Het was geen rommeljaar, dit jaar. We deden een rommelmarkt in het begin van het seizoen en, al doen we er dan niet veel, deze waar we wél geïnteresseerd in waren hebben we aan ons laten voorbijgaan. Allemaal omwille van aangekondigde regen. Het leek wel of de duvel ermee gemoeid was.
Deze keer zetten we door, ondanks de regen van vrijdag, de mogelijke drassige bodem, de mogelijke buien, … We gingen.
Ze gaven wel de mogelijkheid op een bui en daar was ik ook al niet al te graag bij. Stel dat die tent nat geraakt, die boeken nat geraken, die dozen door opstijgend vocht nat geraken, … We hebben dan wel een grondzeil en een afdekplastic, maar stel dat …
We hadden niks te stellen, waren mooi op tijd en om twee uur was de markt afgelopen.
We hadden kopende bezoekers. We hadden ook curieuze bezoekers. Die waren ’s morgens in alle vroegte al eens een kijkje komen nemen.
(Lees verder onder de foto)
En ze kwamen later nog eens terug om de koopwaar te keuren.
Jaren geleden zei Luc eens dat hij eens naar “Boterhammen in het Park” wou. Hij zei dat naar aanleiding van het optreden van iemand die hij wel eens graag bezig wou zien. Maar toen paste het niet.
En al die jaren erna was er van “Boterhammen in het Park” geen sprake meer tot …
Jaren geleden, in 2015 om juist te zijn, zei Luc dat hij naar “Boterhammen in het Park” wou. We overliepen de optredende artiesten en treinden naar Brussel.
En al die jaren erna was er van “Boterhammen in het Park” geen sprake meer tot …
Begin van de voorbije maand zette Luc gewoon “Boterhammen in het Park1” op de agenda, met een vraagteken er achter.
Ik veegde het vraagteken weg en we zouden we gisteren-vrijdag Lais en Frank Vander linden eens gaan beluisteren en bekijken.
De voorbije week werden de onweerswolken op Lucs voorhoofd telkens wat donkerder en de bijhorende frons op zijn gezicht telkens wat dieper telkens hij de weerberichten bekeek.
Op woensdagavond las hij en kondigde hij aan dat de verwachte overrompeling bij het optreden van Pommelien Thijs -recentste revelatie in de muziekgeschiedenis blijkbaar- uitbleef2. De regen kreeg de schuld.
Gelukkig zou ik de treintickets maar op het laatste ogenblik bestellen.
We gingen niet. Code Geel voor Brussel en de regen delen de schuld.
Sedert het mogelijke tekort aan energie vorige winter, gaan de straatlichten om 23u uit om om 5u in de ochtend weer aan te gaan. Na het energieprobleem werd dat niet opnieuw herzien.
Het is hier ’s nachts dus pikdonker, behalve de dagen rond volle maan.
In het verleden trachtte ik wel foto’s te nemen van speciale en supermanen maar er was te veel lichtvervuiling door die straatverlichting.
En dan komt die blauwe supermaan1 er aan en dat zónder lichtvervuiling
Als ik lees dat die blauwe maan rond 3.30u2 het best zichtbaar zou zijn, maak ik me geen zorgen. Ik loop quasi elke nacht toch eens over die palier. Ik zet mijn fototoestel op manueel, zet de instellingen klaar zodat ik ’s nachts enkel moet aanpassen. En bij het slapengaan neem ik al een paar foto’s om te testen.
Nu is die maan eigenlijk wat vervelend. ’s Avonds zit die aan ons achterraam binnen te gluren, maar ’s nachts schuift die op, richting voorkant. Maar ach, dat geeft toch niet. Dan zou ik op mijn sleppers en in mijn labradorblonde badjas wel efkes buiten een foto gaan nemen.
De nacht van woensdag op donderdag wandel ik -om 3u- over de palier en er is geen maan te bespeuren, aan de voorzijde open ik de overgordijnen ook voor noppes. Die maan zit me achter de gevel gewoon uit te lachen.
Op mijn sleppers en in mijn labradorblonde badjas naar buiten? Denkt ge dat echt? Ik voorzie rampscenario’s zoals een dichtslaande voordeur of omgeslagen voeten, denk: “Stik maan” en kruip terug in bed.
Mu.ZEE houdt de sfeer er in. Bij ons bezoek aan Anna Boch zagen we de nieuwe aankondiging al voor
Rose, Rose, Rose, à mes yeux! James Ensor en het stilleven in België 1830-1930
En het toeval wil toch dat er ineens een popup verscheen van Sunparks, die ons een verblijf van enkele dagen -voor een prijske- bij de Kempense Meren en/of in Oostduinkerke aanbood en ik dan maar ineens 1 + 1 ging optellen, Oostduinkerke boekte en op de eerste dag van die driedaagse een bezoek aan Mu.ZEE op de planning zette.
Was de heenreis dan een relatief goeie meevaller geworden, ik wou de terugreis niet vergallen door een file op dat viaduct. En ja, die was er. Dat zag ik op Google Maps. De file begon in Groot-Bijgaarden, bij het oprijden van de Ring rond Brussel, en stopte in Zaventem, bij de wisselaar naar de E40.
Ik besloot de Ring richting Waterloo te nemen en er dan ergens de doorsteek naar Groenendaal te maken. Dat zag er goed uit.
Zo gezegd, zo gedaan. Ik werd gps en Luc reed. In Drogenbos namen we de afrit en reden gemoedelijk … tot er ineens een gele driehoek met een uitroepteken op mijn schermpje verscheen. Daarop klikken leerde me dat de weg er “mogelijk” afgesloten was. De weg wàs afgesloten!.
Vroeger bad men litanieën om iets te bereiken van een bepaalde heilige. Daar, op die plaats ergens onder Brussel, ontstond ook een litanie. Google Maps zal het geweten hebben. Alle verwijtwoorden die ik kende en zelfs onbekende heb ik hen naar hun -denkbeeldige- hoofd gesmeten. De omleiding ging langs Ukkel en ook Ukkel bleek één grote bouwput.
Google Maps heeft ons er door geloodst. Ze zullen schrik gekregen hebben.
Maar Groenendaal? Daar was het ook al niet pluis. Die oprit naar de Ring was ook al een groot gat.
Nu ja, eens terug op de Ring rond Brussel liep het vlot. In Bertem reden we de E40 op en plots zei Luc: “Gaan we een burger eten?” En dat deden we … bij Burger King.
…
Een achterafke …
Een paar dagen later vond ik een artikel op vrt nws, waarin men melding maakt van nog 26 snelwegwerven dit najaar1. En wat stond daar tussen? De oprit naar de Ring in Groenendaal natuurlijk. Dat weten we dan ook weer voor de toekomst.
Een paar dagen later kwam Luc de woonplaats binnen met de aankondiging dat het wel meer verkeerd kon gaan met informatie over werken. Zo kon je, volgens het artikel dat hij las, een omleiding willen vermijden en in een andere -niet aangegeven- omleiding terecht komen.
Ik zocht het artikel, het betrof een situatie in Oudenaarde, had dus niks vandoen met de situatie op de Ring rond Brussel, maar verwoordt wel de frustratie die je als weggebruiker voelt …
“Waarom kunnen we de vele wegenwerken niet beter op elkaar afstemmen?” (…)
… als ze enerzijds aan het Viaduct van Vilvoorde gaan werken en anderzijds het oprittencomplex in Groenendaal open leggen.
We zullen volgende keer de Ring volgen, d.w.z. langs Waterloo omrijden. Dat maakt het oude grapje van mijn vader over “langs Parijs naar Brussel rijden” wel erg actueel.
Toen ik mijn reservatie maakte voor Anna Boch had ik berekend dat 11u toch een mooi uur was en net gepast om van hier in Oostende aan te komen en tijdig in Mu.ZEE aan te komen. Wist ik veel dat er serieuze werken zaten aan te komen aan het Viaduct van Vilvoorde.
Ik was er niet gerust in, rekende opnieuw uit en vond dat we beter om zes uur zouden opstaan om zo snel mogelijk te kunnen vertrekken. Het ging goed, het ging zelfs heel goed. We hadden geen file bij de oprit van de Brusselse Ring in Zaventem, waar ook al werken zijn, we hadden geen file op de Brusselse Ring, we hadden geen file op het Viaduct van Vilvoorde.
Dat kan niet gezegd worden voor het ons tegemoetkomende verkeer. Daar stonden de machines in de startblokken en het verkeer stond ook, maar dan stil.
Toen ik nog eens de route ging bekijken zag ik daar achter, op Google Maps, hoe alles achter ons verzadigd raakte en gewoon dichtslibde en we waren blij dat we dat we toch wat vooruitziend waren geweest.
Aan het tankstation van Drongen was het tijd voor een sanitaire stop. Al die ochtendvroege koffie wou er uit, al had Luc ook wel nood en hij drinkt geen koffie.
Terug op de autosnelweg zien we de borden. Er was een file vóór ons, een ongeval. En ja, google maps kleurde oranje en dan rood.
“Waren we nu niet gestopt” mijmerde ik “dan waren we ervoor voorbij geweest”, maar dat heb ik snel herroepen. Want de andere mogelijkheid: “Waren we nu niet gestopt, waren we er misschien bij betrokken geweest” popte ook op.
Het betrof een ongeval tussen Aalter en Beernem. De hulpdiensten peipooden ons voorbij, een takelwagen ook. Ik stopte fototoestel en gsm diep in mijn schoot zodat de aanwezige politie me er niet van zou verdenken een ramptoerist te zijn.
We zagen de vrachtwagen in de gracht liggen. “Daar ligt een vrachtwagen in de gracht” wees Luc.
“Niet wijzen” siste ik op mijn moeders wijze. Want wij mochten niet wijzen. Nooit!
De file heeft ons 20 minuten gekost, dat was een meevaller.
Uiteindelijk waren wij te vroeg bij Mu.ZEE dat pas om 10u de deuren opent. Waren we een uur later vertrokken hadden we 11u niet gehaald. Zo simpel of zo ingewikkeld werkt dat met files. Je kan nooit voorzien hoe lang je onderweg gaat zijn als je die Brusselse Ring over moet.
Na nog maar een koffie, mochten we gelukkig al om 10u binnen. Ook gelukkig dat we 11u niet hebben afgewacht, toen werd het in het museum ook druk.
De verwijzingen naar de artikels in de media1+2 heb ik erbij vermeld, het was nogal een gevaarte dat daar lag te slapen. Gelukkig was de chauffeur ongedeerd.
Het museum is ondergebracht in het Cultureel Centrum De Brouwerij2. Het vertelt over Peter Kollwitz en toont werken van Käthe Kollwitz, zijn moeder.
Het is klein, maar uitermate mooi gebracht.
Bovendien is er ook nog het Fransmansmuseum ook.
Wie was Fransmans? Awel ja, ik heb die vraag luidop gesteld want ik kende die niet. Die Fransmans is niet eens een persoon. Het betreft een tentoonstelling over de Vlaamse seizoenarbeiders die indertijd naar Frankrijk trokken voor de bietenoogst3.
Maar dàt kende ik wel. Daar had ik al over gehoord. Ik wist ook, zoals in de tentoonstelling vermeld werd, dat die mensen ook wel “Les Godverdoemmes” genoemd werden. Het waarom is niet moeilijk te achterhalen. Ze vloekten namelijk nogal een stukske af.
En er was ook nog de Tankkelder, opgezet met brouwerijonderdelen, bierbakken en mooi gemaakte poppen.
Het was echtig en techtig een bezoek waard.
Maar spring nu niet direct in uwen auto en ga geen honderd kilometer rijden om er te komen. Daarvoor is het een ietsje te klein.
Maar in combinatie met, of als je ooit in de buurt van Koekelare komt, is het zeker een aanrader.
Toen we besloten om er een tweedaagse “Oostende-Koekelare” van te maken ging ik op zoek naar een overnachting en had bijna het hele project afgeblazen.
Natuurlijk! Je hebt de kust. Je hebt de zomer. En je hebt de vakantie. Drie factoren die een overnachting wat aan de dure kant maken, in die mate dat ik het wel wat overdreven vond.
Maar ik herinnerde me wel die overnachting in Oostduinkerke toen we de volgende ochtend een vroege boot naar Dover wilden nemen. Dat was in “Hostel De Peerdevisser1” en daar was het perfect geweest. En ondanks dat het ontbijt op dat vroege uur nog niet geserveerd werd, mochten wij er toch al ontbijten omdat er een “hoop bengels” -zoals Luc dat verwoordt- al vóór het ontbijtuur aan tafel mochten schuiven en men er geen graten in zag dat wij dat ook deden.
Dus nu terug naar onze tweedaagse. Ik vond “Hostel Herdersbrug2” in Dudzele. Onderweg van Oostende naar Dudzele knaagde de ongerustheid wel een beetje. Iemand al ooit in Spaanse jeugdherbergen geslapen? Dan begrijp je het wel.
Maar het was helemaal niet nodig. Het hostel was prima, picobello, net zoals het in Oostduinkerke was geweest. De mensen waren er supervriendelijk, ook net zoals het in Oostduinkerke was geweest.
Het ontbijt was eenvoudig maar er was meer dan keuze genoeg.
En voor een tweedaagse uitstap zou ik in het vervolg wel eerder naar een hostel durven uitkijken dan naar een hotel.
Wij zijn geen dure vogels en spenderen ons geld liever aan de uitstap zelf dan voor een verblijf waar je het overgrote deel van de tijd je ogen dicht hebt.
Wegens overweldigend succes en overdonderend applaus in stilte, doen we het nog een keer.
Zomeravond aan het waterBrug gaat openBrug staat openDe brug wat verder ookKon niet rapper zeker?Goeie vaart! Proost!
____________________ 1Hostel De Peerdevisser 2Hostel Herdersbrug
Deze morgen bij het opstaan was de kamer nog donker. De korter wordende dagen hadden daar niets mee te maken. Ook na het openen van de overgordijnen moest ik het licht aansteken.
Het watergordijn voor het venster was grijs en ondoordringbaar. Zo erg dat ik geen zicht had op wat daar buiten geschiedde. Een muur van grijs.
“Ik heb de overgordijnen terug dicht getrokken” zei Luc aan de ontbijttafel “het was geen zicht zo”. Ik gaf hem gelijk.
En toen kwam het onweer. Dat stond ook al aangekondigd op de site van het KMI en het deed zijn naam eer aan. Die eerste flits zou niet misstaan hebben op één of ander populair festival.
Even later ging Luc efkes de gazetten voorlezen. Het was dus echt goed prijs geweest, een beetje overal.
“Je kan het water van de beek zien van op de gastenkamer” zei Luc. Want neen, ik ging in dat weer niet ter plaatse een foto gaan nemen. Maar het vergde wel wat inzoomen.
Maar we mogen ons gelukkig prijzen dat we geen andere zorgen hadden dan een foto nemen.
Privacy & Cookies: This site uses cookies. By continuing to use this website, you agree to their use.
To find out more, including how to control cookies, see here:
Cookiebeleid