Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Kleindochters (Page 5 of 73)

Een wattenkop

Daarmee stond ik gisterenmorgen op, net of ik had een verkoudheid in wording. Of … had ik ze ongeweten wél in incubatie gehad?

De uitleg was echter simpel. Donderdag hadden we de griepprik gehaald. En al heb ik niet echt last van die griepprik, ik herinnerde me dat ik vorig jaar precies hetzelfde had gedacht.

Ik was zo doefes dat de dagelijkse sudoko een kwelling werd.

Ik zit hier dus zo een beetje te suffen …

(…) als ik iets raars voel aan mijn oor. Ik tast. De rechter oorbel is toch weg zeker! Ik kijk even rond, maar we staan niet midden in een bos, (…)

… ik zit gewoon maar thuis.

Ik ben wel nog helder genoeg om te bedenken dat ik op de badkamer een licht tinkelend geluid had gehoord. Die oorbel lag er wel maar hangt het echt uit. Het slotje is echter onvindbaar.

Goeie morgen!

En dan gingen we in de namiddag Amke en Ella nog halen voor het weekend. Gelukkig kon ik gewoon naast Luc in de auto verder doefes zitten zijn.

De transformatie

Ik had het wel al meer over de modewoorden die uit de kast worden gehaald navenant de trend die gevolgd dient te worden.

Stereotiep is één van de laatste nieuwe. Het gaat dan over de opvoeding die stereotiep kindjes in het meisjes/jongens hokje plaatste.

Dat het vroeger nooit een probleem was vond ik eigenlijk niet zo erg. Meisjes die niet in het rozige plaatje pasten maakten daar niet zo echt een probleem van. Dat ze ook niet in het jongensvakje zaten was op zich ook geen ernstige overtreding. Ze waren tenslotte geen jongen.

Nu kinderen al op jonge leeftijd zelf kunnen beslissen of ze al dan niet een meisje of een jongetje zijn, moet daar natuurlijk weer een mouw aan gepast worden en liefst met een wettelijk kader en dat terwijl het eigenlijk op te lossen is met een respecteren van ieders eigenheid.

Het stereotiepe schrappen uit de opvoeding? Wel, ik kan dat doortrekken. Ik had het er ook al over dat sprookjes aan mij niet besteed waren. Amke en Ella beseften ook al snel dat het met die prinsen niet zo snor zit.

Achteraf gezien zijn sprookjes echt wel enormiteiten. Gelukkig dat ik pas later leerde dat Sneeuwwitje oorspronkelijk gekoeionneerd werd door haar eigen moeder maar dat ze daar een stiefmoeder van maakten omdat het anders te schokkend was voor kinderen. Aan de kinderen die met zo een stiefmoederlijke moeder opgescheept zaten dachten ze niet.

Terug naar stereotiep en de sprookjes!

In sprookjes heb je prinsen, je hebt koningen en je hebt prinsessen. Koningen en prinsen trouwen met prinsessen.

Koninginnen? Die heb je ook. Maar dat zijn dan boosaardige wezens.

Als ik van die koningen en prinsen was, ik zou toch eerst eens goed nadenken vooraleer te trouwen.

Conclusie? Eens je geen prinses meer bent, word je gewoon afgeschreven.

Tickets

Luc houdt zich zo af en toe eens bezig met het meespelen met een prijsvraag op internet. Hij houdt daarbij wel in het oog dat hij dat doet bij bekende firma’s zoals de gazetten.

En ja hij had prijs. Hij won een ingangsticket voor Bellewaerde bij “Het Laatste Nieuws”. Het vereiste enig mailverkeer eer hij het ticket kreeg. Blijkbaar was er één en ander fout gelopen bij het verwerken en vonden ze hem niet terug. Afin, het kwam goed.

Wat had hij nog? Hij had twee tickets voor Bokrijk gratis, alhoewel … gratis? Na het afprinten van beide waren de twee inktcartouches van de printer leeg. Die hebben de grootte van een A4 en zien er als volgt uit:

(Lees verder onder de foto)

De volgende vraag was: wanneer gaan we? Bokrijk werd telkens uitgesteld omwille van de te warme temperaturen en naar Bellewaerde wou Zoneke ook wel eens met Amke en Ella.

Bellewaerde was snel opgelost. Dat konden we doen tijdens onze midweek in Sunparks Oostduinkerke.

En toen ging alles fout. De gewonnen tickets voor Bokrijk waren maar geldig tot eind september en aangezien het geen vakantie meer is, was het park niet open op de gewenste dag. We gingen dan maar vorige zondag. We hadden geweldig mooi weer na het optrekken van de ochtendnevel.

Bellewaerde? Zelfde probleem. Het gewonnen ticket was geldig tot 30 september en het park is niet open gedurende de week.

We zouden dan maar vandaag gaan, samen met Amke en Ella. Maar het weerbericht was niet zo gunstig. We hebben het afgeblazen en ja, dat gewonnen ticket is nu een verloren ticket.

Een regiment stapschoenen

Lang geleden toen mijn eerste paar stapschoenen kapot ging kocht ik een paar dat echter nog moest geleverd worden.

Nog voor die levering, ergens onderweg kwam ik daarna een paar tegen in een winkel in uitverkoop. Ze stonden er op hun eentje, een maatje 42. Veel te groot, maar ze zagen er klein uit. “Probeer eens” zei Luc. De maat was fout, de schoenen goed. Ze pasten. Vandaar dat ze overgebleven waren. Iemand met een 42 kon er niet in, de anderen probeerden zelfs niet.

Dat ik bij het bestellen van het eerste paar niet goed had uitgekeken bleek al snel. Ze waren niet waterdicht. Dat was geen probleem. Ik zou ze wel aantrekken bij droge dagen. Dat deed ik niet. Ze bleven haast ongebruikt staan, terwijl de andere mijn favorieten werden.

Ik heb ze uiteindelijk aan Amke willen geven toen die de juiste schoenmaat kreeg. Wandelen met de meisjes zouden we toch enkel met droge dagen doen, alleen houden de meisjes niet van wandelen.

Enkele jaren geleden kocht ik me in Schotland een tweede paar, dat dus eigenlijk al een derde was, maar dat eerste telde ik al lang niet meer mee.

En toen ging de zool van mijn favorieten scheuren vertonen. Ik kocht opnieuw een paar.

Als het nu rekenkundig juist zat, had ik twee paar in gebruik: de twee paar die ik laatst aankocht. Maar zo liep het niet. Het paar uit Arran, pas sedert dit jaar volop in gebruik, vertoont scheurtjes. Ik kreeg er nog geen vocht in. Het was nu ook pas sedert ik het laatste paar erbij had dat ik dagelijks afwisselde.

Het stoorde me zo enorm want die hadden echt nog niet veel dienst gedaan, uitgerekend dat vrouwenmodel gaf er zo snel de brui aan, al zijn ze nog helemaal niet kapot. In elk geval besloot ik, als het zo zat, ik er wel een drieploegensysteem van zou maken en ik nam mijn oude favorieten ook weer in dienst.

Dat eerste paar? Dat niet waterdichte? Dat komt er helemaal niet bij kijken, zelfs niet als ik overdacht dat de twee met scheurtjes misschien ook helemaal niet meer waterdicht zijn.

Als ik het zo bekijk heb ik meer stapschoenen dan andere.

Luc en poseren … dat zijn er twee

Wegens een veto van zijnentwege kan ik bovenstaande titel jammer genoeg niet visueel bewijzen. Maar foto’s van Luc moet ik stiekem nemen.

Het kan wél hoor, dat er een geslaagde foto voortkomt na verwittiging vooraf, maar dan wordt het wel een beetje een speelse foto. Zoals die ene waar hij op staat met Amke en Ella en hij en Ella telefoneren met een banaan. Amke doet daar niet aan. Jongedames, die een sportzak dragen niet cool vinden, telefoneren ook niet met bananen.

Of die andere, waar hij zelf in een kader gaat staan en het dan een staatsieportret noemt.

Vakantiefoto’s van Luc? Vergeet het. Hij kijkt dan te serieus, eerder een beetje zielig.

En al staan er dan wel foto’s van Luc op Flickr -zij het niet publiek- kan ik die welke geposeerd zijn er enkel als privé op plaatsen.

Clubleden met een verleden

Bij het uitsorteren voor de eerste rommelmarkt van deze zomer, kwam ik tussen het speelgoed dat Amke, Ella en Bollie in november bij elkaar hadden gezocht toch het bezempje tegen. Ik dacht: “dat gaat niet naar de rommelmarkt”.

Waarom? Ooit veegde het bezempje een resem herinneringen bijeen, tot het kapot ging. Dat het ons indertijd al ter harte ging is een feit, in die mate dat we dan ook alles op alles hebben gezet om het te herstellen.

Het stond hier dan ook toen Amke en Ella kwamen en ze wilden het verhaal van het bezempje kennen en lazen het blog. “Maar hoe kom je erbij om een paard Big te noemen?” vroeg Amke aan Ella die het natuurlijk ook niet meer wist.

Van het ene kwam het andere. Ik vertelde over Zjollizjumde en de chocotoff. Maar die stond op zolder. Die had ik destijds ook niet willen wegdoen.

“Maar oma” begon Amke “wij hadden toch ook eens zo een bever hier?” Inderdaad. De bever was oorspronkelijk ook van Zoneke en had dus ook al de nodige avonturen meegemaakt. Maar die heeft nooit de badkamer willen verlaten, watergek als bevers zijn.

“Die ligt nog op de badkamer” zei ik.

“Aha” wist Amke “die hoort ook bij de club”.

De voetwegen

Ik weet nog, heel lang geleden, Broer en ik, we liepen naar de beenhouwer en we liepen door het klinkerstraatje. Hoe het straatje heette? Ik weet het niet. Het was geen straat, het was een wegeltje dat tussen de hofkes kronkelde. Deze hofkes waren afgezet met betonplaten. Hoge betonplaten, gezien vanuit het oogpunt van een zes- en een vierjarige.

Je kan je nu niet meer voorstellen dat kinderen van die leeftijd alleen naar de beenhouwer moeten, maar in die tijd vonden wij dat niet abnormaal. Ik mocht toch altijd de karweitjes doen en als ik Broer meenam, had ze daar ook geen last van.

Weer naar het paadje van lang geleden! Wij gingen niet door dat straatje, we stapten als soldaten en lieten onze voeten hard op de bodem neerkomen. Dat deden we omdat er een geweldige echo hing tussen die betonplaten. Het klonk alsof we inderdaad met velen over dat wegeltje liepen.

We verhuisden al snel. En ook daar waren er wegeltjes die we konden nemen zodat we, zonder op straat te komen, toch naar de winkel of naar de boerderij om eieren konden.

Ook daar verhuisden we en ik zocht telkens, bewust, naar die kleine wegeltjes die blijkbaar enkel gekend waren door de rasechte inwoners van zo een dorp.

Hier vonden we er ook eentje. We hadden het: “het geheime wegske genoemd” omdat Amke het indertijd zoiets mysterieus gevonden had.

Ach zut! Bij het opzoeken om dat logje terug te vinden om te linken, blijkt dat ik in 2008 haast identiek hetzelfde vertelde zij het met een andere bedoeling.

Wat ik nu eigenlijk wou vertellen is dat de meeste gemeenten nu hun voetwegen een naambord geven, zodat onbekenden op het terrein toch hun weg terugvinden, weg van straten en auto’s.

Ik vind het een mooi initiatief, maar inderdaad Amke, als ze dat nu in Landen gaan doen, is het geheim wegske geen geheim wegske meer.

11 maart – elk jaar

Ella wordt twaalf vandaag.

Twaalf jaar, dat was de leeftijd waarop ze tegen mij zegden dat het tijd was om “tot de jaren van verstand te komen“.

Maar wat schrijf je nu jaar na jaar op de verjaardag van je kleindochter? Ik vroeg het aan Ella: “wat moet ik vertellen op 11 maart: Ella is tot de jaren van verstand gekomen”? Ze schokschouderde een beetje.

Waarop ik plagerig vervolgde: “De jaren van verstand? Ella?” en er een beetje scheef bij grijnsde. “Dat mag” zei ze, plagers de mond snoerend.

Slim genoeg van Ella maar dat was niet wat ze indertijd met de jaren van verstand bedoelden. Wat ze daarmee indertijd tegen mij bedoelden is niet wat ik mijn kleindochter toewens.

Ella wordt vandaag twaalf en ik hoop voor haar dat ze eerst nog een hele boel plezier beleeft alvorens tot de jaren van verstand te komen.

Ontbijt met onderbreking

Het is vakantie. Amke en Ella zijn hier. Dus zijn er ook pannekoeken bij het ontbijt.

De microgolf staat lustig te ronken en te draaien om die op te warmen, terwijl wij doende zijn met andere ontbijtonderdelen.

De microgolfoven zegt: “ping” net op het ogenblik dat we onze laatste beetjes binnen slikken. Luc staat recht, opent de deur en zegt: “klein technisch probleem. De pannekoeken stonden er niet in”.

Flexibiliteit van de hoogste graad

Eens om de x-aantal jaar krijg je geen kaartje in je bus waarop je de elektriciteitsstand moet invullen. Eens om de x-aantal jaar willen ze die teller zelf zien en dan vind je -als je niet thuis bent bij hun onaangekondigd bezoek- ook een kaartje in de bus, zeggende dat ze gaan terug komen op 1 maart tussen 9.30 en 11.00 uur. Als dat niet past kan je via internet of per telefoon -op een gratis nummer- je eigen afspraak maken.

Luc probeert via internet, maar kan die afspraak niet maken op een ogenblik dat wij hier zijn. Hij telefoneert … net drie minuten te laat. Ze zijn om 20.00 uur gesloten.

De volgende avond probeert hij op nieuw. De nieuwe afspraak? Op 1 maart tussen 13.00 en 14.00 uur. Wat begrijpen ze niet aan: “niet thuis op één maart”? Maar ze gaan niet moeilijk doen. Het kan ook op 3 maart tussen 11.00 en 12.00 uur, moment dat we ook niet kunnen.

En dan gaan ze wel moeilijk doen. Want op een ander ogenblik kan het niet voor hen. Oh zo? Wie is vragende partij? Wat bedoelen ze dan met “je eigen afspraak”? Het kan niet.

Deze week hadden we drie dagen evenementenopbouw en de rest van de week zijn Amke en Ella hier en hebben we een afspraak op vrijdag, afspraak die ik niet wil verplaatsen.

Dan beginnen ze te zagen: “is er op die ogenblikken echt niemand thuis?” “Neen?” “Ook niet ouders, kinderen, nonkel Jef, matant, …” Als laatste halen ze er de poetsvrouw bij. “Heb je dan geen poetsvrouw?” Neen! Er.is.niemand.thuis! Net wat de politie zegt dat je niet mag zeggen, omdat dan je hele hebben en houden te grabbel staat.

Wat doen ze dan als ze bij poetsvrouwen meterstanden moeten opnemen? Dieternietoe, het zijn onze zaken niet en we hebben toch geen poetsvrouw.

“Volgende week” zegt Luc “dan zijn we thuis”. Ze konden geen afspraken maken voor volgende week.

“Wat moet er dan nu gebeuren?” vroeg Luc. Luc moest op 2 of 3 maart nog maar eens opbellen om te proberen die afspraak te verzetten want zie je, thuis of niet thuis, op 3 maart komen ze langs en als ze voor de deur staan, steken ze wel een kaartje in de bus.

Dit was Lucs oplossing van een kaartje dat we op 27 februari ’s avonds in onze brievenbus vonden.

Wil je weten wat mijn oplossing zou geweest zijn? Echt? Hoe een dwarse rebel als ik dat zou hebben geregeld?

Ik zei op maandag 27 februari tegen Luc: “ach, laat zijn! Ze komen terug en steken wel een ander kaartje in de bus. En dan zien we wel of we dan thuis zijn”.

Wie had gelijk? Het begin is hetzelfde: we vinden een kaartje. Het einde is hetzelfde: ze staan voor een gesloten deur.

Alleen is alles wat ertussen gebeurt voor ons, maar ook voor hen veel gemakkelijker.

Nu? Wie had dan gelijk? Ik natuurlijk!

Page 5 of 73

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén