Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Auteur: ms (Page 12 of 427)

Uit de machine

Na die geslaagde test met de Americano bij Starbucks wist ik nu natuurlijk nog altijd niet hoe het gesteld was met die apparaten van Starbucks die je in de shops van bepaalde snelwegparkings vindt.

Dat moest ik dus écht nog eens uitproberen. En dat deed ik.

En om het kort te houden kan ik zeggen dat ik in het vervolg mijn Americano niet meer uit een automaat zal halen en als die automaten de enige koffievoorziening zijn zal ik wel een gewone koffie nemen en dan hoeft het nog geen Starbucks automaat te zijn ook niet.

Was die niet lekker misschien? Oh jawel, maar ik vond het eerder smaken als een dubbele espresso i.p.v. een Americano.

Een zaak van groot belang

Ben ik toch iets zéér waardevol verloren/vergeten zeker! Mijn hart bloedt al twee dagen aan één stuk omwille van een stommiteit mijnentwege. Hoe dom!

Wat is er gebeurd? Voorbije donderdag wil ik uitstappen op de parking van de Colruyt, wil mijn clipeez nemen, het vak is leeg. Dat wil zeggen dat ik die bij mijn vorig Colruytbezoek op de winkelkar heb laten zitten.

En ja, dat zou kunnen. Als ik mijn geheugen raadpleeg regende het die dag en stond Luc al, met auto en al, aan die stelplaats voor de winkelkarren klaar om me te laten instappen. In mijn haast … Arme clipeez en dat na vier jaar trouwe dienst. Want ja, ik ben die blijven gebruiken.

Luc bedacht dat die van hem mogelijk nog in het vak van de deur zaten en hij toverde er één clipee uit. Maar dan liever geen dan één. En ik liep zonder clipeez om een winkelkar.

Eerst heb ik in alle overkappingen alle winkelkarren -hun handgrepen dan toch- op clipeez gecontroleerd. Ik heb wel met een hoogst ongemakkelijk gevoel die winkelkar richting ingang van de Colruyt gereden. Daar neemt Luc meestal over.

Ik heb in de Colruyt zélf niet gevraagd of ze binnengebracht waren, zo gek ben ík zelfs nog niet.

Eens thuis bedacht ik dat ik dit uitermate groot verlies toch aan de wereld kond moest maken. Maar dan moest ik ze wel op de foto krijgen.

En toen bedacht ik dat we ooit wel vier paar van die clipeez hadden gehad. Zou het? Het zou, al vergde het wel wat zoekwerk dat ik gemakshalve aan Luc heb overgelaten want -zeg nu zelf- ik moest dit literaire hoofdstuk toch zo snel mogelijk op schrift zetten.

En Luc vond drie en een half paar clipeez, wat betekent dat we ooit vijf paar hebben gehad. Drie paar werden terug opgeborgen voor wie-weet-wanneer, die halve gaat mee naar de auto voor verder gebruik.

En dan te weten dat ze in meerdere Colruytwinkels al winkelkarren hebben met een ander -breder en dikker- handvat, waar die clipeez niet meer zullen op passen.

Ik maak me zorgen, want werkelijk, die Coronapandemie heeft er voor gezorgd dat ik niet onbevangen nog zo een winkelkar kan vastnemen. Ik zal een oplossing moeten zoeken.

Misschien kan de Colruyt speciale handschoenen voorzien?

Duitse herder – waakhond

Ergens de voorbije week dacht ik aan een héél oude herinnering. Ik was bij mijn grootmoeder en ze ging melk halen. Ze nam haar melkkan en we liepen naar het einde van de straat, de grote poort van de boerderij door. Daar vloog ineens een erg grote hond op mij af, maar die hing vast, met een ketting aan de muur.

Later, bij het opgroeien liep ik wel meer door een grote poort een boerderij binnen. We haalden namelijk eieren bij een bevriende boer en daar was ook zo’n hond.

Jaren later zat er ook zo’n hond bij de ouders van mijn lief, al hing die niet vast aan een ketting maar zat achter een traliewerk, gemaakt van betonmatten. ’s Avonds moesten we binnenblijven want dan ging de poort dicht en mocht de hond vrij op het erf rondlopen.

Nog later vertelde onze dierenarts me over een hond die in een klein hok aan een ketting lag en er nooit mocht uitkomen. Het hok werd wel alle dagen oppervlakkig gekuist. Waarschijnlijk werden enkel … bah! De boerin had ook twee troetelhondjes en die mochten dan weer alles.

Al deze “waakhonden” waren Duitse herders geweest. Daar ben ik wel zeker van.

Als je dan ziet hoe het er nu aan toegaat … wat natuurlijk geen vrijgeleide inhoudt voor onbekenden die zomaar mee zouden willen spelen, laat staan binnenkomen.



Toen ik het volgend artikel1 las, dacht ik: “Nu wordt het hoog tijd dat ik er iets over schrijf, als ze zelfs mijn gedachten kunnen lezen.

____________________
1 Het Nieuwsblad

Bij de kapster

Ergens tussen de aanvang van ons pensioen, het pensioen van Lucs kapper en de corona-quarantaine in, ben ik begonnen met de maandelijkse kortwiek van Lucs haar. Dat staat zelfs maandelijks op de agenda ingepland. Maar aangezien ik dat al uit de doeken deed, ga ik dat niet meer herhalen.

Dat dat wel eens fout kan lopen, vertelde ik ook al. Gelukkig is het bij die ene keer gebleven.

Nu was het gisteren weer de eerste van de maand en wegens één paar obstakels, zoals te warm en te afgeleid door de TV, verhuisden we naar een koelere plaats in huis.

En terwijl ik doende was het witte haar met nog een paar vegen grijs er in te fatsoeneren, viel mijn oog op de foto’s van van het zwarte haar dat Luc had toen we, nu meer dan 20 jaar geleden, samen gingen wonen.

En ik vroeg me af hoe het kwam dat ik niet gaandeweg gezien had dat zwart wit kan worden door dagelijkse gewenning.

Twee nachten op rij

’t Was nacht, ’t was nacht, toen hoorde ik een vreselijke slag1

Ik wíst … er was een donkergroene auto in onze gevel gereden. Ik stak mijn benen uit bed, trok mijn labradorblonde aan en keek door het venster.

Ik zag niks -de straatverlichting is hier ’s nachts nog altijd uit- want het was daarbuiten pikkezwart.

Het rare was wel dat ik dus ook niet kón gezien hebben dat het een donkergroene auto was geweest.

Toch liep ik naar de gastenkamer -nu hobbykamer- om daar door het venster te kijken. Maar daar was het even donker daarbuiten.

En toch, ondanks dat ik wíst dat ik het moest gedroomd hebben, heb ik overwogen om Luc te wekken om samen eens een kijkje te gaan nemen.

Ik deed het niet. Ik ging terug in bed maar het bleef spoken.

***


Luc en ik waren ergens en zaten te wachten tot het onze beurt was. Waar? Ik zou het niet weten, maar het leek wel normaal.

Toen werd mijn naam afgeroepen en ik stond op, ging mee en toen bleek dat ik er niks kon komen doen.

Ik was namelijk mijn paard vergeten. Dat stond nog bij mijn grootmoeder in de boomgaard.

Ik kon mezelf wel voor de kop slaan, waarvan ik wakker werd en het een hele poos duurde eer ik besefte dat ik nooit ofte nooit een paard heb gehad.

***


Beide bovenstaande dromen had ik deze week, al waren het weer niet de eersten in het rijtje van rare dingen. Ergens de voorbije week, schudde Luc aan mijn arm en fluisterde in mijn oor: “Er zit hier ene binnen” en al was de boodschap nogal verontrustend, ik was moe en wou slapen. Dat deed ik.

Goed van mij, want ’s morgens wist Luc van niks.



Ik zou niet weten waar die auto vandaan kwam, ik had onlangs niks gelezen over maar weer een auto in een gevel. Maar het zou hier best wel eens kunnen.



Het paard in de boomgaard? Daar kunnen de ruiters op de OS voor iets tussen zitten maar bovendien zag ik ooit een foto van mijn vader op een paard in de boomgaard van mijn grootmoeder. Waarom dàt zich moest roeren is eveneens een mysterie.

____________________
1 Beginregel: “De zeven vlooien

Voyeurisme

Je leest niks anders meer. Haast overal worden stiekeme camera’s ontdekt, nu tot op jeugdkampen toe. En dan lees ik dat er soms ook zo snel mogelijk voor psychologische bijstand wordt gezorgd.

Dat was ooit anders. Die keer in het zwembad, wij zo’n 16-17 jaar oud.

Ineens begon één van mijn klasgenoten te gillen dat er mannen door het dakvenster stonden te staren. We keken allemaal omhoog. En ja, de dakwerkers die even niet aan het dak werkten …

Onmiddellijk kwam de aanmaning dat het gegil moest stoppen. Ook werd er gezegd dat ze zich niet moesten aanstellen.

Later, terug in de school kregen we allemaal een preek omdat we ons in het openbaar niet naar behoren hadden gedragen.

De mannen hebben mij niet gezien,  die eer viel enkel die meisjes te beurt die pal onder dat dakvenster zaten, de meesten waren beschut. Maar voeten en kuiten zagen wij ook wel.

Sederdien heb ik altijd opgepast voor dakvensters bij kleedcabines.

Maar wc’s in sanitaire voorzieningen zijn ook niet veilig meer. Meestal denk ik er niet aan maar zo soms hé, dan kijk ik of er niks onder of boven de wand doorgestoken wordt.

En dan zijn er nog de schoenen met cameraatjes in de tippen om onder rokken te gluren. Dat hoor je de laatste jaren wel minder.

Maar ik loop eigenlijk toch meer met een lange broek.

Dan lees ik bij de reacties bij HLN dat de mensen niks meer kunnen verdragen, dat er vroeger wel overal gaten geboord waren om te gluren.

Dat was ook zo, vaak waren die dan dicht gestopt met kauwgom, maar Luc haalde nog wel wat aan dat vroeger ook kon maar nu niet meer.

Ik vraag me meer af of die gluurders niks ontberen in hun leven …

Huisarrest

Omwille van een onszelf opgelegd huisarrest waren we de voorbije week drie volledige dagen ons huis niet uit gekomen.

De reden waarom was niet echt ernstig, maar ook niet niks, alleen maar een erg vervelende oorstoring.

We hebben gisteren ons scha ingehaald. Wij hebben zo goed als alle winkels -volgens mijn overdrijvende trap- van hier tot in Hasselt aangedaan: Colruyt, tanken, Lidl, Action, Ava, Veritas en terwijl we dan toch in Hasselt waren zijn we daar ook nog eens de Kringwinkel binnen gelopen, Action (want die van Hasselt is groter dan die van Sint-Truiden), Ava (want die van Hasselt is groter dan die van Sint-Truiden) en Ikea en terwijl we onderweg waren hebben we, in het naar huis komen, ook nog maar eens de Kringwinkel van Sint-Truiden bezocht.

Hopelijk hebben we nu alle prutsen en frullen, die we nodig hadden, meegebracht -hopelijk stonden die wel allemaal op ons lijstje- zodat we niet te snel terug moeten.

En actie

Gisteren was het druk. Druk op de TV met de Olympische Spelen. Niet dat ik alles moest zien. Maar terwijl ik keek werd ik vaak afgeleid door de gebeurtenissen daar buiten.

Waar men het had over weinig vlinders door het slechte weer, is het nu wel duidelijk dat het beter wordt. De vlinders fladderden dat het een lieve lust was. De vlinderstruiken werden druk bezocht.

De mussen fladderen ook. Die hebben toch wat af te fladderen op een dag, die kleine druktemakers

En de duif die nu alle dagen uit het vogelbadje komt drinken, deed dat weer op haar typische duivige manier. Ze landt en kijkt onmiddellijk naar binnen om te zien of we daar wel zitten.

Naar de TV kijkt ze niet … niet geïnteresseerd in sport.

Overtreffendste trap

Volgens de Dikke van Van Dale ms:

Saai

Saaier

Saaist

Openingsceremonie



Met vier lettergrepen

Als g’iets wegsmijt
Hebt ge’t nodig
En zijde’t kwijt

In wat zakken
Als ge’t bijhoudt
Kunde’t pakken

’t Eén is niet goed
’t Ander deugt niet
Wie zegt hoe’t moet

[© ms – 26 juli 2024]

Page 12 of 427

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén