Er staat een boomhut in het klasje van Juf Naam,
maar er staat geen boom.
[Ella – 1 september 2009]
Categorie: Amke en Ella (Page 38 of 72)
Die avond belde Zoneke om hun goede aankomst in het hotel te melden terwijl op de website van de luchthaven het vliegtuig nog altijd als “on schedule” vermeld stond en dus zeker nog niet geland.
Vorige nacht wisselde de info om de twee minuten en zodoende wist mske op de minuut na hoe laat dat tuig zijn wielen terug op Belgische bodem zette. Zoneke zou niet bellen om de goede aankomst te melden want het was putteke nacht en ze moesten hun bagage nog ophalen en dan nog thuis geraken, Amke en Ella in hun bedjes leggen en al wat er nog meer bijkomt bij een nachtelijke thuiskomst.
Ze zijn in elk geval terug. En houd u vast aan uw bretellen … Amke kan zwemmen!
Normaal gezien lust mske geen pils, ze vindt de wat zurige smaak eigenlijk wat vies. Zo één à twee keer per jaar echter krijgt ze daar zo een vieze goesting naar, meestal bij tijden van grote warmte.
mske, die in tijden van onrust ’s nachts kan wakker worden om een potje te piekeren, had onlangs op een avond zo twee biertje gedronken en had ’s nachts in één ruk door geslapen. Ze was ’s morgens opvallend verkwikt en fris als een hoentje opgestaan en was diezelfde dag dan maar een paar blikjes gaan kopen.
Nu voelde mske zich fysisch dan wel fitter, mentaal was dat niet zo. Er waren enkele nevenverschijnselen, maar of die echt aan het bier te wijten zijn is zeer de vraag vermits ze ook van een heel andere oorsprong zouden kunnen zijn. In elk geval voelde ze er zich niet goed bij om weer een vaste gewoonte aan te nemen. Bovendien zou het kunnen dat de uitwerking na langdurig gebruik ook wel zou verminderen. Dus stopte ze er gewoon mee.
Zaterdagmorgen was ze topfit, het was weekend en Amke en Ella zouden komen. Zondagmorgen was ze topfit, het was nog steeds weekend en de planning voor die dag zag er veelbelovend uit.
Maandagmorgen was er nog steeds geen probleem, ondanks de drie opeenvolgende mails zondagavond laat van de klant met blijkbaar dringende problemen. Gisteren werd een erg zenuwachtige dag.
Vandaag voelt mske zich echt niet topfit, de rook om haar hoofd wil maar niet verdwijnen, de plak in haar ogen ook niet, ze suft wat aan. Vannacht was er weer het piekeruurtje maar eigenlijk is ze daar niet zeker van. Ze denkt dat ze gewoon droomt dat ze piekert.
Dilemma! Of zoals Bollie zei dat je uit twee slechte dingen het minst slechte moest kiezen, maar wat is in dit geval het minst slechte?
mske kiepte wat frietjes op Amke’s bord.
Amke keek ernaar en zei: “mijn mayonaise is verpletterd”.
Slow keek op, zei: “oh nee”, zette zijn handen voor zijn voorhoofd en zei verder : “laat ons een moment van bezinning houden voor de verpletterde mayonaise”.
Ella keek op op en zei: “nu woont er in het huis met de drie billen bij de ruiter met het ene been en het kindje dat met haar rug kan kijken ook nog het kindje dat de mayonaise verplettert”.
Amke keek niet op maar zei: “dat heeft OmaSlow gedaan”.
We zullen het een pozeke niet over de bewoners van het huis met de drie billen hebben, ze zijn namelijk gaan vliegen.
Toen Slow en mske wisten dat Amke en Ella gisteren naar hier zouden komen wist Slow te vertellen dat het hier kermis was. mske vroeg zich onmiddellijk af waar die kermis dan zou staan, het ganse Stationsplein is één grote werf.
Slow ging dat efkes opzoeken en vond de bevestiging over de werken op het plein en dan nog wat over sponsoren waardoor ze al gingen vermoeden dat de kermis gene vette zou zijn.
Het werd nog erger toen bleek dat ook de foorkramers misnoegd waren en het onderling niet eens raakten.
Slow en mske zijn er donderdag maar eens de situatie gaan opnemen. Ze wilden nu ook de kindjes geen kermis beloven als er misschien niets te beleven viel. Er stonden de draaimolen, de vliegerkes en twee viskramen en nog zo ’t één en ’t ander maar dat dan voor oudere kinderen.
Volgend jaar moet het stadje toch op zoek naar een andere locatie, want het stationsplein zal nooit meer vrij zijn en hopelijk gaat het met de kermis niet zoals met de karnavalstoet die hier tot enkele jaren terug uitging. Die is ook afgevoerd wegens te duur.
Amke en Ella hebben het hele gebeuren niet aan hun hart laten komen, ze hebben plezier aan die kermis beleefd en dat is ’t belangrijkste.
Ella keek bepaald zielig toen ze in haar bedje moest. Ze zei dat ze de nacht ervoor niet goed geslapen had. “Er zat een bij in haar kamer” wist Amke te vertellen. “Een bij?” vroeg mske “heb je die gezien?” “Neen” zei Ella “alleen maar de ganse nacht “bzzzzzzz” gehoord”. “Een mug” dacht mske die de beten op Ella’s polske, armke en gezichtje zag.
Later lagen de kindjes zalig te slapen tot opeens, iets na tien “OmaSlo-ow” geroepen werd. “Ik hoor het weer” zei Ella. mske keek rond, zag niks en beloofde Ella dat ze het licht op de gang zou laten branden. En ja, een half uurtje later was het weer zover, maar nu zag mske twee van die booswichten en mepte de eerste plat tegen de muur. Die had klaar en duidelijk net gegeten. De tweede ging er op een haastje vandoor. mske haalde het muggenstekkerke bij Amke uit het stopcontact en stak dat bij Ella in. “Zo” zei mske “nu zou het opgelost moeten zijn.
Bollie en Zoneke kwamen thuis en iets later riep Ella terug. Zoneke was er deze keer als eerste bij en tegen een supersnel Zoneke zijn die monsters niet opgewassen. “Nèm” zei Zoneke en keek een beetje bedremmeld naar de plek die het gepetste beest had gemaakt. “Die had zich ook nog goed volgezogen” zei hij grimmig.
Had Noah dat ooit gedaan hé, voor hij die ark opstapte dan hadden Zoneke en mske niet elk een petsplek moeten maken.
Dat is niet onze vondst hoor, dat van Noah, dat lazen we ooit ergens.
Dinsdag stond er op TV bij Bollie een jeugdprogramma op. Het was een spelprogramma waarin twee ploegen van beginnende tieners het tegen elkaar moesten opnemen. De ene ploeg was in het rood, de andere in het geel gekleed.
Toen de gelen de eerste proef wonnen, riep Amke uit: “ik ben voor de gele!” “Ik ook” zei Bollie.
Vroeger waren er ook al zulke programma’s waar mske indertijd als beginnende tiener ook naar keek, maar wat haar nu verwonderde was dat de mededingers telkens tijdens de proeven geïnterviewd werden als waren ze allen Armstrongs en dat deze knullekes over de leden van de andere ploeg spraken als over de “tegenstander” in plaats van gewoon gemoedelijk namen te gebruiken.
Tijdens één van die mini-interviewkes bij het afleggen van een parcours met een ton, zei Bruce dat het een geluk was dat hij zo struis was en daardoor sterk genoeg om de proef te winnen.
“Ik ben voor den Broes!” riep Slow uit.
Maar hij veranderde al wat van gedacht toen hij Wout van de tegenpartij hoorde verklaren dat hij had kunnen laten zien hoe goed hij wel was.
Bollie, Slow en mske waren verbaasd. Zo op je eigen stoefen, dat werd vroeger toch niet aangeleerd, neen … men moest bescheiden zijn want: “eigen lof stinkt”. “Hebben wij onze kinderen verkeerd opgevoed?” vroeg mske zich af.
Behalve de reeds gekende bewoners, waaronder de ruiter met het ene been, woont er in het huis met de drie billen ook nog het kindje dat met haar rug kan kijken.
Om het wat leesbaarder te maken gaan we dat nu vertalen naar het echte leven en net doen alsof het hier over Ella gaat.
Zegt Ella: “mag ik gaan spelen?”
Zegt mske: “neen, want Amke is nog niet klaar”.
Zegt Ella: “Amke is een treuzel …”
Nu weten we toch niet meer precies of Amke nu een treuzelmie, een treuzelaar of een treuzelgat is.
Zegt mske: “neen, Amke heeft twee sandwichjes op en jij maar eentje en bovendien heeft Amke ook nog de fles drinken gehaald”.
Ella gaat schuin op haar stoel naar buiten zitten kijken.
Zegt Slow: “oei, Ella is boos”.
Zegt Ella: “neen hoor, ik ben niet boos”.
Zegt Slow: kijk je dan met je rug naar ons?”
Zegt Ella: “neen hoor, ik kan niet met mijn rug kijken”.
Zegt Slow: “neen? Waar staat de tafel?”
Ella gooit met een zwaai haar duimpje over haar schouder zodat haar arm er bijna afvliegt.
Zegt Slow: “zie je wel dat je met je rug kan kijken!”
Zegt Ella: “niet waar!”
Zegt Slow: “hoe weet je anders de tafel staan?”
Zegt Ella: “zet jij je eens met je rug naar ons”.
Slow doet dat.
Zegt Ella: “waar staat de tafel?”
Slow wijst naar buiten, naar de terrastafel.
Zegt Ella: “neen! dat is de zwarte tafel!”
Zegt Slow: “en ginder vanachter in de hof loopt Omaslow”.
En hij zwaait lichtjes vanuit zijn pols. Ella kijkt naar mske.
Zegt Ella: “vraag mij eens waar Omaslow is”.
Zegt Slow: “waar is Omaslow?”
Ella draait haar armke naar achter zodat ze mske kan aanwijzen.
Zegt Slow nogmaals: “zie je wel dat je met je rug kan kijken!”
Zegt Ella: “neen hoor, ik weet dat gewoon”.
Zegt Slow: “waarom weet ik dat dat niet?”
Zegt Ella: “omdat jij …”
Daar is ze gestopt. Ze kan over Slow ook geen kwaad woord horen, laat staan, zelf zeggen.
Maar zoals gezegd, dat was maar een veronderstelling, eigenlijk ging het over het kindje in het huis met de drie billen en de sjandwisjsbelegger.
Het volgende voorval dateert al van een pozeke terug, dat kan ondertussen al wel een jaar zijn. Ella is een nieuwsgierig kindje, dat maakt dat ze vragen stelt, maar die dag was de vraag nogal eigenaardig. Ze vroeg namelijk aan Slow:
Waarom heb jij dat gele T-shirt aan? Trok je dat vanmorgen zo maar aan of dacht je: “ik zal mijn gele T-shirt aantrekken”?
Dat het bijna een jaar geleden moet zijn weten we omdat Slow het bewuste kledingstuk in de winter niet draagt en ook het feit dat het gele T-shirt eigenlijk een citroengele polo is verandert niks aan de zaak.
Het voorval popte gisteren ineens weer op in mskes geest toen ze het berichtje over St. Jozef las bij Olive.
mske dacht:
Wie is daarmee begonnen? Deed die dat zo maar of dacht die: “ik steek St. Jozef efkes met zijn kop in de grond”?
“Kindjes, ik krijg bezoek, ruim eens op” zei Bollie.
De kindjes waren de ganse dag bij Bollie gebleven en aangezien Bollie niet goed te been is, stond en lag er heel wat speelgoed. mske ging een handje toesteken. Maar ze moest zo af en toe aan Bollie vragen waar, of bij wat, bepaalde zaken hoorden. Zo stond ze op een zeker ogenblik met een baljurk van een Barbie in haar handen en keek Bollie vragend aan.
“Ella” vroeg Bollie “waar is die pop in haren blote?”
“In de oven” zei Ella en haalde de blote Barbie werkelijk uit de oven van het speelgoedkeukentje.
“Wat doet die pop in de oven?” roloogde Bollie naar mske maar Ella gaf tekst noch uitleg.
Later, na het bad, zong Ella een liedje over drie aapjes, maar na de eerste lijn haperde ze en herbegon ze gewoon. mske nam over en zong:
Twee kindjes zaten in het bad
Ze pletsten in het water
En de badkamer was nat
Amke keek hoogst verontwaardigd en vroeg: “heeft Ella in het bad geplast?” “Neen” zei mske “gepletst!” waarop Ella de giechel kreeg.
En toen waren de batterijtjes leeg en ze maakten een afspraak dat mske volgende week een verhaaltje zou vertellen. Ze vertrokken snel naar dromenland.
Later wist Bollie aan Zoneke te zeggen, terwijl ze op de lege tafel wees: “ik word een goeie coördinator”.