Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Autocontrole

Het jaarlijks verschil

Weet je nog die keer dat ik vertelde over het vroege opstaan voor de autocontrole? We hebben dat opnieuw zo gedaan, dat opstaan dan. Want ik ben niet opnieuw gaan slapen deze keer, ben wel weer in badjas over de straat gelopen om hem uitgeleide te doen.

We hadden wel één en ander met spoed moeten afwerken. De banden werden maandag gewisseld en na een midweek vakantie en een lange -wat heet lang- rit kon die auto ook wel een bad gebruiken zodat we maandag ook nog maar eens bij de carwash passeerden.

We zaten gisteren om half zes al aan de ochtendboterham mét koffie. Om kwart na zes kreeg ik een whatsapp. Er waren toch al vier nog vroegere vogels voor hem.

En na mijn ochtendtoilet heb ik de tijd benut om maar wat verder foto’s te sorteren -het einde komt in zicht, heb dit log voorbereid voor zover het kon.

Om twintig na zeven kwam de whatsapp die zei dat alles OK was.

Het brengt telkens toch wat onrust en een zekere spanning mee en een goed resultaat is toch altijd weer een opluchting.

Drollige dinsdag

Luc is een vroege vogel die ik wel nog hoor. De kwinkelierders daarbuiten jammer genoeg niet meer.

Afin, tot daar aan toe. Maar Luc en ik zijn ooit lang geleden eens overeengekomen dat hij niet vóór 7 uur opstaat. Daar is soms een uitzondering op. Zoals wanneer we samen weg gaan. En éénmaal per jaar, zoals gisteren, voor de autokeuring.

Luc wil niet op afspraak gaan. Zijn argumenten zijn een beetje raar, maar soit, ieder zijn mening. Zijn oplossing is gewoon dat hij daar lang genoeg voor aanvang voor de poort gaat staan. En dan wil hij om 6u vertrekken. Daarom ook moest die auto op maandag absoluut naar de carwash.

Dan staat hij op om half zes en maakt zich klaar. Om iets voor zessen spring ik zo uit mijn bed gewoon in mijn training, steek mijn oren in en veeg er voor één keer mijn voeten aan om met een badjas over de straat te lopen omdat die auto achterwaarts de hof af moet.

Eens hij vertrokken is spring ik gewoon uit die training, met hoorapparaat en al, weer mijn bed in en vraag me af … ik hoor vogelkes. Allee, juister gezegd, ik hoor één vogelke -waarschijnlijk de grote Tsjip- zijn ochtendrepertoire afdraaien, waarbij ik terug in slaap geraak en wakker word op mijn gewone tijd.

Tegen dat ik, gewassen en deftig aangekleed, beneden mijn sneakers sta aan te trekken, loopt Luc de woonplaats in -de auto is er door- en kunnen we aanschuiven aan het ontbijt.

En ineens is het weer een gewone ochtend.

Autoperikelen

“We gaan de banden laten wisselen en daags nadien ga ik naar de autocontrole” zei Luc.

Alleen wisten ze ons bij de bandenwisselaar te vertellen dat onze voorste zomerbanden versleten waren. We bestelden nieuwe.

Vorige donderdag kon de wissel gebeuren. Bijna thuis gaf de auto aan dat de linker voorband te weinig spanning had. Zut! We reden niet terug. We gingen dat zelf wel oplossen … aan een voorziening die niet werkte en Luc er de verantwoordelijke bijhaalde bij wie de voorziening het wél deed.

Daar kan ik dus de kouw seskes van krijgen. Dat is echt om een mens zich belachelijk te laten voelen. Nu ja, ik weet nog van vroeger, dat een goeie sjot tegen hun sikkedeizen wel eens kon helpen, maar dat kan je daar nu niet zo op het openbare domein gaan doen.

“Morgen ga ik naar de autocontrole” zei Luc. Met al wat hier de laatste dagen al licht tegenviel hield ik mijn hart vast.

Luc wil daar zo vroeg mogelijk zijn. Om zes uur wou hij vertrekken. Hij is toch altijd te vroeg wakker, zegt hij. Maar hij had wel het geluk dat ik hem om kwart voor zes vroeg: “Hoe laat wou je vertrekken?”

Heb je al een bliksemschicht in zijn blote vaan uit het bed weten springen? Ik nu wel.

Hij stond er wel als eerste. Toen hij er wegreed was de file al serieus aangegroeid zodat er al auto’s op straat stonden aan te schuiven.

(Lees verder onder de foto)

Foto van Luc


Toen ik opstond had ik nog net tijd om water voor de koffie te koken en daar was hij al … met een goedgekeurde auto.

De control

Ondertussen is het onderhoud van de auto toch ook al een aantal weken geleden en moest de auto nog enkel naar de technische controle.

De normale uiterlijke datum was eind mei, maar door de corona hadden we toch iets van een vijf maanden meer tijd. Was dat goed? Luc vond dat niet zo ideaal omdat we hem dan in 2021 toch weer vóór eind mei dienden aan te bieden.

We dachten er wel aan maar begonnen er niet over, tot Luc eergisteren terloops zei: “als ik morgen vroeg genoeg wakker ben, ga ik naar de autocontrole”.

Voor dag en dauw was hij al onderweg en dat terwijl ik en het hele dorp nog sliepen.

Toen ik opstond, stond de voordeur op een brede kier. Wablief? Was hij vertrokken en had hij vergeten … Aan hoeveel onheil was ik wel niet ontsnapt? Ik gooide die voordeur volledig open, mijn labradorblond knuffelsurrogaat nog om mijn schouders.

De auto stond voor de deur, zo fier als een gieter want hij was geslaagd.

Grote verrassing! Hij moet in 2021 niet naar de autokeuring. Voor zo’n jonge auto en minder dan 100.000km mag hij een jaartje overslaan. Hij blonk effenaf van plezier … en Luc ook.

Allez! Retour!

Het was weer zover al moeten we door de nakende evenementen weer eens wat vroeger naar de autocontrole, wat een jaar toch telkens enkele dagen korter maakt.

Deze keer was de afspraak bij onze reguliere garagist vastgelegd, werd de auto op tijd binnengebracht, werd er extra zorg besteed aan de schokdempers -ze werden vervangen- en werden alle lichten, lampen en stralers grondig nagekeken.

Luc toog naar de controle waar hij alweer verrast werd met een rode kaart. De koplamp links, vanuit het zitpunt van de chauffeur bekeken, zat onder de lijn waar het eigenlijk moest opzitten.

Luc toog -lichtjes in zijn wiek geschoten- terug naar de garagist, die deze grove fout aan Luc toonde. Het zat er zegge en schrijve 1mm onder.

“Niet te lang in staren” zei de garagist “want dan zie je het niet meer”.

Luc zal dus deze morgen zo vroeg mogelijk de auto terug aanbieden.

Het was weer dolle pret

We hebben onze auto een jaar en de jaarlijkse autocontrole kwam er aan. We gaan niet de hele voorgeschiedenis vertellen, maar kort gezegd kwam het er op neer dat onze lokale garagist, die vroeger onze auto’s onderhield, geen tijd had om deze onder handen te nemen tijdens de periodes die we thuis waren. Hij had een drukke agenda.

Wat Luc uiteindelijk deed besluiten om dan maar naar een autocenter te gaan, waar ze vorige donderdag, precies één dag voor de laatst mogelijke keuringsdag, nog tijd hadden. De man had bij het maken van de afspraak al gemeld dat het model van onze auto niet zo dikwijls voorkomt. Bij het binnenbrengen van de auto begon hij over alle mogelijke slijtage waar hij zou naar kijken maar die hij, mocht die zich voordoen, niet tijdig kon verhelpen.

Die info gaf Luc me door waardoor ik de zenuwen kreeg zoals ik al lang geen zenuwen meer had. We vertrekken binnen enkele dagen naar een evenement en als er ook maar iets fout zat, konden we nooit ofte nooit tijdig terug naar een garagist noch naar de keuring.

Op de middag kwam de sms, de auto was klaar. Ik overtuigde Luc om dezelfde dag nog naar de keuring te rijden: was er niets aan het handje, dan hadden we vrijdag een vrije dag. Was er wel wat loos, dan konden we nog wat doen. Hij deed het, al was hij liever vrijdagmorgen zeer vroeg geweest. Hij had het idee dat er zo vroeg op de morgen niet zoveel volk zou zijn.

Hij heeft donderdagnamiddag twee uur aangeschoven. En toen belde hij! Rode kaart! En alhoewel het niet grappig was, heb ik er daarna heel hard moeten om lachen. Onze auto moest terug aangeboden worden omdat … tadam (tromgeroffel) … niemand de motorkap dicht kreeg.

Luc is snel terug naar het autocenter gereden waar ze wat kruipolie aan die haak deden, er enkele seconden aan frunnikten en die motorkap klapte weer mooi in het slot. Heeft er nu iemand tegen die haak gestoten? Was het echt nood aan wat olie? Wie zal het zeggen?

Vrijdagochtend stond Luc dus verschrikkelijk vroeg terug aan de autocontrole. Hij moest er niet aanschuiven, hadden ze gezegd. Hij mocht zo tot aan de deur rijden. Hij moest enkel laten zien dat het “gemaakt” was én betalen natuurlijk.

“Ben ik blij dat gisteren geweest ben” zei hij toen hij thuis kwam “de wachtrij was langer dan die van donderdagnamiddag”.

Autocontrole

Nooit of nooit in haar leven had mske een poot in een autocontrolecentrum gezet. Ze liet steeds de wagens aanbieden door de garagist.

Nood breekt wet!

Staat ze voor de tweede keer op twee dagen tijd met een onbekende auto aan de controle. En begint dan net te kijken van: “waar staan die zijn lichten”. Die zijn gemakkelijk te vinden. Maar waar voor de duvel steekt die hendel om die motorkap open te krijgen? Logisch gezien zou die binnen handbereik moeten zitten. Noppes! Ganse auto afgetast! Noppes! Tja, die kerel zal dat wel weten maar het geeft nu niet bepaald een goede indruk. Slow had al een controle zoektocht ondernomen met het zelfde resultaat! Noppes!

Gelukkig is de wagen vóór haar een vuilkar, zodat er even tijd over blijft. Slow spreekt de man van de wagen achter hen aan, of die in die bakskes …” De man weet het! In het handschoenvak!

Resultaat?

“Lichten – eerste stand” zegt de man van de controle.
“Lichten opzetten” zegt Slow.
“Uw lichten” zegt de man van de wagen achter haar.

“Tweede stand” zegt de man van de controle.
“Tweede stand” zegt Slow.
“Verder draaien” zegt de man van de wagen achter haar.

“Verstralers” zegt de man van de controle.
“Huh?” zegt Slow.
“Trekken” zegt de man van de wagen achter haar.

mske had op dat ogenblik die hendel al helemaal omgedraaid, ingedrukt en uitgetrokken en terwijl die man van de auto achter haar nog eens uitdrukkelijk komt tonen hoe je die verstralers moet laten functioneren, ziet mske nog net de mond van de man van de controle pinker zeggen. Ze gooit die pinker links en ze gooit die pinker rechts, steekt haar hoofd door het vensterke en zegt: “En als er dat ene zegt, is dat genoeg zenne.”

En zeggen dat ze daarmee enkel naar de controle moest omdat Slow 1.92m groot is en Zus 1.56m en de ingebouwde gastank net achter de voorzetels geplaatst is, zodat Slow met zijn knieën tegen het dashboard zit.

En alhoewel mske aanvankelijk voorzichtig over de hobbelige baan had gereden, was ze dat in het terugkomen iets minder. Knieën of geen knieën, een mens moet zich op iets af reageren.

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén