Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Reeën

Beestjes op vakantie

De Gewone wijngaardslak. De eerste dag, iets na de middag, zag ik een bleke bol in het gras van ons tuintje. Een zwam, dacht ik maar dacht verkeerd.

Het was een Gewone wijngaardslak. Het beest was enorm.

Tijdens onze wandelingen en in het park kwamen we een beetje overal van deze mastodonten tegen. Ik nam ze niet allemaal op foto … de meeste wel.

(Lees verder onder de foto)

De eekhoorn. De regen en het binnenzitten van die maandag beu, sprong ik, tussen twee buien in, in mijn vest, kondigde aan dat ik eens naar de Market Dome wou gaan en een foto zou nemen van het meer. Ik vertrok, Luc ging niet mee.

Toen ik wat later met foto en een zjat Americano terug aankwam in het huisje wist Luc te vertellen dat hij een eekhoorn had gezien, maar niet zo dichtbij als die van vorige september. Hij heeft nog meerdere keren gezegd: “een eekhoorn” maar hij zit dan wel met zijn gezicht naar het venster tijdens het eten, ik met mijn rug.

Die eekhoorn? Daar ergens in die bomen.

(Lees verder onder de foto)

De goudvink. Nog diezelfde maandag avond landde het vogeltje in ons hofke. “Wat is dat voor iets?” dacht ik luidop. “Een roodborst” zei Luc. “Neen” zei ik en nam een foto en vroeg uitleg aan Obsidentify. “Een goudvink” zei die.

“Er zat een roodborst ook” zei Luc, daar onder het ligbed. Mja, dom van die roodborst, nu staat hij niet mee op de foto.

(Lees verder onder de foto)

De reebok. En we spreken nog altijd van die maandagavond, toen Luc zo tegen het vallen van de avond aan een kreet uitstootte waarvan ik dacht dat mijn tikker het niet ging overleven.

Want, zo zei hij, er was gewoon een ree gepasseerd tussen de vensterdeur en de barricade. Toen ik mezelf weer bijeen had geraapt en het fototoestel ook, ging ik buiten een kijkje nemen en stond dat beest daar voorbij het stukje van de buren gewoon tussen de bomen naar mij te kijken. Ik nam enkele minderwaardige foto’s. En ik zou me daarmee moeten content stellen hebben, ware het niet …

“Nu is die daar al voor de tweede keer gepasseerd” zei Luc en ging fluisterend verder “en hij staat nu achter u”. Ik nam stillekes het fototoestel, draaide me voorzichtekes om én gelukkig zat ik half verscholen achter het overgordijn, zodat ik daarnaast de foto’s kon maken. Die waren al stukken beter.

(Lees verder onder de foto)

De muis die ’s avonds voor de achterdeur het beton zat te stofzuigen heb ik niet gefotografeerd.

De merel, die ons tijdens ons volledige verblijf heeft verblijd met zijn vrolijke gezang wél … zij het vanachter het overgordijn en nogal flou.

(Lees verder onder de foto)

De uil. Op dinsdag 7 mei heeft die uil nogal zijn werk gehad. Dat beest wist van geen ophouden en oehoede de hele voormiddag lang.

(Lees verder onder de foto)

Dat het de uil op de foto zou zijn betwijfel ik, want die keek nogal bozig maar de uil, waarover ik het heb, had het dan ook ontzettend druk met Lucs telefoon, waar hij inkomende whatsappkes mag -en moet- melden.

Drie op een rij

Ik weet het, ik vertelde er al meer over, telkens als het gebeurt dan nog. Het is niet dat mijn hart er vol van is, maar het is toch telkens weer een extraatje bij het wandelen.

We lopen op een lange veldweg en zien in de verte drie reeën de weg over steken. Luc vindt het jammer dat we niet dichterbij waren, maar dan zouden die beesten dat natuurlijk niet doen.

Het grote voordeel is natuurlijk dat we weten waar ze zich bevinden. Ze zitten in die boomgaard waarin we er ooit al eens twee de vlucht zagen nemen en waarrond niets anders dan veld is. Ze zitten in de (foto)val dus.

Dat vertikken die reeën dan wel en ze vertrekken, over het veld, over de parallelle veldweg in de richting van waar we de vier op een rij al eens zagen.

Er zijn mensen die willen bungeejumpen voor de kick. Ik vind dit spannender.

Verontwaardiging (sl)echt in beeld

“Kijk” zegt Luc “drie reeën”. Ik spring op, grijp mijn fototoestel en op een sakker en een vloek sta ik aan het venster en zie nog net twee achterwerken in het bos verdwijnen.

De derde ree? Die staat en kijkt. Kijkt ze naar mij? Zo lijkt het wel, maar doet ze niet. Ze kijkt uitdagend richting paddock, naar het witte paard dat haar verontwaardigd observeert.

Vorig jaar hadden we nog een historietje met het -echt oude- witte paard. Ik dacht dat ik het vertelde, maar vind het niet terug. Kort verteld: paard ontsnapt na buikrol over draad van de paddock in de wei.

Over de bijhorende stampede en modderdouche ga ik het niet -meer- hebben.

Je ziet haar denken: “Waarom mag die op ons wei en wij niet?” want dat is het probleem, ze mogen niet in de wei omwille van de zwaar verzopen ondergrond en de nadelige gevolgen voor het gras dat in betere tijden hun voer uitmaakt.

(Lees verder onder de foto)


Ik heb geprobeerd foto’s te nemen zonder paarden er op, maar de afstand van waar ik stond tot aan het bos is niet bepaald gemakkelijk te overbruggen zonder obstakels -zoals verontwaardigde paarden- er op.

Achteraf heb ik gedacht dat ik eigenlijk voor de foto op het blog wel wat meer paard had mogen voorzien.

Op elegante wijze

Mag ik nog eens? Ik weet het, het wordt bijna een vervolgverhaal.

Lopen Luc en ik voorbij een haag die zo hoog is als ik, als Luc zegt: “Kijk eens over de haag”. Hij heeft gemakkelijk praten met zijn 1.92m. Ik ga dan maar op mijn tenen op het talud staan en zie …

(Lees verder onder de foto)

Ik blijf stokkestijf staan want ik denk: “Ze kan twee kanten uit: terug het veld in of ze kan de betonweg op”. Ze loopt de betonweg op.

(Lees verder onder de foto)

Van het ogenblik dat ze besluit het andere veld in te gaan en de voren te volgen heb ik wel meerdere foto’s. Die ga ik niet allemaal tonen. Aan het achterste van een ree is nu ook niet zoveel te zien.

(Lees verder onder de foto’s)

Maar dan helpt het toeval dat ze, net als ik nogmaals afdruk, …

(Lees verder onder de foto)

… over de afspanning van een boomgaard joept.

Er is opvallend minder volk in het veld, deze laatste dagen. Tja, corona is ver weg blijkbaar en dus is hier weer niks te zien.

We laten hen maar in hun gedacht.

Langs een stil pad

Ik zei het voorheen al. Als ik iets zoek en denk dat ik het nog eens wil tegenkomen, dan lijkt het wel of ik op mijn wenken bediend word.

Nu ook weer.

“Kijk” zegt Luc “daar tussen het kreupelhout, ze kwam zomaar de weg over gelopen”.

(Lees verder onder de foto’s)

Ik weet het, de foto’s zijn niet scherp. Om zulke actie scherp in beeld te krijgen moest het toestel eigenlijk op “sport” staan. Maar daar heb je bij zoiets de tijd niet voor.

Als ik nu beweer dat ik eigenlijk de beweging van haar ranke lijf wilde vastleggen …

In elk geval zijn er de laatste tijd meer reeën te zien in Landen, in die mate dat de stad ook wildreflectoren heeft geplaatst op de gevaarlijkste oversteekplaatsen1.

Terwijl we dan toch in De Beemden waren konden we ook de troostplek met kunstwerk2 bekijken.

____________________
1 Het Laatste Nieuws
2 Het Laatste Nieuws

Vier op een rij

Ergens op een rechte weg, nog een heel stuk -een paar honderden meters- voor de andere rechte weg die hem kruist, zag ik de auto die daar op dat rechtse rechte stuk reed, plotseling vertragen.

Nieuwsgierig wat de chauffeur bezielde hield ik die in het oog. Tot Luc -een paar tientallen meters achter mij lopend- mijn aandacht trok door een geluid dat je eerder in een savanne zou verwachten dan in een Vlaams Brabants open veld.

Ik keek om en zag zijn beweging die me wees op dat linkse stuk van het kruispunt, of beter, een paar tientallen meters àchter dat linkse stuk.

Ze liepen er met vier op een rij. En dààrom vertraagde die auto… en reed hij stapvoets verder … en stopte hij uiteindelijk aan de bovenste rand van de boomgaard.

En dààrom namen wij uiteindelijk de rechtse zijtak niet die ons huiswaarts zou voeren, maar gingen we rechtdoor waardoor we een paar kilometers meer aan de wandeling aanbreiden. Gewoon om tussen de rijen van de boomgaard te kunnen kijken of wij ze niet meer zouden zien.

(Lees verder onder de foto’s)

Het vergde achteraf nog wat bijwerken om in de hoofding om te laten zien dat de stipjes in de verte wel degelijk reeën waren.

Tussen de staken

Een paar weken terug, toen we zo goed als dagelijks de torenvalk op de boomgaardstaken zagen zitten, zei Luc op zeker moment: “Ssshhhttt”.

Als ik dat hoor, dan horen alle andere aanwezigen dat natuurlijk ook en ik zag nog enkel twee reeënreetjes tussen de staken verdwijnen.

Sedert die dag passeer ik geen boomgaard meer. Neen, ik sluip er voorbij. Eerst even van aan de staak de doorgang inspecteren en dan -hop- naar de volgende staak.

Geduld wordt beloond? Maar dan toch niet al te snel. Want ik heb sedertdien geen reetjes meer tussen de staken zien verdwijnen.

Nog maar eens …

“Een Vlaamse Gaai?” vroeg Zoneke. “Die beesten zitten hier met massa’s bij ons. Je zal wel zien”.

Wat zagen wij niet, die dagen bij Zoneke? Of beter: “Wie zagen wij niet, die dagen bij Zoneke?

Wat had je gedacht? Reeën waren er wel gepasseerd … op het ogenblik dat ik de paarden aan het uitlaten was. Ook geen foto van …

Deze week stuurt Zoneke me een whatsappke of twee …

(Lees verder onder de foto’s)

Rotbeesten zijn het! Die willen me wat uitlachen en dan gaat Zoneke dat nog grappig vinden ook!

Foto’s genomen door Querida

Manken en hinken

“Bosanemonen!” zei Luc. “Ik weet waar er ook bosanemonen staan … in het Heibos”. Ja, dat is waar, maar er staan er ook in Nieuwenhoven. Maar Nieuwenhoven is te parkachtig en daardoor te druk bezocht.

(Lees verder onder de foto)

Er staan er nog wel op andere locaties ook maar ja, het Heibos, dat had nog een pluspunt. Want de laatste keer, vorige maand, hadden we daar zeker een 20-tal reeën de bosweg zien oversteken maar dat was wat tegengevallen omdat er vier andere wandelaars die reeën ook hadden gezien en bleven kijken en wij, corona in het achterhoofd, daar niet wilden bij gaan staan.

Aangezien ook “Dwars door Vlaanderen” aangestipt stond op de agenda vertrokken we gisterenmorgen na het ontbijt, haalden een pakje af, passeerden bij de appel- en perenboer en gingen wandelen …

Het pad lag er oneffen bij. Dat was veroorzaakt door meerdere passages van een galopperend paar of door de passage van de voltallige “Wild Bunch1“.

Heel voorzichtig, goed uitkijkend waar ik liep, stapke voor stapke, zette ik mijn voeten neer toen Luc met een sissend geluid mijn aandacht trok.

Het was niet luid maar wel te luid. Ik zag ze vertrekken. Twee reeën. Eén van beide hinkte. De foto’s waren noppes, wazig en toonden enkel nog de witte vlagjes van hun Q.

We veranderden het parcours een beetje zodat de lus sneller terug aan de andere zijde van dat stuk terugliep. Ik hield het stuk rechts in de gaten want het stuk links was afgespannen met spandraad. Gelukkig waren daar geen paarden gepasseerd en lag de bosweg er effen bij.

En Luc siste weer. Ze stonden links natuurlijk. Maar deze keer liepen ze niet weg. Ze vonden de vluchtafstand waarschijnlijk meer dan voldoende. Ik nam foto’s door de bomen, verwenste af en toe het fototoestel dat zich scherp ging stellen op in de weg lopende takken, maar uiteindelijk ben ik toch blij met wat ik wel heb.

En gelieve mij nu te excuseren, ik ga googelen op camouflagenetten, want om dat meer mee te maken wil ik wel eens de wekker zetten. Liefst zonder hinken natuurlijk.

1 Wikipedia

Hard labeur

Zoneke is verhuisd.

Hij zocht een huis dat beter bij hun wensen paste, vond het en de zaak ging aan het rollen, kwam in een versnelling terecht bij het afschaffen van de woonbonus met als gevolg dat zijn huis eigen op één dag verkocht was.

Het nadeel was de hectische voorbije week. Alle nodige formaliteiten, ontvangen van de sleutels en afleveren van de andere sleutels en tussendoor nog efkes verhuizen, alles ging in één ruk door.

Hoe jammer ik het ook vond voor het mooie uitzicht, dit is ook niet te versmaden. Meer nog, bij dit nieuwe uitzicht hoort animatie.

Tijdens beide verhuisdagen zagen we namelijk de reeën die hun nieuwe buren eens kwamen bekijken.

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén