Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Tag: Kleindochters (Page 47 of 73)

Een week voor peanuts!

Hoe begint nu een gesprek met een vierjarige? Je trekt haar een pyjamavestje aan en een minuut later ben je aan het uitleggen wie Charlie Brown is en vraag je je af hoe het meisje nu weer heette? Suzy?

“Dit is Snoopy” wees Amke op haar pyjamavest en ja, dat wist mske ook nog wel. “Wie is Charlie Brown?” vervolgde Amke. mske gaf dan maar de nodige uitleg en vroeg over de balustrade naar beneden: “Slow, hoe heette dat meisje bij Snoopy en Charlie Brown?” “Ik zou ’t niet weten” antwoordde beneden. “Suzy?” vroeg mske. “Kan zijn” antwoordde beneden.

“Hoe ken jij die?” vroeg Amke. “Die stonden vroeger in de humo” zei mske. “Wat is humo?” vroeg Amke.

Na de nodige humo-uitleg besloot mske dat thuis allemaal eens op te zoeken, maar ineens bedacht ze … “We kunnen ook op papa’s pc gaan kijken” zei ze. Het is niet Suzy natuurlijk, het is Lucy.

“Ah ja, en wie zijn dat?” vroeg Amke over de andere personages die op de site stonden. mske las hun namen voor maar zei er wel bij dat die niet bij de hoofdpersonages behoorden.

“Woodstock” prevelde Amke goedkeurend en zei verder: “Woodstock en Charlie Brown kan ik goed onthouden, de andere namen zijn moeilijk”. “Maar allee” zei mske “en Snoopy dan? Die kende je zelf ook al”. “Ah nee, die is ook niet moeilijk” vond Amke. “Wat is dan moeilijk?” vroeg mske “Lucy?” “Ja” zei Amke “Lucy is moeilijk”.

“Print je die thuis nu eens af?” vroeg Amke bij de goeienachtkus. “De kleurenprinter heeft het laten afweten” zei mske. “Oei” zei Amke. Blijkbaar zijn alle kleurenprinters die ze kent kaduuk. Ze dacht even na en zei: “dan moet papa die maar afprinten op het werk”.

Een week hebben we, een week om dat slecht karakter van een printer aan de praat te krijgen. Efkes een sjot op geven? Dat helpt namelijk bij de laser.

Citrique Belge

Aha! De ring rond Tienen is weer vrij weten ze in het nieuws van twaalf te vertellen.  Dat was vanmorgen wel anders, lazen we in de gazet. En dat op een woensdag.

“Wie interesseert dat nu?” hoor ik denken. Ons natuurlijk! Zie dat ze hier niet meer bij Amke en Ella geraken.

Beikefies!

Vandaag kocht mske de nodige toiletspullen voor kindjes zodat Amke en Ella, of beter Bollie, die niet meer in de valies moet steken.

Toen ze hier vanavond languit op de zetel lag, zag mske de publiciteit met de neusophalende namaaktandartsen en ze vroeg zich luidop af waarom die van Oral-B zo een vieze smoelen moeten trekken over manuele tandenborstels -aan die hun toten te zien lijkt het net of iedereen die geen supersnelle roterende borstel heeft met een heel stort in zijn mond loopt- gezien ze die zelf nog steeds verkopen en ook voor kinderen.

mske maakt vliersiroop

Toen mske klein was en een verkoudheid had, kreeg ze van grootmoeder zelfgemaakte vliersiroop. Dat deed goed, dat weet mske nog. Moe echter heeft nooit vliersiroop gemaakt en de flessen van de dokter hielpen ook.

Toen mske getrouwd was, stond er een vlierstruik op de grens van hun stuk en de rijpe bessen deden mske weer aan die siroop van grootmoeder denken. Aangezien Zoneke toen problemen had met steeds weerkerende oorontstekingen door zijn amandelen, zocht mske het recept en maakte vliersiroop. Toen ze toch eens, onzeker geworden door de zware hoest van Zoneke, naar de dokter stapte, vroeg die wat ze gaf en zei: “doe maar gewoon verder”. Hij rekende wel zijn tarief.

Ouder geworden werden Zus en Zoneke praktisch nooit ziek en de vliersiroop geraakte in het vergeethoekje.

Toen ze hier kwamen wonen viel het op hoe er praktisch in elke berm en graskant vlierstruiken stonden en mske zei: “ik zal nog eens vliersiroop maken”, maar telkens was ze er te laat bij. De bessen waren al overtijd.

Deze voorbije winter met die hardnekkige hardvochtige verkoudheid hier ten huize kocht mske vliersiroop en met Amke en Ella die toch regelmatig van school komen met een hoest,  zei ze dat ze nu op de bessen ging letten. Deze week was het zover. Maar al die jaren hebben hun tol geëist. mske weet niet meer hoeveel bessen ze nodig heeft voor het aantal liters dat ze wil verwerken, want ze wil toch een voorraadje voor een hele winter.

Slow is vanmorgen een emmerke vlierbessen gaan halen en mske maakt vlierbessensiroop en als ze terug de verhouding weet, zal Slow er nog wat bij gaan halen. Beter bij gaan halen, want terug brengen kan hij niet hé!

Zügcht!

“Zoneke heeft gebeld om te zeggen dat we ons vanavond niet moeten haasten, want ze moeten nog langs de dokter” zei Slow gisteren. “Iets over een ontsteking” vervolgde hij toen mske wou vragen wat er scheelde. En hoe eigenaardig een mens toch is, mske had Ella gisterenmiddag aan de telefoon wat landerig horen zeggen dat ze in haar bedje wou …

Ze kwamen bijna samen met Zoneke bij hem thuis aan. “Ben je ziek” vroeg mske aan Ella “wat heb je?” Ella deed een uitleg over dat ze niet ziek was maar dat ze iets daar had en wees op een onbestemde plaats op haar been.

“Amke heeft een mini-operatie gehad” zei Zoneke en Bollie zei: “ze mag niet in bad”. Amke had een boebelke en de dokter had dat open gemaakt maar zonder resultaat. Dan had hij er een wiek in gestoken en ze moesten vandaag terug.

Ella haar been? Dat had ze uit zusterlijke solidariteit ook al aan de dokter willen tonen.

Amke, Ella en mske hebben dan maar wat papier gevouwen, wat pre-origami om zo te zeggen en daarna heeft mske verteld.

Vanmorgen belde Zoneke dan om te melden dat het nog niet in orde was en dat er een ganse week lang dagelijks een verpleegster moest langskomen om dat te verzorgen.

Een paar zaken waar Amke al naar had uitgekeken vallen nu wel in ’t water. Ze blijven thuis van Normandië, waar ze zomaar naar toe wilden, gelukkig zonder te boeken. Over de kermis hier bij ons in het stadje hadden we gelukkig ook nog niet gerept, al had Amke daar al een paar keer om gevraagd. En er was zo nog het een en ander. Gelukkig komt de kermis in de grotere stad hier wat verder er aan tegen dat Amke genezen zal zijn.

“Buiten dat en nog een paar tegenvallers van gisteren en vandaag gaat alles goed” zegt/zucht mske en zegt dat ik haar wat gerust moet laten.

Nog wat over sprookjes?

Na het vertellen wordt er in ’t lang en in ’t breed groot overleg gepleegd. Dan beslissen ze welk sprookje er volgende keer aan de beurt moet zijn. Criteria? De voorzijde van het groot sprookjesboek, waar aan de hand van de afbeeldingen volgende vragen worden gesteld:

  • Komt er een wolf in voor?
    • Zo ja, afvoeren.
    • Zo neen, ter overweging nemen.
  • Komt er een heks in voor?
    • Zo ja, afvoeren.
    • Zo neen, ter overweging nemen.

Ella, die volgens mske wel degelijk over heksen zou willen horen, zegt dan altijd dat er een blije heks in het groot sprookjesboek huist, al heeft mske die blije heks ook nog niet tegen gekomen.

Na Repelsteeltje vorige zondag bleven er dan Klein Duimpke en Belle en het Beest over. Belle en het Beest staat niet in het sprookjesboek en hoe ze er uiteindelijk op gekomen zijn, weet mske ook niet goed meer. Belle en het Beest werd uiteindelijk de grote keuze.

En dat ging mske even opzoeken, want wie schreef het, hoe gaat het juist, want indertijd bestond de film nog niet en mske kent het verhaal van een toneelstuk ten tijde van Nonkel Bob.

We vonden dat het oorspronkelijk in 1740 geschreven werd door Madame Gabrielle Suzanne Barbot de Villeneuve (1695-1755), maar het werd herbewerkt en ingekort door Madame Jeanne-Marie Le Prince de Beaumont (1711-1780), die in 1748 naar Londen vertrok om daar als Franse gouvernante te werken.

Het oorspronkelijk verhaal telde 300 bladzijden. Dat is wat lang om te vertellen. De versie die mske vond telt toch ook nog elf afgedrukte A4. Dus heeft mske het ook nog maar eens ingekort zodat het vertelbaar wordt als verhaalke voor het slapen gaan.

En dan bleven nog de prentjes over. Prachtige oude tekeningen van schonen en beesten, maar mske vond dat het logisch moest blijven en heeft prentjes bekeken en geselecteerd. Er waren er enkele bij waarmee ze zich kon verzoenen en uiteindelijk heeft ze dan maar datgene gekozen waarvan ze dacht dat het het beste bij onze achtergrond zou passen.

Magie

Toen zondag Zoneke belde om te melden dat hij en Bollie besloten hadden om hun zesde huwelijksverjaardag op restaurant te vieren en vroeg of Slow en mske dan ’s avonds bij Ella en Amke wilden komen, was mske onmiddellijk akkoord.

’s Avonds greep ze het sprookjesboek en het was pas toen Amke en Ella naast haar op de zetel zaten dat ze zich realiseerde dat ze niets op voorhand had gelezen. Poeh! Ze kende het verhaal nog wel in grote lijnen maar ze was toch blij dat ze af en toe eens naar de tekst kon gluren.

Slow, die haar al had verteld dat Ella zo begeesterd kon zitten luisteren, nam in alle stilte het fototoestel en schoot een paar momentopnames om aan mske te tonen, want mske wil niet naar Ella kijken omdat ze dan misschien de magie zou verbreken.

En magie is het, dat is klaar en duidelijk te zien op de foto’s. We publiceren hier geen foto’s van Amke en Ella, maar dat zal ook al wel klaar en duidelijk zijn, veronderstellen we. We publiceren hier trouwens geen enkele herkenbare foto van wie dan ook.

Och ja, bijna vergeten, het ging over Repelsteeltje en al vindt mske die koning maar een lor, om geen lelijker woord te gebruiken, het is ook pas als ze ouder was dat ze zich dat gerealiseerd heeft. 

Langs de stille paadjes

“We gingen langs een geheim wegske, door het sprookjesbos naar de speeltuin” vertelde Ella aan Zoneke.

“Maar Ella” zei Amke “nu je dat verteld hebt, is dat geen geheim wegske meer”.

 
mske ziet Amke binnen een halve eeuw terugdenken aan die dag van dat geheime wegske, waarvan ze zich dan niet meer zal herinneren waar het juist was, als het er dan nog is en ze denkt aan een dag van een halve eeuw geleden, toen ze zelf met haar grootmoeder niet de gewone straat volgde, maar grootmoeder met haar een paadje tussen het graan door nam.

Later was er het wegske dat Broer en mske volgden als ze voor moe naar Ronny de beenhouwer moesten. Het was niet in het open veld maar liep tussen een muur en een betonnen afsluiting door. Waarom het zo hol klonk, weet mske niet, al zal er wel een logische uitleg voor zijn. Maar zij en Broer lieten hun voeten altijd extra hard neerkomen want er was een holle klank ik het wegske, een begin van echo. Dat werd dan het klinkerbaantje.

Moe en va gingen zelf op zondag ook wandelen en dat ging ook steeds over de veldwegen, die toen nog niet verhard waren zodat het in de zomer lekker stoof als je je voeten wat sleepte. Jammer dat moe dat altijd snel in de gaten had en zei dat ze geen zand moesten scheppen.

Lang heeft dat niet geduurd want toen mske een jaar of zeven was stuurde moe haar naar de chiro. Gedaan met zalige zandwegen en wandelingen tussen rijpend koren onder een schitterende zon.

Later waren er nog steeds de binnenwegskes die altijd korter in afstand waren dan de straat, maar er zijn nu eenmaal momenten in een mensenleven dat er andere dingen belangrijker lijken dan onbekende wegelkes en paadjes zoeken.

Nog later realiseerde mske zich pas, dat haar ganse leven eigenlijk niets anders is dan langs onbekende paden lopen, ver van een uitgestippelde levenswandel en voorgeplaveide zekerheden.

mske hoopt dat Amke en Ella veel geheime paadjes mogen ontdekken. Ze zijn leuker dan de geasfalteerde straten al liggen ze soms niet al te effen en klinken ze wat hard.

De smurf zonder muts

Daar Amke en Ella de ganse weg toch gestapt hadden -enkel een dikke 500m van thuis had Ella gezegd dat haar ene voet pijn deed, waarop Amke wist te zeggen dat haar twee benen moe waren en Ella’s vraag wat verder of ’t nog ver was, waarop mske zei dat ze nog tot aan de geparkeerde auto moesten en dat er achter die hoek ons huis stond- zat Ella eigenlijk wat te knikkebollen aan tafel. En deze keer at Amke zonder problemen en wist te vertellen hoe lekker het was en zat Ella bijna met haar kin in haar bord.

mske heeft ze alletwee onder de douche gezet en in hun bedjes gelegd voor een siëstake, waarna ze gingen puzzelen.

Ella met de kleine puzzels, Amke met al wat grotere puzzels. Die ene met de smurfen, die moest ze natuurlijk samen met oma maken, want die was eigenlijk nog wat te moeilijk.

“Ik zoek de muts van die smurf” zei Amke, die de blauwwitte mannekes opzocht in de nog te verwerken stukskes. Maar die ene smurf zijn muts vond ze niet. Ze hebben het rood van de paddestoelen gedaan. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei Amke. Daarna deden ze de brug die onder constructie was. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei Amke. Ze legden de koord waaraan de balk hing. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei Amke. De bomen en het groen vanboven. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei Amke. De rivier en de zandbodem. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei Amke. Het derdelaatste stukje, het tweedelaatste stukje, het laatste stukje. “Nu hebben we die smurf zijn muts nog niet” zei mske.

De speeltuin

Slow stond gistermorgen om 7u op. “Aaah” dacht mske “nog een uurke blijven liggen”. Ja dag, om vijf na zeven ging het oma-alarm. “Eens zien of ze wel echt uitgeslapen zijn” dacht mske, maar ze zaten alletwee met wakkere en blinkende oogskes in bed. “Amke heeft me wakker gemaakt” zei Ella. “Ik heb iemand naar beneden horen gaan” zei Amke. Eigenlijk was dat niet zo slecht, want mske had een uur voorzien om gelaarsd en gespoord -euhm wassen, aankleden en ontbijten natuurlijk- te geraken en een uur om tot aan de speeltuin te stappen aan kindertempo. En als je dan pas om 9u kan vertrekken en tegen de middag wil terug zijn …

Toen ze na het straatje -eerst efkes nog kijken naar de trossen en trossen peren- het weggelke instapten noemden Slow en mske dat een geheim weggelke en Amke fluisterde: “niemand weet dat zijn hé”. Het spookbos noemden ze veiligheidshalve maar het sprookjesbos, met Amke en spoken weet je nooit. mske vertelde over de boom met de gezichten die het bos bewaakte en er nu niet meer stond omdat hij te oud geworden was, waarop Slow wist te vertellen dat er een andere wachter was. Maar die vonden ze toch niet zeker. En aan de waterlelies vermoedde Amke dat daar wel eens elfkes kwamen dansen. Een uur! Goed gedacht mske. De speeltuin lag er nog wat verlaten bij al zaten er twee jongetjes met hun vader.

Onlangs zag mske eens een filmke over het na-aapgedrag van de mensheid. mske wist dat al wel maar ze ondervonden het gisteren nog maar eens. Waar Amke en Ella ook waren, die knullekes moesten daar ook zijn, zodat er altijd de ene of andere moest wachten. En efkes het volgende tuig gaan opzoeken was geen optie, want ze volgden.

Amke en Ella leefden zich uit tot om tien voor elf een ganse groep ± 10-jarigen in de speeltuin neerstreek. De monitoren ploften zich in één van de prieeltjes en de kinderen deden wat kinderen van ± 10 jaar nu eenmaal doen, ze waren overrompelend en sneller dan een drie- en vierjarige ooit kunnen zijn. Tien minuutjes vroeger dan voorzien, vatten ze de terugweg aan.

De waterlelies waren open maar er waren geen elfjes. Ontgoocheling bij Amke en Ella. “Je weet toch dat die ’s nachts dansen” zei mske en verwees naar de donkerte in de Efteling. “Komen we dan ’s nachts terug” vroeg Ella. “Goeie zet zenne ms” dacht mske en vervolgde dat het daar stikke- en stikke- en aardedonker was in dat sprookjesbos zonder verlichting. “Dan brengen we een zaklamp mee” besliste Amke.

Hun aandacht werd afgeleid door Slow die tussen de struiken toch de nieuwe bewaker -dixit boom met iets dat je een gezicht zou kunnen noemen- opdook, maar ze moesten wel Amke en Ella opheffen om boven de struikskes te kijken. “Die zal vanmorgen nog geslapen hebben” veronderstelden Amke en Ella.

(Lees verder onder de foto)

mske kon hem echter niet zien omwille van die struikskes en pas thuis zag ze hoe de nieuwe bosbewaker er uit zag. Volgende keer moet Slow mske maar eens opheffen.

Page 47 of 73

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén