Wizzewasjes

Het is niet omdat het mag … dat het moet!

Auteur: ms (Page 71 of 427)

Rik Wouters en ik

We hebben moeilijke jaren gehad, Rik Wouters1 en ik. Of eigenlijk toch niet. Ik deed alsof hij niet bestond. En hij wist niet dat ik ooit zou bestaan.

Het begon ooit, lang geleden, maar niet zolang geleden als de gevleugelde paarden.

Ik zal een jaar of 13-14 geweest zijn, toen we in de les van plastische opvoeding als opdracht een schilderij van Rik Wouters moesten natekenen en dan in grijs/wit-tinten inkleuren.

Ik vertelde al dat ik niet kon tekenen. Kan je je voorstellen. Ik kreeg mijn kunstwerk terug met één of andere opmerking die er op neer kwam dat hij dacht dat ik er met mijn klak naar gesmeten had. Dat was echt een onderdrijving. Ik had er met mijn hele kleerkast naar gegooid.

Rik Wouters belandde in de wereld van mijn desinteresse en ik heb hem sedertdien compleet genegeerd, al zag ik ooit zijn “Zotte Geweld” wel in het Middelheimmuseum, maar dat zot geweld negeerde mij ook, zodoende …

Toen ik werken van hem zag in het KMSKA was ik eerlijk gezegd verrast dat zijn werk wel degelijk gevoelig was, heel anders dan dat wat ik ooit verplicht moest plagiëren. Dat heette denkelijk: “Nel Wouters” maar als ik er op googel kom ik wel andere tegen, maar niet dat.

Hoog tijd dus om al die voorbije jaren wat in te halen en al zal dat Rik Wouters geen zier uitmaken, mij wel.

____________________
1 Rik Wouters

De overbruggende dagen

Zoals al vaker verteld heb ik wel al een paar keer iets geboekt tussen kerstdag en nieuwjaar omdat die dagen te veel overdenkingen teweegbrengen om thuis mee te zitten.

Telkens opnieuw zegde ik af. Er was altijd wel een reden waarom we liever niet gingen. We zaten thuis en overdachten.

Dit jaar gingen we wel. We waren drie dagen weg om wat losse dingen van de verlanglijst te kunnen schrappen.

Waar we waren en/of wat we deden komt later -misschien- nog wel aan bod.

Maar vergeet niet, er zijn geen zekerheden in het leven.

Gef mor gaaspetrol

De schouwen zijn verstopt, de stoven verroest en de prijs van de energie swingt de dakpannen uit.

Zegt Luc: “we hebben die ouw petrolvuurkes nog”. Dat is waar ook. We haalden die wat bij elkaar al wisten we wel nog ongeveer waar die zich bevonden, want die gebruiken we die al zeker meer dan tien jaar niet meer.

Eén ervan had ooit dienst gedaan in de serre bij Broer en stond indertijd bij ons in de winter bij de watermeter, het andere hadden we bij Gamma gehaald en het derde, het meest gesofisticeerde, heeft een stopcontact nodig. Dat heet dan ook een laserkachel blijkbaar.

Bij dat ene dat uit de Gamma kwam brandt de vlam te hoog, hoog boven de kous. Dat wil zeggen dat het gevaarlijk is voor CO2 vergiftiging.

Ik zocht op internet en vond dat zo een kous vervangen kon worden.

Ik stond al bijna met de toernevis klaar toen ik de prijs van zo een nieuwe kous zag. Dat was al een minpunt en bovendien zou ik naar Gamma moeten om te zien of het wel de juiste kous is.

Maar ook zijn de automatische ontstekingen van die twee vuurkes precies wat naar de filistijnen. Die vuurkes werken nog hoor, daar niet van, maar je moet een aangestreken stekske tegen die hun kous houden.

Ik zocht op internet en vond dat de ontstekingsveren konden vervangen worden.

Ik stond al bijna met de toernevis klaar toen Luc vroeg: “zouden we niet beter een nieuw kopen, nog zo’n lasermodel?”

Dat vind ik niet. Dan kunnen we beter volgende zomer die schouwen laten maken en hier een speksteenkachel of een allesbrander zetten.

“Dan moeten die twee oude vuurkes toch niet gemaakt worden” zegt Luc. Weet hij veel.

Hij weet niet hoe die toernevis ligt te roepen in de aalambak en hoe graag ik het binnenwerk van die vuurkes eens wil bekijken.

Niet dat we die willen gebruiken, daar niet van. Maar in tijden van nood -zeker als ze het woord “afschakeling” in de mond nemen- moet je voorbereid zijn.

Mezelf en het fototoestel anders ingesteld

Meerdere keren werd me in musea al gewezen op mijn fototoestel met de melding: “Het mag … maar zonder flits”. Telkens opnieuw vertelde ik dat ik het niet gepast vond. Ik heb -of had- daar zo een beetje mijn eigen gedacht over, dat ik op volgende manier op het blog beschreef:

Foto’s nemen in een museum? Ik weet het zo niet. Ik neem ze wel, maar dan wel voor mij persoonlijk. Ik vind foto’s delen op het blog eigenlijk een vorm van roof … of hoe zou ik het noemen?

In Geel, in het Gasthuismuseum, was het de eerste keer dat de dame aan de receptie me antwoordde dat ik dat zo niet moest bezien. Zij hadden wél graag dat ik ze postte, dat was publiciteit voor het museum.

De tweede keer was in het Ensorhuis. Daar zei men net hetzelfde.

Maar die foto’s zijn het publiceren niet waard. Ze werden gemakshalve genomen op een vooringestelde halve vaste stand van het fototoestel, maar zonder flits vallen die wat te raar belicht uit.

Bij Mu.ZEE gaan ze nog iets verder. Daar staat het zelfs op hun website te lezen en krijg je de mogelijkheid om eigen foto’s te plaatsen.

De voorbije kerstdagen ben ik hier thuis aan de slag gegaan en heb er me mee geamuseerd. Bij allerlei lichtinvallen en met allerlei instellingen ben ik er uiteindelijk toch in geslaagd om min of meer geslaagde foto’s zonder flits te maken.

Dus ja, als ik er zin in heb zullen er in de toekomst mogelijk wel foto’s van in musea op de blogs komen: eerder sporadisch hier op Wizzewasjes, merendeels op In Beeld.

En eerlijk gezegd, heb ik daar nu geen probleem meer mee.

De gezochte

Wie kent de aanleiding waarom ik soms over boeken van vroeger denk. Boeken waar je dan nooit nog iets over terugvindt, die -zo lijkt het wel- nooit bestaan hebben.

Ze hebben een eigen verhaal en soms willen ze wel gevonden worden. Zie maar: “De bruid was zestien“.

Ouder was mijn herinnering aan een boek, dat Broer ooit kreeg omdat het hoofdpersonage dezelfde voornaam had als hij, alhoewel hij er toen nog te jong voor was. Ik las het wel en wou het opnieuw lezen omdat ik me bepaalde dingen ging afvragen. Zodoende vroeg ik Broer in februari van dit jaar of hij het nog had en hij antwoordde dat hij het eens ging bekijken. Waarschijnlijk bekijkt hij nog. Aandringen doe ik echter nooit.

De titel zet ik hier niet. Als je daarop googelt krijg je héél veel resultaten maar allemaal hetzelfde met een liedjestekst en die zoek ik niet.

Van een ander boek -pffft- weet ik niks meer van, enkel de verhaallijn. Het was een vervolgverhaal in de krant, speelde zich denkelijk af ergens in Nederland aan één van de kusten, had veel met zand te maken en nog meer met een broer gedood in de oorlog, een verongelukte broer en een broer die dat ongeval overleefde, een zus, twee freules en een jonker en vooral met de vete tussen de adel en het familiebedrijf. Weinig om op voort te gaan hé.

Ik heb al een paar keer pogingen gedaan om er iets van terug te vinden, maar noppes. Zelfs googelen op Nederlandse schrijfsters helpt me geen stap verder.

Bij het kijken naar The Green Mile1 kwam het boek weer terug in mijn gedachten en ging nog maar eens googelen al weet ik dat het hopeloos is.

Waarom wil ik dat boek nu terug lezen? Wel, die overlevende broer had net, zoals net als John Coffey in de film, geneeskracht, maar dan enkel in zijn handen.

Domme reden, misschien wel. Maar je moet je bezighouden met wat je geest bezig is, anders komen we in een knoop te liggen.

Nog even en ik vergeet het weer voor een poos.

____________________
1 The Green Mile

In het spoor van Alfred Seiland

“Ik wil alle Romeinse ruïnes, die Alfred Seiland fotografeerde, bezoeken.” zei ik.

Luc bekeek me argwanend omdat hij niet wist of ik het meende of niet maar ik vertrok geen spier en gaf geen verdere uitleg.

Uiteindelijk zei hij: “Maar naar Syrië en Turkije ga ik toch niet mee”.

“Ik wil alle Romeinse ruïnes, die Alfred Seiland fotografeerde, bezoeken” herhaalde ik “omdat ik hoop dat Tinnitus zijn thuis herkent en dààr blijft”.

Luc keek me niet meer argwanend aan, maar sloeg zijn ogen ten hemel en schuddekopte.

Het wordt moeilijker en moeilijker om hem blaaskes wijs te maken, maar soms, oh zo soms, lukt het wel nog eens.

Zalig kerstfeest

Waar ik vroeger volgende banner als uitgelichte afbeelding en als kerstwens gebruikte,


die ik nu eerder in een aangepaste versie zou zetten:

Goede wil op aarde aan alle mensen van slechte wil!

willen wij het uiteindelijk toch liever houden bij een wat eenvoudiger en realistischer klinkende wens, gezongen door het Koor der Aangepaste Engelen.



Dit is niet oké!

En nu ga ik mekkeren, mopperen, zagen en/of … noem het zoals je wil maar ik heb er genoeg van, genoeg van al die betuttelaars die om hun brood te verdienen de kranten vol schrijven over dingen die we niet mogen, die we verkeerd doen en die we moeten.

Nu gaat het weer over het drinken. Ah ja, het is bijna feestperiode, dan moeten ze dat toch nog wat kunnen verzuren. En dat is niet oké.

Om te beginnen vind ik dat “niet oké” al helemaal niet oké. Van waar komt die uitermate kinderachtige uitdrukking? Wanneer viel het me op? In de tijd van Ray?

En dan dat drinken. Drink ik zoveel? Ah bah neen. Drink ik nooit? Ook niet.

Ik drink niet alle dagen alcohol, ik kom niet aan tien glazen alcohol per week, wat stoort het me dan? De vraag:

(…) maar hoe beperk je je alcoholgebruik?”

misschien? Ocharm de mensen die na een stressvolle werkdag ’s avonds vol plezier een ontspannend biertje of wijntje degusteren.

Ik lees zo nooit artikels over comazuipen ter voorkoming. Ze staan wel in de gazet als het nog maar eens verkeerd afloopt. Maar daar helpt geen betuttelend vingertje tegen. Daarvoor moeten ze met hun vuist op tafel slaan!

____________________
1 Het Nieuwsblad

De stommiteiten

Soms krijg je zo eens een stommiteit voor waarvoor je jezelf voor je kop wil slaan. Zoals nu. Zoals ik deed.

Zoals ik al meer zei schrijf ik concepten. Soms zijn die maar een paar woorden, soms zijn die halfgaar en soms zijn die postensklaar maar staat er geen houdbaarheidsdatum op of ik twijfel nog of ik het wel wil zetten. Die plan ik in … ergens een maand verder, kwestie van overzicht te houden en het onderscheid te zien tussen wat af is en wat nog niet.

Maar wat krijg je dan bij zo een twijfelgeval van welles – nietes – toch wel – neen, niet goed – als je het betreffende log in december een maand vooruit plant en je vergeet het jaartal te veranderen. Dan publiceer je dat zo goed als een jaar geleden.

En die wordpress -de verraaitoot- laat iedereen die het blog volgt onmiddellijk weten dat er iets nieuws gepost is, terwijl dat echt de bedoeling niet is noch was.

Dat gebeurde gisteren. Ik zou vloeken, mocht het niet zijn dat ik eigenlijk niet vloek. Stomme ik, die er niet aan dacht de 2022 in 2023 te veranderen.

Maar ik troost me, ik ben niet de enige. Vorige week -of was het al de week daarvoor- zag ik ook zo’n spookpostje in mijn reader verschijnen terwijl het pas een dag later op het desbetreffend blog gepubliceerd werd.

Antwerpen vs de hackers

Zowel “Het Nieuwsblad1” als “Het Laatste Nieuws2” vroegen zich vorige zaterdag af of er, aangezien Antwerpen niet meer op de site van het hackerscollectief stond, of er werd onderhandeld of er betaald werd.

En vorige zondag vertelde Antwerps burgemeester, Bart De Wever, dat de stad niet had onderhandeld noch had betaald3.

Hij zei er ook wel bij dat hij nog altijd karig moet zijn met wat hij zegt, maar belooft wel te trachten volledige openheid van zaken te geven, mogelijk maandag …

Er kwam wel degelijk uitleg met veel: “mogelijk” en “misschien” en “het kan zijn” en iets over blufpoker4.

Wat wisten we daar nu meer mee? Eigenlijk niks. Maar toch waren de experts er niet gerust in5

En dan … op dinsdag blijkt ineens dat de site van het hackerscollectief offline werd gehaald. En de gazet vroeg zich af of het misschien te heet werd onder hun voeten6. Nu zou ik persoonlijk niet zo snel victorie kraaien … maar laat het ons hopen.

Komt er nog een einde aan deze soap*? Als het van mij afhangt wel.

Als wij ooit nog eens naar Antwerpen gaan, is dat een ander verhaal, moet je dat niet in de gazet gaan lezen, bij hackers moet je dan ook niet wezen. Ik vertel het dan wel op het blog en de bloglezers zijn de eersten die er over horen.

____________________
1 Het Nieuwsblad
2 Het Laatste Nieuws
3 Het Nieuwsblad
4 Het Nieuwsblad
5 Het Nieuwsblad
6 Het Nieuwsblad
*Dat ik geen goeie Nederlandse benaming vind voor dit soort verhaal, haalde ik al aan in een pske van lang geleden.
____________________

Page 71 of 427

Powered by WordPress & Theme by Anders Norén