezoek kan leuk zijn. Gasten voor meerdere dagen ook. Maar soms krijg je ongenode gasten en die blijven plakken. Zo hebben wij dus nu de ganse familie Murphy op bezoek. En die maken er een boeltje van jawadde …

Gisteren stond mske gewoon naast het buro van haar rooibos met passiebloem te drinken toen zomaar zonder enig aanwijsbare reden haar armband open viel en dan niet aan het slotje. Neen gewoon een schakel over. mske heeft er een ganse dag ambetant van geweest. Ze voelde het gemis, wat niet zo abnormaal is, gezien ze die armband nooit afdeed en die al zeven en een half jaar trouw aan haar arm hing te hangen.

Alles blijft hier maar stuk gaan.

Zou de familie Murphy eens willen opkrassen? Als die maar niet besloten hebben om hier te overwinteren.

Murdock en Murdoc

Slow en mske hebben dus donderdagavond naar Metro met Eddy Murphy gekeken en toen mske daarna haar commentaar formuleerde over onsterfelijkheid en slechtmikkende flikken, flapte ze er zomaar onnadenkend “dat is al zo erg als Murdoc”. “Murdock?” vroeg Slow. “Jaja Murdoc” zei mske “die kerel die onsterfelijk was bij MacGyver”. “Murdock zat in the A-team” wist Slow. “Bij MacGyver ook” zei mske maar begon toch te twijfelen of die slechterik wel Murdoc had geheten. En uiteindelijk welk belang heeft dat, dus gingen ze daar maar niet verder op in.

Maar gisteravond, na het deugddoend stappeke in het veld en het even deugddoend doucheke daarna, tijdens het pozeke verloren verpozen, riep mske toch maar efkes google aan.

Ze herinnerde zich de smalende uitlating van jaren geleden van Zoneke die haar zei dat in MacGyver ene onsterfelijk was, ze herinnerde zich Zoneke die haar riep om eens te komen kijken naar een kerel die van de bergen stort en terug komt, in een brandend huis blijft en terug komt, … “Voila sé” dacht ze “dat mijn geheugen mij niet in de steek liet”. Want wat was het resultaat? Terwijl in “the A-team” ene Murdock, ofte Dwight Schultz, rondliep, had je bij MacGyver Murdoc en die werd gestalte gegeven door Michael Des Barres.

En wat weet het internet over deze Michael Des Barres te vertellen? Hij was niet bepaald een groot voorbeeld als het op drugs en verslavingen aankwam, hij was een beetje een duveltje doet al want hij is in tal van films en feuilletons opgedoken en is rockster geweest en schreef -of schrijft- muziek. Bovendien is de man markies. Baronnen en graven bij de vleet maar dit is de eerste keer dat we iemand “markies” horen noemen, behalve de markies van Carabas dan, maar dat is een ander verhaal.

In affaire

Slow is “in affaire” zoals ze zo zeggen. Dat komt omdat … beter bij ’t begin beginnen.

“Willen we morgen te voet naar de Colruyt gaan?” stelde mske gisteren voor “we hebben toch niet te veel nodig”. Dat is een goei drie kilometer heen en een goei drie kilometer terug en dat is dan het dagelijkse stappeke. “Maar ik moet nog naar de post ook” zei Slow “en de lotto nog binnendoen”. “Dat kan op de post ook” had mske gezegd.

Het regende deze morgen. Regenen zoals in “kletsnat worden als ge uwen dikken teen buiten steekt”. Ik zal maar met de auto gaan zei Slow. En toen hij terug kwam was hij “in affaire”.

We hebben het al gezegd, hier kunnen ze niet alles in één keer geregeld krijgen, al moeten ze er hulp van Murphy en zijn verwanten tot in de zevende graad bijhalen. De Colruyt was geen probleem, maar de post wel, want de post lag lam, ze konden niet verzenden, ze konden niks doen waar geld aan te pas kwam want al hun systemen lagen uit.

Slow is in ’t station de lotto gaan binnendoen en hij had bijna zijn zending op de trein gezet ook. Hij wist alleen niet of die aan de volle pot of aan kindertarief mocht reizen.

En nu iets over film

Op één van de televisieposten spraken ze van een dagelijkse fim gedurende de maand juli. “Dan zullen we misschien wat meer kijken” dachten Slow en mske.

De eerste juli was het al noppes met “The new guy”. Noppes in de zin van: “dat moeten we niet zien” toen ze de film al voor de helft gezien hadden tijdens de publiciteitsblokken. Dat is zo een film van 13 in een dozijn met idiotie als hoogtepunt.

De volgende was “16 Blocks”. Die had goed kunnen zijn hadden ze het gegeven beter uitgewerkt en niet laten verwateren in maar weer achtervolgingen en heen en weer geschiet.

“Suspect Zero” op dinsdag had niet veel kans. Dat was de dag dat ik onzichtbaar was en mske had al niet veel geduld. Toen die moordenaar ineens van in een eettent in een auto opdook -of was het zijn tweelingbroer- zei mske: “daar kijk ik niet naar” en kwam voort het huis ondersteboven zoeken.

“Crash” was het zelfde lot beschoren. Een film over racisme. En die had een paar oscars gewonnen. Eerst staan een latinovrouw en een Chinese mekaar uit te kafferen. Wij noemen dat ruzie, daar heette dat racisme. Twee gekleurde jongens … één doet zijn beklag dat blanken altijd bang zijn als ze twee gekleurde jongens zien en dat Sandra Bullock maar wat dichter bij haar man gaat lopen omdat ze twee gekleurde jongens zag. Ze halen een pistool boven, duwen dat in Sandra Bullock’s gezicht en gaan er met de auto vandoor, waardoor volgens ons maar eerst bewezen is dat Sandra Bullock gelijk had om bang te zijn. Wat kwam er nog naar boven? Dat mensen dan zo bang blijken te zijn van blanken dat ze eender wat tolereren. Volgens mske heeft dat eerder te maken met een man met een kepie op en niet met de kleur van zijn hoofd. “Ik kijk niet meer” besliste ze “we hadden het kunnen weten met die oscars dat het gezemel ging zijn”.

Op donderdag gaven ze “The Fog” in TV-première. TV-première? Hoe komt het dan dat mske “The Fog” al twee maal op TV gezien had in een tijd, lang geleden, toen Zus nog thuis was. Zus was gek op dat soort film. “The Fog” was dus ook geen optie.

Gisteren zette Slow “Metro” op, die hij opgenomen had, met Eddy Murphy, jawel. Even vreesde mske dat het weer een spraakwaterval à la Eddy Murphy ging worden, maar dat was het niet. Het begin was goed. Den Eddy schoot een gijzelnemer neer en iedereen zei dat hij dat goed gedaan had. Daarna ging de film over naar een jacht op een moordenaar van een vriend en verwaterde in maar weer achtervolgingen en heen en weer geschiet. En plots kon geen enkele van die flikken nog schieten. Die kerel had meer dan zeven levens. “Ik heb die film al gezien” berichtte Slow bij het zien van de kop van die killer. “Ik niet” zei mske maar veranderde van gedacht toen die tram bergaf bleef bollen zodat het leek of hij van de Mount Everst moest komen. Dàt had ze wel al gezien. Bovendien bleek die moordenaar dan nog de man van staal of zoiets te zijn want die was niet kapot te krijgen, daarmee bedoelen we niet dood maar gewoon knock-out of van zijne sus of een beetje groggy. Niks van. Toen die kerel uiteindelijk na toch maar efkes bezweken te zijn terug bij zijn positieven kwam, riep mske dan ook geërgerd uit: “maar waar zit Zed?” Hier en daar dook nog zo eens een stukske op waardoor mske wist dat ze de film gezien had, maar ze wist niet meer dat ze die gezien had. Dat weet ze trouwens nog niet echt.

De gebruikelijke Police Academy’s en Mission Impossible’s, die ze ook nog gegeven hebben, die stonden voorwaar niet op het programma. De Police Academy’s heeft mske ooit al wel eens gezien en ze vindt Tom Cruise geen Mission Impossible-man.

Ook was er “Six days and Seven Nights” met Harrison Ford, maar daarvan herinnert mske zich dat ze die niet goed vond, al weet ze er enkel het begin en het einde nog van.

Voor wat mske betreft hoeft het niet alle dagen film te zijn. Dat zal ondertussen al wel duidelijk zijn zeker.

En wie is nu in ’s hemelsnaam Zed? Zed is een personage uit de Police Academy films. Zijn naam is Robert Francis ‘Bobcat’ Goldthwait en hij duikt in “Burglar” op als “Carl Hefler”, maar gemakkelijkheidshalve noemt mske hem maar “Zed”. En wat moest die nu op die tram gaan doen? Wel, op het einde van “Burglar”, als Whoopi Goldberg de slechte heeft neergeslagen, geeft ze een vuilbakdeksel aan Zed en zegt: “als hij bijkomt, mep je”, waarop die bewusteloze een mep van een vuilbakdeksel krijgt, met als uitleg: “hij heeft met zijn ogen geknipperd”.

Zo éne Zed op die tram en de film was gedaan geweest.

Een frisser uitzicht

Voor zover Murphy het toeliet zijn de voordeur, de achterdeur en alle ramen vervangen. Murphy, voor zijn part, zorgde ervoor dat er nog drie achterblijvers zijn, de lorejas.

Het huis lacht een beetje, d’oogskes fonkelen.

Het laatste wat ze vervingen was dit hier. De deur die geen deur meer is. En wat bleek, het was een moedwillig stuk vreten. Te slecht om deftig uit te breken, we hoorden het glas rinkelen tot hier en mske keek naar Slow en glimlachte bij de herinnering en ze zei: “ocharme, je splinterspiknieuwe ruit”. Het was nog een hele karwei om de nieuwe er in te krijgen, want het huis gaf nog maar één van zijn geheimkes prijs en deze keer konden Slow en mske er echt niet mee lachen.

Ons dak is af

Dat was al af van in september hoor, maar zoals altijd moest Murphy ook nog zijn parolleke doen en werd de levering van de dakpannen danig verstoord. Zo stond er een pallet gewone pannen te veel en waren er vier hoekpannen te kort. Jawel! Vier hele hoekpannen te kort.

Het leek of de duivel er mee gemoeid was. Murphy alleen was blijkbaar niet genoeg …

In elk geval zat de dakwerker vanmorgen al voor half negen op het dak en is ons dak nu volledig en definitief af.

Waren al die mensen, die hier de laatste tijd binnen en buiten lopen, maar even getrouw aan hun woord als de dakwerker, het leven zou iets vlotter zijn.

Dagen om in bed te blijven

Er zijn zo van die dagen dat alles mis gaat omdat Murphy beslist heeft je een bezoekje te brengen. Daar kan je niet aan doen. Je zou Murphy wel willen buiten gooien, alleen is die ellendeling op dat moment niet uit je buurt weg te slaan.

Dan heb je van die dagen dat Kulleprul het plagen in heeft. Je zou Kulleprul wel dooreen kunnen rammelen, maar als je dat doet duurt het langer eer hij er mee stopt en is het mogelijk dat je nooit nog terug vindt wat je kwijt bent.

Er zijn van die dagen dat alles mis gaat, niet door Murphy, noch door Kulleprul, maar door jezelf. Je staat op en doet onhandig of vergeetachtig en je denkt: “ik zou beter terug mijn bed in trekken”. Dat doe je dan toch maar niet en de hele dag lang stapel je stommiteit op dommigheid op lompigheid. En die stapel je dan nog zo onhandig, dat die ganse ramsamsam ’s avonds met een knal op je kop terecht komt.

Dat was natuurlijk niet vandaag, maar dit berichtje, samen met zijn vervolg staan al sedert deze week in de steigers. Dat vervolg is voor een andere keer als ik geen zin heb om een nieuw berichtje te typen.

Parkeren vermijden

St. Truiden op een zaterdag? De gedachte aan het zoeken van een parkeerplaats deed mske huiveren. Ze zei: “als we nu eens met de trein gingen?” Vanmorgen zuchtte Slow en zei: “waar gaan we daar weer parking vinden?” Resultaat? Ze gingen met de trein. Acht minuutjes van Landen station tot St. Truiden station.

De trein zou vertrekken om 10.30u. Om 10.10 staan Slow en mske in het station van Landen. Murphy staat vóór hen in de wachtrij in de vorm van drie Engelssprekende dames die van alles en nog wat willen weten en tickets willen inruilen en wie weet wat nog. Daarop besluit Slow een poging te doen op de gokmachine. Daar staat wel op “gopassgate” maar blijkbaar kan je daar je tickets uithalen. Ondertussen blijft mske halsstarrig achter de dames aan het loket staan. Achter haar staat niemand. Slow voert de nodige gegevens in en zegt dan: “ik heb mijn bril niet op, wil jij niet betalen met de kaart?” mske zet een stap opzij, steekt haar bankkaart daarin en krijgt de melding: “een ogenblik geduld” of iets in die trant. Ondertussen … vlam! Een ganse zwerm van zeven man achter die vrouwen aan dat loket. mske krijgt den hippentrip. Dat gokmachine wil dus geen tickets leveren en die trein gaat gaan arriveren.

Wat nu? Slow naar buiten, naar een controleur die daar zit te wachten met de vraag of je op de trein nog mag betalen, want Slow had ergens gelezen dat dat niet meer zou mogen. Dat is geen probleem, volgens de controleur. Maar toch zijn ze er niet gerust in en om 26 minuten nà 10 gaat Slow snel naar het loket waar ondertussen nog één iemand staat en neemt twee heen en terug biljetten.

En dan? Wel dan komt de trein met een half uur vertraging er door om 11u. Toppunt van al? Ze hebben op die trein geen controleur gezien.

Voor zover de valse start.

Het eerste mirakel van het kindeke Jezus

En dan dacht mske ineens aan het stukske. Ze hadden toen op TV een promotiestukje laten zien van Jan Decleir die “Het eerste mirakel van het kindeke Jezus” en “De tijger” van Dario Fo vertelde. En omdat het stukske uit “Het eerste mirakel van het kindeke Jezus” zo goed leek, werd het op video op genomen.

Het trok op niks! Beverly Hills Cop werd er over op genomen. Enkel het eerste stukje, dat wat ze toen goed vonden, dat is vóór Eddy Murphy blijven staan. En daar dacht mske deze week ineens aan. Maar ze hadden ondertussen Beverly Hills Cop ergens gewonnen gehad en wie weet … ze keek in de video schuif en … hebbes!

Probleem … hoe krijg je een stuk op rijm van een video op een blog! Volgens de regels van de goeie ouwe tijd heeft Slow de band om de twee lijntjes stil gezet terwijl mske noteerde. Het systeem bestaat al om video’s op DVD op te nemen maar zover zijn ze hier nog niet.

Zoneke vs Murphy

Nadat de auto geparkeerd stond, waarbij er enkele druppels waren gevallen, heeft mske Zoneke opgebeld om hem klaar en duidelijk uit te leggen hoe hij moest rijden, want Zoneke kon pas later vertrekken maar “daar reed je toch maar twee uur op”. mske had hem al verwittigd voor de laatste dag in de bouw en avondfiles en weekendfiles en vakantiefiles. Op het ogenblik dat Slow en mske in Brugge de omgeving verkenden, moesten Zoneke en Bollie nog in Leuven vertrekken.

Om zes uur, als de poorten open gingen (lees de betonmatten weggehaald werden), gingen Slow en mske maar binnen. De man zei “3” op mskes kaart en “1” op die van Slow. Eerlijke mske draait zich om om hem er op te wijzen dat ze maar een ééndagskaart hebben, maar hij verstaat het verkeerd en geeft Slow ook maar een armbandje voor “3”. Niet van zin om daar veel uitleg te staan geven, zeker daar ze toch maar één dag gingen, besloten Slow en mske dan maar eens aan een kraamke wat te gaan eten. Slow kon niet kiezen, een durum of een pak friet. Hij heeft ze dan maar alle twee genomen. En mske heeft dat uit solidariteit ook maar gedaan, maar ze heeft het niet opgekregen. Efkes later stond Slow dan weer te watertanden voor een Chinees kraamke, maar mske heeft hem maar meegetroond. Straks weegt hij 200 kg.

Zeven minuten na zes belt Zoneke om te vragen hoe het weer is. En als mske zegt dat het er gewoon goed weer is, blijkt dat Zoneke en Bollie nog steeds op de ring rond Brussel zitten in een stortbui. En ze reden tegen 10km/u. “Jamaar Zoon,” zei mske “de Proclaimers beginnen al om kwart na acht hé” waarop Zoneke serieus vloekte want hij had gedacht dat hij om 19.00u daar zou zijn en hij had dat vergeten. “Ze halen het niet” zei mske tegen Slow want toen zij van Gent naar Brugge reden was er ook nog vertraagd verkeer ter hoogte van Wetteren en nog vertraagd verkeer ter hoogte van Drongen … en nu net op dit uur …

Zeven uur en Absynthe Minded. Zoals afgesproken belt mske weer naar de gsm, Bollie zegt dat ze in Aalst zijn en dat ze goed kunnen doorrijden. En neen, over Wetteren en Drongen zeggen ze niks op de radio. mske begint zich af te vragen wat het zwaarst gaat wegen: Zonekes gekende geluk om met zulke dingen weg te geraken of het feit dat Murphy altijd mske gezelschap wil houden.

Vijf voor acht en het einde voor Absynthe Minded. Tien na acht gaat mske al naar haar uitgekozen plaatske als de gsm gaat. Zoneke! Hij zegt: “mama, ik heb de auto geparkeerd waar je gezegd had, waar is de ingang? Hangen er vlagskes en is er een rode brug?” mske denkt van: “hoe doet ie het, hoe doet ie het?” maar ze zegt: “als de hazewind richting vlagskes, onder de gieren door en nog rapper die rode brug over!” “Okee” zegt Zoneke.

Kwart na acht top zegt Craig Reid: “Good evening Bruges”, ze zetten hun eerste liedje in en Zoneke en Bollie komen de hoek van de nadar om.

Page 4 of 5

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén