Ooit, in de vier jaar dat we het zonder auto probeerden, was er een collega die zei: “Ik neem nooit nog de trein met jullie” en dat omdat hij zei dat er dan altijd treinproblemen waren. Ach ja.
We namen jaren geen treinen meer, maar de eerste keer, naar Vivian Maier, hadden we al prijs. Een defect ergens aan de signalisatie in een seinhuis.
De tweede keer, weer naar Brussel, reed die trein zoals een trein hoort te rijden. Hij was zelfs op tijd.
Dus gingen we het maar eens naar Antwerpen riskeren ook. Van hieruit is dat altijd met een overstap … in Leuven, want van hieruit naar Hasselt zijn er werken.
In Leuven hebben we echter al meer treinen voor onze neus zien vertrekken dan ons lief was. De overstaptijden zijn er erg krap en Luc wil niet lopen voor een trein. En nu zeker, met zijn rug. Zonder rug zou het trouwens ook niet lukken.
Van de twee voorgestelde trajecten ging er eentje over Mechelen, ook met een tussenstop van een vijftal minuten. En Mechelen is toch ook wel een station dat kan meetellen in ons rijtje van gemiste treinen bij overstappen en bovendien zijn er werken aan de gang.
Dus wat doen we dan? We nemen de trein naar Leuven van het eerste traject en van Leuven naar Antwerpen van het tweede traject. Dat geeft ons een halfuurke tussen beide in.
En dan komen we in het station van Landen … … …
Paniek? Neen toch. Die van ons rijdt wel, om kwart na negen. Door het uitvallen van de andere -de stoptrein- gaat de IC nu ook alle tussenstoppen doen, gelukkig zijn dat er maar drie.
Op het perron horen we het bericht dat zegt dat er problemen zijn bij de signalisatie ergens in een seinhuis op het traject naar Leuven.
De conducteur kan onze tickets -op mijn ID-kaart- niet lezen, want hij krijgt geen verbinding op zijn toestel. Hij vertelt wel dat de trein van Vertrijk tot Leuven erg traag zal rijden.
En terwijl de trein op wandeltempo van Vertrijk naar Leuven boemelt en overal de camionettekes van Infrabel aan de zijlijn staan -te supporteren- zien we de minuten wegtikken en slinken en verminderen en wegglijden en … ik zie ons al die aansluiting missen en denk dat we dan misschien wel in Leuven eindelijk de muurschildering1 op de gevel van de Pieter de Someraula kunnen gaan fotograferen i.p.v. daar een uur op de volgende trein -via Lier- naar Antwerpen te zitten wachten.
Maar we halen het. Terwijl ik mijn voet op de trede zet -die conducteur staat toch vooraan te kijken en kan geen deuren sluiten als ik daartussen steek- komt Luc aan en zegt ten overvloede: “Ik loop niet voor treinen” maar dat was helemaal niet nodig. We hadden nog twee minuten over.
Nu ja, bij overdenken viel ons in dat indertijd, met dat tal aan gemiste treinen in Leuven, de verbouwingen van het Leuvens station aan de gang waren.
De rest van de reis en de terugreis verliepen voorspoedig. Dank u.
____________________
1 Het Nieuwsblad