Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Auteur: ms (Page 58 of 427)

De grote Tsjip

Het is zalig om de vogeltjes op ons koerke bezig te zien. Het brengt echt wel leven in de brouwerij, een tableau vivant.

Anders wordt het, als je niet alleen kijker bent maar ook meespeler. Want het kan gebeuren dat ik mijn wandelschoenen moet afborstelen of de was ga ophangen.

Dan wordt dat tableau vivant ineens een solo-zangstuk van de grote Tsjip.

Ergens in de klimop begint hij al snel en dat gaat zo:

Tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip …

Ik weet wel dat hij zijn hele huishouwen en familie en aangetrouwde familie wil verwittigen dat ik er ben en dus niet te vertrouwen ben aangezien ik niet diegene ben die de voedselvoorraad aanvult.

Bij het borstelen van mijn tweede wandelschoen begint het wat eentonig te worden, bij het ophangen van de 75ste sok, na het ophangen van 35 washandjes -iedereen weet toch nog dat ik al zei dat enige lichte overdrijving mij niet vreemd is bij bepaalde logs- gaat het irriteren.

Omdat vogelkes -zelfs de grote Tsjip- mij niet moeten irriteren ga ik solidair zijn en ga mee in zijn gezang in de hoop dat hij dan gaat stoppen. De tekst is eenvoudig, de beat simpel. Het gaat van:

Tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip … tsjip …

Hij stopt niet en ik meen voetstappen te horen op het trottoir. Ik stop met tsjippen. Er passeert niemand. Is die iemand gegeneerd en vreest die dat ik me gegeneerd zou voelen als ik weet dat ik gehoord werd? Ik weet het niet.

Maar in elk geval, de grote Tsjip … hij tsjipt dan door. Die geneert zich niet.

De foute limerick

Als wij niet thuis zijn kan ik niet schrijven
Geen bezoekersquota binnenrijven
Kort door de bocht
Wij weg op tocht
Wij zouden daarvoor toch thuis niet blijven

[© ms – 3 mei 2023]
pske van mske:

    Herinneringske aan de tijd toen het op de blogs blijkbaar een sport was om zoveel mogelijk kliks op de teller te krijgen.



Sanitair praatje

“Waarom? Oh, waarom?” zo vraag ik me af, waarom ben ik zo gegeneerd als ik ergens te lande, op een autosnelwegparking zonder sanitaire voorzieningen, in de autokoffer stap waar, zoals eerder verteld, mijn eigen mobiele chemische wc zich bevindt. Waarom toch die rare soort schaamte voor iets dat heel natuurlijk is?

Dan kan het gebeuren -en het gebeurde onderweg naar Libramont- dat ik goed rondkijkend uit die koffer stap, de hoek van mijn eigen auto omga en recht voor mij, niet eens in de bosjes, maar net bij aanvang ervan, een bloot g… van enige omvang zie hurken. De man -de hare of niet- stond erbij en keek ernaar en reikte haar heel hoffelijk een blaadje wc-papier aan.

Mannen hebben het toch maar gemakkelijk denk ik soms. Ze zoeken zich, naargelang hun omvang een dikke of een dunne boom uit. Al moet ik zeggen dat de man hier ten huize daar ook niet erg voorstander van is en ook liever 80 cent betaalt voor een deugdelijk sanitair bezoek.

Maar de natuur buigt zich niet altijd naar persoonlijke voorkeuren natuurlijk. En dus denk ik dat veroorzaker van onderstaand toch een heel erg presseeke moet gehad hebben.


De volgorde

Bij alle hedendaagse schrijvers die, naast hun losstaande romans, ook nog met een of meerdere vaste hoofdpersonages in zee gaan, dat of die in meerdere boeken opduikt of opduiken, loopt er in deze opeenvolgende boeken een rode draad doorheen deze verhalen, die op die manier wel afzonderlijk te lezen zijn, maar toch enige volgorde vergen om compleet mee te zijn.

Dat is allemaal heel goed voor de verstokte liefhebbers, die telkens opnieuw het allernieuwste boek aan hun bibliotheek toevoegen, maar dat houdt geen rekening met de lezer die het boek pas koopt als het in een of andere Kringwinkel in de rekken staat.

Zo kan het gebeuren dat je toevallig de vier eerste verhalen uit de reeks in handen krijgt én het zesde. In dat laatste verwijzen ze dan naar een paar voorvallen uit het vijfde. Je weet in grote lijnen wat ze bedoelen maar je snapt het niet echt. Snap je?

En dan krijg je het vijfde in handen en dan denk je dat ze je nog wat moeten vertellen zodat het past tussen het vierde en het zesde. En als je betreffend fragment gelezen hebt, voel je eigenlijk de nood om het zesde te herlezen, want: “hoe zat dat nu ook weer?”

Jammer genoeg kan je ze in de Kringwinkel niet op volgorde kopen.

amazed formal male looking at laptop screen

Ge zoudt ze toch …

Gisteren rolde er een e-mail van mijn bank mijn inbox in. Ze wilden me wijzen op de gevaren van internetbankieren, ze wilden me verwittigen dat zelfs echt-uitziende websites gevaarlijk links konden bevatten. Ze wilden me beschermen en ze hadden het over Safeonweb. Die kennen we, daar hebben we al meermaals linke, gevaarlijke en phising en andere e-mails naar doorgestuurd.

Blijkbaar werkt Safeonweb wel goed. Dat las ik vorige week nog in een artikel1.

In elk geval wilde de bank me een test laten doen zodat ik kon zien of ik wel genoeg op de hoogte was van de slinkse wijzen waarop men probeerde goedgelovige burgers te strikken.

En hoe moest ik dat doen?

Klikken op een link in de e-mail natuurlijk.

Uitgelichte afbeelding:

    “Amazed formal male looking at laptop screen” – Photo by Andrea Piacquadio on Pexels.com.

____________________
1 Het Nieuwsblad

Voor het venster staand

En dan sta ik, gewoonweg wat te staan, voor het venster op de palier en bewonder de vogelkers die zo prachtig bloeit op onze berg.

Als ik plots iets fel oranje zie in de klimop kijk ik beter en ineens vertrekt die oranje vlek en blijkt het een bek met een vogel er aan. Die is nog licht grijzig. En hij wordt gevolgd door nog één … en nog één … en nog één …

Ze landen met hun vieren in de klimop tegen de andere gevel.

En ik heb de keuze: of snel het fototoestel halen of gewoon verder kijken naar vier jonge merels met grote bek en slungelig lijf, waarvan er maar één voorzien is van een feloranje exemplaar.

Achteraf, met het fototoestel in de hand, is er van het hele nakomelingschap natuurlijk niks meer te merken en neem ik maar een foto van de vogelkers die zo prachtig bloeit op onze berg.


Het nakomertje

Op “Dollende donderdag” zat er een school jongelingen op de drukke trein richting Brussel. Eén van hen zat constant te snuiten in zijn zakdoek en Luc had mijn voet aangestoten en met zijn kin richting snotteraar gewezen.

Wij hadden altijd gezegd dat we, op de trein ons mondmasker, dat we altijd bij hebben, zouden opzetten als we het nodig vonden. We hebben het nooit nodig gevonden.

Op zaterdag stond Luc op en zei: “Ik heb een mededeling”. Natuurlijk dat. Hij had een verkoudheid.

Maar die bleef enigszins binnen de perken tot gisterenmorgen. Toen stond hij op, zo bleek als een plattekeis, en zei dat hij zo echt niet naar het afscheid van zijn nonkel kon gaan. Dat vond ik meer dan verschrikkelijk.

Dat ik daarna de hele dag liep te hopen dat ik het niet zou rapen omdat ik vanavond -eindelijk- die afspraak bij KNO heb vind ik dan ook des te erger.

Stom, stommer dan stom, van toch dat mondmasker niet op te zetten in die trein.

Ieders recht …

We wandelden er in februari nog. We zagen het bord van Natuurpunt, daarvan zijn er zoveel dat ik er geen foto van nam, we zagen de nieuw ingezaaide akkers en aanplantingen en ik nam er een foto van, we zagen het stille dorp en ik nam er een foto van, we zagen de grote vlakte en ik nam er een foto van waarvan ik al wist dat ik hem nooit zou gebruiken, om dezelfde reden waarom ik geen foto’s van politiemensen en/of brandweerlieden gebruik. Je weet nooit welke onverlaat er meekijkt.

Ze keken elders mee. Met zijn tienduizend bestormden ze het oud militaire vliegveld, keken niet naar het pas ingezaaide veld, zagen niet om naar het stille dorp, noch naar het bord van Natuurpunt. Want zij vonden dat iedereen het recht heeft om in het bos te feesten, in andermans graan te slapen en in de hofkes van de bewoners te gaan kakken.

Niemand heeft dat recht. In een bos heb je respect voor wat om je heen leeft. Honden moeten niet los in een bos, kinderen hoeven niet te brullen in een bos, niemand moet zo luid babbelen in een bos, laat staan 10.000 losgeslagen egoïsten met respect voor niets en niemand.

Er is genoeg over gezegd. Er is genoeg over geschreven1. Enkel nog één woord wil ik er aan vuil maken:

Paljassen!

____________________
1
Het Nieuwsblad: Opgeschrikt door rave party: ree loopt zich te pletter tegen omheining en sterft
Het Nieuwsblad: Zo gaat het eraan toe op de illegale rave: “Iedereen heeft toch het recht om te feesten in het bos?”
Het Nieuwsblad: Buren zijn doodmoe en boos na twee nachten lawaai van illegale rave: “Oh wee als ik hier vannacht weer …”
Het Nieuwsblad: Zeker 10.000 feestvierders op illegale rave: “Eén grote chaos, met heel veel drank en drugs”
Het Nieuwsblad: Uit politiek verzet of gewoon voor de fun: een blik achter de schermen van illegale raves
Het Nieuwsblad: Illegale raveparty in Sint-Truiden zo goed als afgelopen: “De geweldloze tactiek om het feest te laten uitdoven …”
Het Nieuwsblad: Negen arrestaties na rave in Brustem, twee vermoedelijke organisatoren opgepakt in Bilzen: “De verdachten …”
VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/04/30/impact-van-illegale-rave-op-natuur-rond-militair-domein-brustem
Het Laatste Nieuws: Illegale rave in Sint-Truiden nu echt voorbij: “Defensie zal zwaar moeten investeren om het terrein terug …
____________________

Zatte zondag

Luc zat stillekes het nieuws te lezen en ging ineens op luidop voorlezen over:

Brandweer Landen opent een bloesembar tussen de fruitbomen1

Natuurlijk zouden wij daar eens iets gaan drinken. Natuurlijk zouden we dat in een wandeling inplannen. Natuurlijk moesten we wachten op een onbezette dag en natuurlijk moest het weer ook meevallen.

Gisteren was de laatste kans en het weer … zat mee.

Natuurlijk werden we niet zat ondanks de twee Morela krieken (in primeur). De benaming zatte zondag is dus sterk overdreven, gezien we daarna nog te voet naar huis gingen en we -voor zover ik weet- toch niet als vermist werden opgegeven.

____________________
1 VRT NWS – url: https://www.vrt.be/vrtnws/nl/2023/04/20/brandweer-landen-opent-een-bloesembar-tussen-de-fruitbomen/
2 MadCat’s RoughRiders

Zomaar zaterdag

We zouden naar een boekencafé gaan. Dat stond al een paar maanden op de agenda. Het was geen typisch boekencafé, het betrof een boekencafé met een bijhorende boekenverkoop. Dat is dan blijkbaar iets anders dan een boekenverkoop met een bijhorende cafetaria.

Maar kom, het leek ons wel iets prettig om doen.

Tot Luc op vrijdagavond, met nogal ontsteld gezicht, zei: “Kom eens kijken”. Hij was nog eens gaan loeren op de site en zag een foto. Hij keek me, nog altijd met ontsteld gezicht, aan en wachtte tot ik wat zou zeggen. Lang moest hij niet wachten want ik vroeg, even ontsteld als hij: “Is dat àlles?”

We gingen niet. We verprutsten de zaterdag We hielden ons in stilte bezig.

Zelfs Jim las een boek.


Page 58 of 427

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén