Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Maand: april 2016 (Page 3 of 3)

Leeuwarden met een staartje

In het hotel, waar we voor de evenementen aldaar een nacht verbleven, wist men ons te vertellen dat die nacht de weg zou afgesloten worden en dat we de volgende ochtend over het fietspad dienden te rijden, waar extra metalen platen zouden neergelegd worden om ons toch terug op die hoofdweg te krijgen.

We vertelden over de werken van vorig jaar en over de boete.

Blijkbaar was er indertijd veel commotie geweest. Tal van bestuurders hadden er een boete gekregen en ze aangevochten. Want zie je de signalisatie was onreglementair geplaatst door de wegenwerkers zelf of zoiets. De mensen hadden de boete niet moeten betalen.

Maar terugbetalen? Neen, dat zouden ze waarschijnlijk niet doen.

We hadden toch moeten luisteren naar de Nederlandse collega die ons aanried niet te betalen en de herinneringsbrief af te wachten.


Toms cartoons

The Magnificent Seven

Jaren geleden stond er een muziekje op het oude blog. Ik had dat eens ergens gehoord, had de CD gekocht en het stukje op het blog gezet.

Jaren gaan voorbij, blogs blijven niet wat ze zijn en het muziekje geraakte in de vergeethoek. Een tweetal weken geleden dacht ik er terug aan, aan die CD.

Ik nam hem mee in de auto. Dat was omdat die van Stampen en Dagen wel al in de auto zat, maar dan als enige. Ik zal Stampen en Dagen niet snel beu worden, daar niet van, maar een beetje afwisseling zou toch geen kwaad kunnen, dachten we.

Ik weet niet of die CD ooit volledig afgespeeld werd. Ik weet wel dat ik wist dat het allemaal stukjes uit films waren. Maar welke films? De titels van de liedjes staan dan wel vermeld, maar de naam van de films niet. Daar kwam wat uitzoekwerk aan te pas.

The Magnificent Seven? Oh ja, dat stukje staat er ook op, maar dat is niet de reden van de titel. De uitvoerders van de CD noemen zich ook “The Magnificent Seven” waarschijnlijk omdat ze met zeven zijn.

Of zij magnificent zijn? Dat weet ik niet. Van hun muziek vind ik dat in elk geval wel.

Onverantwoord gevaarlijk

Ik begrijp niet dat er niet meer dodelijke ongevallen gebeuren. Meer en meer komen we in situaties terecht waar ik mijn adem inhoud.

Bij het oversteken moet een voetganger nog steeds links en rechts kijken. Ze doen het ook op een zebrapad, tussen twee zebrapaden in is niet geldig. En dan nog, waarom aan dat slakkengangetje, kop in de grond om dan een autosleutel uit hun tas te vissen en tot de conclusie te komen dat ze helemaal niet alleen op de wereld zijn.

Fietsers dienen voor het oversteken toch wel even aan te geven dat ze dat gaan doen. Even een arm uitsteken lijkt echter steeds moeilijker. Ze rekenen er gewoon op dat elke auto gaat inhouden zodat zij, op welk ogenblik dan ook, kunnen beslissen wat ze nu juist willen doen.

“Ik ben een chauffeur met doorzicht” zei mijn nonkel Dronk vroeger, terwijl hij tussen aanschuivende auto’s door slalomde. Maar toen was er zoveel verkeer nog niet en nu zijn er meer en meer chauffeurs met doorzicht die het niet te nauw nemen met de verkeersregels. Levensgevaarlijk!

Vroeger werd ik er alleen maar kotsmisselijk van.

Onwettelijk populair

Zo van tijd tot tijd komt er eens iemand in de gazetten zijn beklag doen. Ze wonen daar al zo of zo lang en nu willen ze die vakantiehuisjes weg.

“Ocharm” zou je denken, maar dat denk ik dan weer niet.

Wonen in de bossen? Dat heb ik ook altijd gewild. Waarom ik het niet deed? Ik hield me wel aan de wet.

Dus wat denk ik dan nu? Dat ze blij mogen zijn dat ze er al zo lang mochten wonen. Waren we allemaal zomaar efkes ongeregeld in het bos gaan wonen, was er al veel eerder paal en perk aan gesteld geweest.

Waarom die anti-reclame?

Soms denk ik dat ik oftewel niet mee ben met de evolutie oftewel dat ik gewoon te dom ben.

Luc vestigde mijn aandacht op dit artikel uit “Het Nieuwsblad” omdat daarin uitdrukkelijk vermeld staat dat Proximus niet meedoet.

Dus, ik lees dat artikel, waarin staat dat het gedaan gaat zijn met de vermelding dat je geen bereik hebt op je telefoon.

Het komt erop neer dat ze hun klanten mobiel laten bellen over hun eigen draadloze netwerk. Het principe is vergelijkbaar met mobiel internet. Als een toestel geen wifi-verbinding kan maken, schakelt het automatisch over op het 3G- of 4G-netwerk. Bij ‘voice over wifi’ gaat je telefoon vanzelf naar de wifi-verbinding over zodra het gsm-signaal te zwak is.

Dat is duidelijk. Waarom denk ik dan dat ik niet mee ben?

Wel, als ik ergens mobiel internet heb -in België dus, want in het buitenland betaal je je blauw- en ik vrees dat de verbinding aan de telefoon gaat wegvallen, kan ik nog altijd bellen met Whatsapp. En dan beslis ik zelf.

En ik vraag me nu af of ik soms iets over het hoofd zie want zij doen nu net of ze innovatief zijn, maar dat kan ik dus niet vinden.

Er is meer vraag naar het afschaffen van de hoge roamingkosten. Okee! Ze zijn ermee bezig, maar het is nog toekomstmuziek, zo ergens voorzien voor 2018.

Maar om nu net te doen alsof ze het warm water uitvonden met iets wat iedereen zelf al kon oplossen en om dan weer zo wat denigrerend uit de hoek te komen naar diegene die er niet aan meedoet …

Er zijn wel meerdere manieren om een mug te doden ook.

Zoneke en het vuurtje

Jaren geleden, in oktober 2007 om precies te zijn, vroeg Zoneke naar het Esbit vuurtje. Ze wilden gaan kamperen.

Een hele poos daarna, ook wel meerdere jaren, vroeg ik hem of hij me dat vuurtje kon terug bezorgen. Maar … dat had hij allang teruggegeven hoor. Dat zou ik wel vergeten geweest zijn. Want hij, echt waar, hij had dat niet.

Ik besloot dan maar om opnieuw een Esbitje te kopen maar maakte er nooit werk van.

Een dikke maand geleden zei Bollie dat ik er haar moest aan herinneren, ze had bij het opruimen van de garage kampeergerei gevonden dat van mij was en ze was dat al die tijd al vergeten meegeven.

Tja …

“Mama” vroeg Zoneke in het begin van vorige week “zou ik die Zibro Kamin eens kunnen lenen?” Ik begon met te vragen dewelke, we hebben er hier ergens nog drie staan.

Maar neen neen! Dat bedoelde hij niet. Hij bedoelde dat camping vuurtje … Hoe heette dat nu ook weer?

Veel fietsers onderweg

Even de auto opzij. We wilden er naartoe, maar ze kwamen ons al tegemoet.

En dan moesten we nog snel snel snel camera’s uit de auto halen en een geschikte plaats zoeken.

De gopro is in de auto gebleven. Die wou zich niet haasten, zeker dat hij nog geen goede standplaats had en zijn pootjes nog niet uitstonden.

Al bij al een meevaller. We waren al aan het vrezen dat we geen parking zouden vinden op de -door Luc uitgestippelde- locatie. Deze onverwachte locatie was echt wel erg goed.

Waar wij waren

Iedereen kent het. Wij ook. Iedereen zag er al foto’s van. Wij ook. Iedereen was er al. Wij niet.

Het was niet daar dat we gisteren absoluut naartoe moesten. Het was maar omdat we daar toch in de buurt moesten zijn dat we dat “wij niet” wilden omzetten in “wij ook”.

Het had al eerder op de planning gestaan, toen we daar in de buurt waren met de evenementen, maar toen was er op het allerlaatste ogenblik een kink in de kabel gekomen. Nu niet.

De voorwaardelijke wijs

Vorig jaar, voor hetzelfde evenement, vertrokken we een dag vroeger en we maakten er toen een uitstap van naar Roubaix. We maakten plannen om ook dit jaar een dag vroeger te vertrekken en naar het “Bois de Wallers-Arenberg” te rijden.

Daar kwam dan ineens nog bij dat we eigenlijk vandaag naar Nederland wilden.

We vonden het simpel op te lossen. We zouden de valiezen voor een afwezigheid van twee weken in de koffer laden, de tassen voor losse nachten in de auto zetten, in Nederland blijven slapen en dan morgen van Nederland naar Frankrijk rijden om dan ’s avonds in de stad van het evenement te overnachten.

En toen kwam vorige week dinsdag …

Luc vond het niet nodig gedoe te gaan zoeken aan de Franse grens voor een follieke van onzentwege. En gelijk heeft hij. We gaan dus niet de Franse grens over. We willen die Franse douane geen zenuwen bezorgen met zoveel bagage in de koffer.

En toen vond Luc iemand die de laptop kon herstellen en dat in de buurt van het evenement zelf. Bovendien kunnen ze daar ook nog de twee oude desktops leeghalen.

Waarom niet bij ons in de buurt? De meesten die hier in het telefoonboek staan, hebben het al opgegeven. Ze gaven er om zo te zeggen de brui aan. Bij die ene grote moeten ze eerst kijken en een bestek opmaken waarvoor je zo al 35€ kwijt bent en dan ben je nog niet zeker of ze het kunnen herstellen.

We vonden het simpel op te lossen. We zouden de valiezen voor een afwezigheid van twee weken in de koffer laden, de tassen voor losse nachten én de twee oude desktops in de auto zetten, in Nederland blijven slapen en dan morgen van Nederland naar de stad van het evenement rijden om daar te overnachten.

Toen kwamen er grenscontroles aan de Belgisch/Nederlandse grens ook.

Toen vond ik het niet nodig gedoe te gaan zoeken aan de Nederlandse grens voor een follieke van onzentwege. En Luc gaf me gelijk. We zouden dus wél de Nederlandse grens over gaan, maar we zouden de twee desktops niet meenemen. We willen die Nederlandse douane geen zenuwen bezorgen met zulk een idiote bagage.

We zouden mogelijk enkel de tassen voor losse nachten meenemen en morgen naar huis komen om de rest van de bagage op te halen.

En dat, dat zouden we dan allemaal doen om onszelf geen zenuwen te bezorgen.

Goed voor de bloeddruk

Het begon al goed, gisterenmorgen, Luc moest naar de dokter -eigenlijk de verpleegster- om een 24-uurs bloeddrukmeter. Die afspraak was om tien uur ’s morgens. En we moesten nog inkopen doen voor de volgende evenementenronde en dat terwijl de auto ’s avonds binnen moest voor onderhoud en dat we die pas vanavond terug gaan hebben.

Ik besloot dus maar mee op te staan. Ik ben al geen ochtendmens en neem daar dat zomeruur nog bij … Gelukkig is onze douche weer pico bello in orde. Ik kwam dan wel niet op mijn stralendst aan het ontbijt -ochtendhumeur nog daargelaten- maar het was toch doenbaar.

Eens die bloeddrukmeter aan zijn arm zat, zei Luc: “Poeh! En dat 24uur. Dat zal plezant worden”.

Bij het siësten -jaja, de ouwetjes doen van tijd tot tijd een siësteke- ging dat ding krrrrrrt doen en het pompte mijn hoofd een halve meter omhoog. Ik opende één oog. Luc sliep verder. “Pfffffffft pfft pfft pfft” ging het dan weer en mijn hoofd zakte weer. Ik heb me maar omgedraaid.

Maar! Wat ik had verwacht gebeurde. Die bloeddrukmeter is van Lucs arm gevallen. En wel tijdens het slapen. Jawel, zomaar paf deraf!

Dat zei Luc toch toen ik na het slapen mijn opwachting maakte. We kregen die daar toch niet meer aan zeker. Die velcro liet los telkens dat ding krrrrrrt ging doen. Dat ik wat kinderachtig vertel komt doordat ik de term: “zichzelf opblies” niet wil gebruiken.

Luc is terug naar de verpleegster gereden.

Page 3 of 3

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén