Het was zaterdag zo’n mooi weer en aangezien ik op zoek ben naar iets dat -weeral- moeilijk te vinden lijkt, besloten we eens over de markt te lopen. Natuurlijk, verloren moeite.
“Iets drinken?” vroeg Luc. Ik bekeek het terras, het zat er redelijk vol, maar kijk er kwam net een tafeltje vrij.
Even later koesterden we ons in het zonneke, bij een glas witte wijn en een 7up. Echt aangenaam tot … Ze was alleen en vroeg of ze op één van de twee vrije stoelen mocht plaatsnemen. Wat zeg je dan?
Ze zette zich en wij zaten -nu- in stilte. Want ik wéét hoe zulke verhalen aflopen. Ik ken het scenario, van WAF!
We nipten aan ons drankje, zij bestelde, wij nipten aan ons drankje – in stilte tot … Met een knal uit zijn knalpot vertrok er een motard achter mij. Ik schrok me te pletter -zoiets hoor ik dan weer wel- de vrouw ook. En ja, de deur ging open.
Ze had daar afgesproken met haar zoon en schoondochter en vanwaar waren wij? Ah, van Landen, zij kende Velm maar ze woonde nu in het buitenland en verbleef bij haar plusdochter, maar oorspronkelijk was ze afkomstig van Antwerpen maar had in Oud-Turnhout gewoond.
En ik wist het!
Want Luc komt ook uit die streek en dat zegt hij dan ook. De vrouw draaide zich een kwartslag zodat ze met haar gezicht naar hem zat en het was over en uit. Eerst deed ik nog even moeite, maar zo gaat het meestal, mijn aandacht verzwakt en ik stap binnen in mijn eigen gedachten.
En dan begint het. Zou ik mijn telefoon durven pakken? Of is dat onvriendelijk? Onbeleefd? Asociaal misschien zelfs?
WAF!
Maar ik kan Luc toch niet verbieden om, of weerhouden van, met andere mensen te babbelen omdat ik met een (h)oorprobleem zit?
En dan kijk ik naar de andere tafeltjes. De mensen praten, de mensen drinken, de mensen lachen en ik -tja- il denk. Ik zie geen enkele telefoon, enkel om te betalen halen ze hem even uit hun zak.
En ik denk: “FOERT! pak mijn telefoon, maar jammer maar helaas, er is niks -geen whatsapp, geen berichtje, geen nieuwe reactie op het blog- en ik steek het ding onverrichter zake terug in mijn zak.
En dan ineens kiept Luc zijn 7up naar binnen en vraagt: “Zijn we weg?” Mijn wijn was al op, dus kon ik gewoon rechtstaan en weggaan.
pske van mske: In onze spreek- en streektaal gaan we gewoon iets drinken en laten het terrasje doen over aan diegenen die eigenlijk hetzelfde bedoelen.